Gevorderd (Opname van beelden)
Als u opnamen maakt met de sluitertijd op [B], ziet u mogelijk ruis. Om beeldruis te voorkomen,
•
raden wij aan [LANG SL.N.RED] in het [OPNAME]-functiemenu op [ON] te zetten voordat u
opnamen gaat maken. (P109)
De hulp bij manuele belichting verschijnt niet.
•
Aantekening
Met [BELICHT. INST.] (P114) in het [VOORKEUZE MENU]-menu kan de manier waarop wordt
•
geschakeld tussen het instellen van het diafragma en het instellen van de sluitertijd worden
veranderd.
De werkelijke opnamen kunnen lichter of donkerder lijken op het LCD-scherm/in de zoeker.
•
Controleer de opnamen op het weergavescherm.
Als er geen geschikte belichting is gevonden, gaan de diafragmawaarde en de sluitertijd rood
•
knipperen zodra de sluiterknop tot halverwege wordt ingedrukt.
[‡], [
], [
•
De [GEVOELIGHEID] wordt automatisch op [ISO100] gezet wanneer u de opnamefunctie
•
wisselt naar Handmatige belichting terwijl de [GEVOELIGHEID] op [AUTO] of [
staat.
Als u de ontspanknop half indrukt met een lage sluitersnelheid, wordt de sluitertijd op het
•
scherm afgeteld.
Wanneer u een lens gebruikt met een openingsring, heeft de instelling van de openingsring de
•
prioriteit.
92
VQT1U39
] en [
] voor de flitser kunnen niet worden ingesteld.
] (Intelligent)