Aantekening
Zet de flits niet te dicht bij objecten en sluit de flits niet als hij moet werken. De kleur van
•
de objecten kan vervormd worden door de hitte of het flitslicht.
Sluit de flits niet meteen weer aan nadat deze gewerkt heeft omdat er opnamen gemaakt zijn
•
met AUTO/Rode-ogenreductie enz. Dit veroorzaakt problemen.
Als u een opname maakt buiten het bereik van de flits, kan het object verkeerd belicht zijn en
•
de opname te donker of te licht zijn.
Tijdens het opladen van de flits knippert het lampje van de flitsaanduiding en wordt het rood; u
•
kunt in dit geval geen opname maken, zelfs niet wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt.
De witbalans kan eventueel niet goed worden gecorrigeerd als de flits niet sterk genoeg is voor
•
het onderwerp.
Als u een opname met flitslicht maakt, raden wij aan de lensbescherming weg te nemen.
•
In sommige gevallen belet deze bescherming een juiste belichting.
Het kan even duren om de flits op te laden als u opnieuw een opname wil maken. Maak de
•
opname nadat de toegangsaanduiding is verdwenen.
Het effect van de rode-ogenreductie verschilt van mens tot mens. Als de persoon bovendien
•
ver van de camera stond of niet naar de eerste flits keek, kan dit effect ook minder evident zijn.
Als u een externe flitser op het toestel plaats, krijgt deze voorrang boven de ingebouwde flitser.
•
Ga naar P135 voor informatie over een externe flitser.
Te gebruiken functies:
Stel de flitsoutput af wanneer het onderwerp klein is, of de terugkaatsing zeer hoog of laag
is.
Selecteer [FLITS INSTEL.] in het [OPNAME]-functiemenu. (P28)
Druk op 2/1 om de flitsoutput in te stellen en
druk vervolgens op [MENU/SET].
U kunt afstellen van [
•
[1/3 EV].
Selecteer [0 EV] om terug te keren naar de oorspronkelijke
•
flitsoutput.
U kunt het histogram ook instellen met de instelknop aan de voorzijde.
•
Druk op [MENU/SET] om het menu te sluiten.
U kunt ook de ontspanknop tot de helft indrukken om het menu te sluiten.
•
Aantekening
Wanneer de flitsintensiteit wordt aangepast, wordt [
•
in het LCD-scherm/de zoeker.
De flitswerkinginstellingen worden opgeslagen ook als u de camera uitzet.
•
De flitsoutput aanpassen
j
2 EV] tot [
i
2 EV] in stappen van
Gevorderd (Opname van beelden)
i
] of [
j
] weergegeven op het flitspictogram
67
VQT1U39