Samenvatting van Inhoud voor Panasonic Lumix DMC-GM1
Pagina 1
Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken Digitale Camera DMC-GM1 Model Nr. Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen. Waarschuwingen op het scherm P312 Problemen oplossen P325 De benodigde informatie vinden Inhoud Menulijst P316...
De benodigde informatie vinden In deze “Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken” kunt u de informatie die u nodig heeft op de volgende pagina’s vinden. Door op een paginanummer te klikken, kunt u naar de aangekoppelde pagina springen en snel de informatie vinden.
Gebruik van deze handleiding “ ” Klik op deze icoon om naar De benodigde informatie vinden springen. “ ” Klik op deze icoon om naar Inhoud te springen. Klik op deze icoon om terug te keren naar de eerder weergegeven pagina.
Inhoud De benodigde informatie vinden.................2 Gebruik van deze handleiding................3 1. Voor Gebruik Zorgdragen voor de fotocamera ...............10 Standaardaccessoires..................11 Namen en functies van de componenten............12 Over de Lens.......................18 2. Voorbereidingen vóór het opnemen De Lens veranderen ...................20 Het bevestigen van de Schouderriem ..............22 Opladen van de Batterij ..................24 •...
Pagina 5
• De op het terugspeelscherm Afgebeelde Informatie veranderen ....69 Beelden wissen....................71 4. Opnamemodussen Beelden maken m.b.v. de automatische functie (Intelligent Auto modus) ...73 • Opnemen van nachtelijke taferelen ([iHandh. nachtop.])......76 • Combineren van beelden in een enkel beeld met een rijke gradatie ([iHDR]) ..................77 •...
Pagina 6
• Corrigeren van de helderheid op de randen van het scherm ([Schaduwcomp.])..................133 • Instellen van de kleurruimte ([Kleurruimte]) ..........134 6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Foto’s maken met Auto Focus ................135 • Over de focusmodus (AFS/AFF/AFC) ............136 • Soort Auto Focus modus ................138 •...
Pagina 7
Foto’s maken met de flitser ................200 • Veranderen van de flitsermodus ..............203 • Instelling van de 2de gordijnsynchronisatie ..........206 • De flitsoutput aanpassen ................207 • Synchroniseren van de output van de ingebouwde flitser en de belichtingscompensatie ................207 • Corrigeren van rode ogen ................207 10.
Pagina 8
• [Beveiligen] ....................239 • [Gez.herk. bew.] ..................240 • [Wissen bevestigen]...................240 12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Wi-Fi functie....................241 Wat u kunt doen met de Wi-Fi functie.............244 Bediening met een smartphone/tablet ............245 • Installeren van de “Image App” app voor smartphone/tablet ....245 •...
Pagina 9
14. Overige Optionele accessoires ..................305 Monitordisplay ....................306 Waarschuwingen op het scherm ..............312 Menulijst ......................316 • [Opname] ....................316 • [Bewegend beeld] ..................319 • [Voorkeuze] ....................320 • [Set-up] ......................322 • [Afspelen] ....................324 Problemen oplossen ..................325 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik ............341...
1. Voor Gebruik Zorgdragen voor de fotocamera Niet blootstellen aan sterke trillingen, schokken of druk. • De lens, de monitor of de ombouw kunnen beschadigd worden bij gebruik onder de volgende omstandigheden. Hierdoor kunnen ook storingen ontstaan of kan het zijn dat het beeld niet wordt opgenomen, indien u: –...
• De kaart is optioneel. • De beschrijving in deze handleiding is gebaseerd op de onderling verwisselbare lens (H-FS12032). • Raadpleeg uw verkoper of Panasonic als u de bijgeleverde accessoires verliest (u kunt de accessoires apart aanschaffen.)
1. Voor Gebruik Namen en functies van de componenten Camera ∫ Zelfontspannerlampje (P174)/ AF-lamp (P145) Sensor Flits (P200) Pasmarkering voor de lens (P21) Bevestiging Lensvergrendeling Lensvrijgaveknop (P20) Openingshendel flitser (P200) 10 11 • De flitser gaat open en het wordt mogelijk opnames met de flitser te maken.
Pagina 13
30 Kaart/Batterijklep (P29) 31 DC-koppelaardeksel 30 31 32 • Als u een netadapter gebruikt, wees er dan zeker van dat de DC-koppelaar van Panasonic (optioneel) en de netadapter (optioneel) gebruikt worden. (P305) 32 Vrijgavehendel (P29)
Pagina 14
1. Voor Gebruik Lens ∫ H-FS12032 H-H020A Lensoppervlak Tele Zoomring (P193) Breed Contactpunt Pasmarkering voor de lens (P21) Focusring (P148) • De onderling verwisselbare lens (H-FS12032) heeft geen focusring maar de manuele focus kan gebruikt worden om de camera te bedienen. Raadpleeg P147 voor details.
Pagina 15
1. Voor Gebruik Aanraakscherm (capacitatief) Bedien het aanraakscherm rechtstreeks met uw vinger. Aanraken ∫ Aanraken en loslaten van het aanraakscherm. • Als u kenmerken met gebruik van het aanraakscherm selecteert, raak dan het midden van de gewenste icoon aan. Verslepen ∫...
Pagina 16
1. Voor Gebruik • Raak het paneel aan met een schone, droge vinger. • Als u een in de handel verkrijgbaar beschermvel voor de monitor gebruikt, neem dan de instructies in acht die bij het vel verstrekt worden. (sommige beschermvellen voor monitors kunnen het zicht of de werking verslechteren.) •...
1. Voor Gebruik Cursorknoppen/[MENU/SET] knop Op de cursorknop drukken: Voert de selectie van items of de instelling van waarden, enz., uit. Op [MENU/SET] drukken: De instellingsinhouden, enz., worden bevestigd. • Deze gebruiksaanwijzing geeft de op-, neer-, links- en rechtsbeweging van de cursorknop weer als 3/4/2/1. Ook al wordt het toestel bediend met het aanraakscherm, dan is het toch mogelijk het ook met de cursorknop en met de [MENU/SET]-knop te bedienen, wanneer een gids...
1. Voor Gebruik Over de Lens Micro Four Thirds™ montagespecificatielens ∫ Dit toestel kan de speciale lenzen gebruiken die compatibel zijn met de specificatie van de lensmontage van het Micro Four Thirds Systeem (Micro Four Thirds montage). Four Thirds™ montagespecificatielens ∫...
Pagina 19
Raadpleeg de website voor details over de gebruikte lens. Raadpleeg de catalogi/website voor de meest recente informatie met betrekking tot compatibele lenzen. http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/ (Deze site is alleen in het Engels.) • Het beschikbare flitslampbereik enz. hangt af van de diafragmawaarde van de lens die u gebruikt.
2. Voorbereidingen vóór het opnemen De Lens veranderen Door de lens te veranderen, zult u de opties die u heeft voor het maken van foto's en dus het plezier met de camera doen toenemen. Verander de lens m.b.v. de volgende procedure.
Pagina 21
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Bevestigen van de lens • Verwijder de achterste lensdop van de lens. • Als de body-kap op het toestel zit, verwijder deze dan. Lijn de pasmarkeringen voor de lens A uit en draai de lens vervolgens in de richting van de pijl tot de klik gehoord wordt.
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Het bevestigen van de Schouderriem • We raden aan de schouderriem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt om het vallen ervan tegen te gaan. Haal de schouderriem door het lusje van de schouderriem op het toestel. A: Lusje voor schouderriem Haal het uiteinde van de schouderriem door de ring in de richting van de pijl en haal het...
Pagina 23
2. Voorbereidingen vóór het opnemen • Gebruik de schouderriem om uw schouder. – Draag hem niet om uw nek. – Dit kan leiden tot letsel of ongevallen. • Bewaar de schouderriem niet waar er een kind bij kan. – De riem kan per ongeluk om hun nek gewikkeld raken.
Om ervoor te zorgen dat veilige producten gebruikt worden, raden we het gebruik aan van originele batterijpakketten van Panasonic. • Gebruik hiervoor de lader en de batterij.
Pagina 25
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Over het [CHARGE] lampje ∫ Aan: Opladen. Uit: Opladen is voltooid. (Sluit de lader af van het stopcontact en verwijder de batterij als het laden geheel klaar is.) • Als het [CHARGE] lampje knippert – De batterijtemperatuur is te hoog of te laag.
CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association]. • Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50%RH wanneer de monitor aan staat. • Gebruik van een Panasonic SDHC-geheugenkaart. • De geleverde batterij gebruiken. • Opname 30 seconden nadat het toestel aangezet is starten.
Pagina 27
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Opname bewegende beelden ∫ [AVCHD] (Opnemen terwijl de beeldkwaliteit op [FHD/50i] staat) Als de onderling verwisselbare lens (H-FS12032) gebruikt wordt Opneembare tijd Ongeveer 80 min Huidige opnametijd Ongeveer 40 min Als de onderling verwisselbare lens (H-H020A) gebruikt wordt Opneembare tijd Ongeveer 80 min Huidige opnametijd...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Terugspelen ∫ Als de onderling verwisselbare lens (H-FS12032) gebruikt wordt Terugspeeltijd Ongeveer 160 min Als de onderling verwisselbare lens (H-H020A) gebruikt wordt Terugspeeltijd Ongeveer 150 min • De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de omgeving en de gebruiksaanwijzing.
Invoering en verwijdering van de kaart (optionele)/batterij • Controleer of het toestel uit staat. • We raden een kaart van Panasonic aan. 1: Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl. 2: Open het kaart-/batterijdeurtje. • Altijd echte Panasonic batterijen gebruiken.
Pagina 30
2. Voorbereidingen vóór het opnemen 1: Sluit de kaart/batterijklep. 2: Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl. • Verwijder de batterij na gebruik. (Een volle batterij raakt leeg als u deze lang niet gebruikt.) • De batterij wordt warm na het gebruik/laden of tijdens het laden. Ook de fotocamera wordt warm tijdens het gebruik.
• Controleer dat de PC en andere apparatuur compatibel zijn SDHC-geheugenkaart wanneer u de SDXC-geheugenkaarten gebruikt. (4 GB tot 32 GB) http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html • Dit toestel is compatibel met UHS-I standaard SDHC/ SDXC-geheugenkaarten. SDXC-geheugenkaart • Alleen de kaarten met de links vermelde capaciteit kunnen (48 GB, 64 GB) gebruikt worden.
Als de kaart is geformatteerd op een PC of andere apparatuur, formatteert u dan de kaart opnieuw op het toestel. • Als de kaart niet geformatteerd kan worden, probeer dan eerst een andere kaart voordat u contact opneemt met Panasonic.
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Approximatief aantal opneembare beelden en beschikbare opnametijd Aantal opnamen ∫ • Beeldverhouding [4:3], Kwaliteit [A] [Fotoresolutie] 2 GB 8 GB 32 GB 64 GB L (16M) 3640 7260 M (8M) 1650 6690 13000 S (4M) 2800 11360 21480...
Pagina 34
2. Voorbereidingen vóór het opnemen • Afhankelijk van de opname-omstandigheden en het type kaart kunnen het aantal opneembare beelden en de beschikbare opnametijd variëren. • De maximumtijd voor het continu opnemen van films met [AVCHD] bedraagt 29 minuten en 59 seconden. •...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen De datum en de tijd instellen (Klokinstelling) • De klok is niet ingesteld wanneer het toestel vervoerd wordt. Zet het toestel aan. • Als de camera ingeschakeld wordt, zal het controlelampje van de status groen gaan branden. •...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen De klokinstelling veranderen Selecteer [Klokinst.] in het [Set-up]-menu. (P37) • De klok kan opnieuw ingesteld worden zoals afgebeeld wordt in de stappen • De klokinstelling wordt behouden gedurende 3 maanden m.b.v. de ingebouwde klokbatterij zelfs zonder de batterij. (De opgeladen batterij in het apparaat laten gedurende 24 uur om de ingebouwde batterij op te laden.) •...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Menu instellen Het [Set-up]-menu bevat enkele belangrijke instellingen die op de klok en de stroom van de camera betrekking hebben. Controleer de instellingen van dit menu voordat u overgaat tot het gebruik van het toestel. Menuonderdelen instellen U kunt de menu-items op twee manieren instellen: met de knoppenbediening, dus door op de cursorknop te drukken en aan de bedieningsknop te draaien, of met de...
Pagina 38
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Schakelen naar andere menu’s ∫ bijv. naar het [Set-up]-menu vanuit het [Opname]-menu. Druk op 2. Druk op 3/4 om [ ] of een andere icoon voor het omschakelen van het menu te selecteren. • De icoon voor het omschakelen van het menu kan ook geselecteerd worden door aan de bedieningsknop te draaien.
Pagina 39
2. Voorbereidingen vóór het opnemen • Als [Menu-informatie] (P51) in het [Set-up]-menu op [ON] gezet is, worden de uitleg van de menu-items en de instellingen op het menuscherm weergegeven. • Als u [Menu hervat.] (P51) in het [Set-up]-menu op [ON] zet, toont het scherm het laatst geselecteerde menu-item.
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Snel oproepen van veelgebruikte menu's (Quick Menu) M.b.v. het snelle menu, kunnen sommige menu-instellingen gemakkelijk gevonden worden. • De kenmerken die afgesteld kunnen worden m.b.v. het Snelle Menu worden bepaald door de functie of een weergavestijl waar het toestel zich in bevindt. Druk op [ ] om het Snelmenu weer te geven.
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Stel het snelmenu in met uw favoriete items Als [Q.MENU] (P40) in het [Voorkeuze]-menu op [CUSTOM] gezet is, kan het Quick Menu naar wens veranderd worden. Er kunnen tot 15 items in het Quick Menu ingesteld worden. Druk op 4 om [ ] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Toekennen van veelgebruikte functies aan de knoppen (functieknoppen) U kunt opnamefuncties, enz., aan specifieke knoppen en iconen toekennen. Selecteer het menu. [MENU] > [Voorkeuze] > [Fn knopinstelling] Druk op 3/4 om de functieknop waaraan u een functie wilt toekennen te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Pagina 44
2. Voorbereidingen vóór het opnemen • Sommige functies kunnen niet gebruikt worden, afhankelijk van de modus of het weergegeven beeldscherm. • Als [Terug naar standaard] ingesteld is, zullen de instellingen van de functieknoppen weer op de fabrieksinstelling gezet worden. In deze gevallen niet beschikbaar: •...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Configureren van de basisinstellingen van dit toestel (instellingmenu) Voor details over hoe [Set-up] menu-instellingen te selecteren, raadplegen. [Klokinst.] en [Besparing] zijn belangrijke onderdelen. Controleer de instellingen ervan alvorens ze te gebruiken. — [Klokinst.] • Raadpleeg voor details.
Pagina 46
2. Voorbereidingen vóór het opnemen De vertrekdatum en de terugkeerdatum van de reis, evenals de naam van de reisbestemming, kunnen ingesteld worden. U kunt het aantal dagen dat verstreken is weergeven wanneer u de beelden afspeelt en dit afdrukken op de beelden die opgenomen zijn [Tekst afdr.] (P228).
Pagina 47
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Dit biedt u de mogelijkheid het volume van het elektronische geluid en het elektronische sluitergeluid in te stellen. [Beep volume]: [Shutter vol.]: [u] (Hoge) ] (Hoge) [Toon] [t] (Laag) ] (Laag) [s] (OFF) ] (OFF) [Shutter toon]: •...
Pagina 48
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Regelt de helderheid van de monitor op grond van het niveau van het omgevingslicht. „ [AUTO]: De helderheid wordt automatisch aangepast afhankelijk van hoe helder het om het toestel heen is. [Helderheid scherm] … [MODE1]: Maakt de monitor helderder.
Pagina 49
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Het toestel kan zo ingesteld worden dat onnodig batterijverbruik voorkomen wordt. [Slaapsmodus]: Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld als het toestel niet gebruikt wordt gedurende een op de instelling geselecteerde tijdsperiode. [10MIN.]/[5MIN.]/[2MIN.]/[1MIN.]/[OFF] [Besparing] [Auto scherm uit]: De monitor wordt automatisch uitgeschakeld als de camera niet gebruikt wordt gedurende de in de instelling geselecteerd tijd.
Pagina 50
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Hiermee wordt ingesteld hoe het toestel op een televisie, enz., aangesloten moet worden. [Video uit]: Stel in om in elk land het systeem van de kleuren-TV overeen te doen komen. [NTSC]: Video-output wordt op NTSC systeem ingesteld. [PAL]: Video-output wordt op PAL systeem ingesteld.
Pagina 51
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Instellingen die dit toestel in staat stellen om door de afstandsbediening van de VIERA-apparatuur bediend te worden, door dit toestel automatisch te verbinden met de met VIERA Link compatibele apparatuur, met gebruik van de HDMI-microkabel. [ON]: De VIERA Link-compatibele apparatuur kan op afstand worden bediend.
Pagina 52
2. Voorbereidingen vóór het opnemen De taal op het scherm instellen. [Taal] • Als u per ongeluk een andere taal instelt, kiest u [~] in het pictogrammenmenu om de gewenste taal in te stellen. — [Versie disp.] • Dit stelt de firmwareversies van de camera en de lens in staat gecontroleerd te worden. •...
Pagina 53
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Zet alle instellingen in het [Wi-Fi]-menu opnieuw op de fabrieksinstellingen. [Wi-Fi resetten] (Uitgezonderd [LUMIX CLUB] (P271)) • Reset de camera altijd wanneer u deze weggooit of verkoopt om te voorkomen dat er persoonlijke informatie die in de camera opgeslagen is misbruikt wordt. •...
2. Voorbereidingen vóór het opnemen Tekst Invoeren Het is mogelijk om de namen van baby's, huisdieren en plaatsen in te voeren terwijl u opneemt. Als een scherm weergegeven wordt dat er uit ziet zoals rechts getoond wordt, kunt u de karakters (alleen alfabetische karakters en symbolen) invoeren.
3. Basisbediening Tips om mooie opnamen te maken Het toestel voorzichtig vasthouden met beide handen, armen stil houden en uw benen een beetje spreiden. • De flitser, de AF-lamp A of de microfoon B niet met uw vingers of andere objecten bedekken.
3. Basisbediening Spoort de richting van de camera op (Richtingsdetectiefunctie) Deze functie spoort de verticale richting op wanneer u opneemt met de camera verticaal gericht. Wanneer u de opname afspeelt, wordt de opname automatisch afgebeeld in verticale richting. (Alleen beschikbaar wanneer [Scherm roteren] (P235) ingesteld is op [ON].) •...
3. Basisbediening Een foto maken • Zet de drivemodus op [ ] (enkel) door op 4 ( ) te drukken. Selecteer de opnamemodus. (P61) De ontspanknop tot de helft indrukken om scherp te stellen. A Lensopening B Sluitertijd • De diafragmawaarde en de sluitersnelheid worden weergegeven.
Pagina 58
3. Basisbediening • Als u na het scherpstellen op een onderwerp in-/uitzoomt, kan de nauwkeurigheid van het brandpunt verloren gaan. Stel het brandpunt in dat geval opnieuw in. • Het bereik van de scherpstelling is anders, afhankelijk van de gebruikte lens. 0,2 m tot ¶...
3. Basisbediening Foto’s maken met gebruik van de Touch Shutter functie Door het scherp te stellen onderwerp slechts aan te raken, zal het scherp gesteld worden en wordt de foto automatisch gemaakt. Raak [ ] aan. Raak [ ] aan. ×...
3. Basisbediening Films opnemen Dit kan volledig hoge definitie bewegende beelden die compatibel zijn met het AVCHD-formaat of bewegende beelden die opgenomen zijn in MP4 opnemen. De audio zal stereo opgenomen worden. Start het opnemen door op de bewegend beeldknop te drukken. A Verstreken opnametijd B Beschikbare opnametijd •...
3. Basisbediening Selecteren van de opnamemodus Selecteer de functie door de functieknop te draaien. • Draai de functieknop langzaam om de gewenste functie te selecteren. De onderwerpen worden opgenomen met behulp van Intelligent Auto modus instellingen die automatisch gebruikt worden door het (P73) toestel.
3. Basisbediening Omschakelen van de informatie die op het opnamescherm weergegeven wordt Druk op [DISP.] om te wijzigen. • Het scherm zal als volgt omgeschakeld worden: Met informatie Zonder informatie Met informatie ¢ Zonder informatie (weergave (weergave kantelsensor) ¢ kantelsensor) 50 i 50 i 98 98 98...
Pagina 63
3. Basisbediening Weergeven/niet weergeven van het histogram [MENU] > [Voorkeuze] > [Histogram] > [ON]/[OFF] U kunt de positie instellen door op 3/4/2/1 te drukken. • Bediening door rechtstreekse aanraking is ook mogelijk vanuit het opnamescherm. • Een Histogram is een grafiek die helderheid langs de horizontale as (zwart of wit) en het aantal pixels bij elk helderheidniveau op de verticale as afbeeld.
Pagina 64
3. Basisbediening Over de weergave van de kantelsensor ∫ Met de kantelsensor afgebeeld, is het makkelijk om de kanteling van de camera, enz. te corrigeren. Druk op [DISP.] om de kantelsensor weer te geven. Controleer de kanteling van de camera. ...
3. Basisbediening Afspelen van foto’s/films Opnamen terugspelen Druk op [(]. Druk op 2/1. 1/98 1/98 1/98 1/98 2: De vorige opname terugspelen 1: De volgende opname terugspelen • Als u 2/1 ingedrukt houdt, kunt u de beelden achter elkaar afspelen. •...
Pagina 66
3. Basisbediening De terugspeelzoom gebruiken Draai de bedieningsknop naar rechts. 2.0X 2.0X 2.0X 2.0X • Als de bedieningsknop naar links gedraaid wordt nadat het beeld uitvergroot is, zal de uitvergroting kleiner zijn. • U kunt het beeld ook vergroten/verkleinen door het deel dat u wilt vergroten (P15) samen te knijpen/te spreiden.
3. Basisbediening Beelden weergeven op basis van opnamedatum (Kalenderweergave) Draai de bedieningsknop naar links om het kalenderscherm weer te geven. Op 3/4/2/1 drukken om de terug te spelen datum te selecteren. Druk op [MENU/SET] om de opnames weer te geven die u op de gekozen datum hebt gemaakt.
3. Basisbediening Bewegende beelden terugspelen Dit toestel is ontworpen voor het afspelen van films met gebruik van AVCHD, MP4 en QuickTime Motion JPEG formaten. • Bewegende beelden worden weergegeven met de filmicoon Druk op 3 om af te spelen. A Opnametijd film •...
3. Basisbediening De op het terugspeelscherm Afgebeelde Informatie veranderen Druk op [DISP.] om het monitorscherm te schakelen. • Het scherm zal als volgt omgeschakeld worden: Weergave van Zonder informatie Weergave Met informatie ¢1 gedetailleerde (weergave ¢2 histogram ¢2 ¢1, 2, 3, 4 informatie highlight) F3.5...
Pagina 70
3. Basisbediening Weergeven/niet weergeven van de wit verzadigde zones [MENU] > [Voorkeuze] > [Highlight] > [ON]/[OFF] Wanneer de automatische overzichtfunctie geactiveerd is of wanneer u terugspeelt, verschijnen er witte verzadigde zones die in het zwart en wit knipperen. Dit beïnvloedt het gemaakte beeld niet. •...
3. Basisbediening Beelden wissen Is het beeld eenmaal gewist dan kan hij niet meer teruggehaald worden. • Beelden die geen deel uitmaken van de DCF-standaard of die beschermd zijn, kunnen niet gewist worden. Om een enkele opname uit te wissen Selecteer het te wissen beeld in de afspeelmodus en druk vervolgens op [ ].
Pagina 72
3. Basisbediening ¢ Wissen van meer beelden (tot 100 ) of van alle beelden ¢ De beeldengroepen worden als een enkel beeld beschouwd. (alle beelden in de geselecteerde beeldengroep zullen gewist worden.) Druk in de afspeelmodus op [ ]. Op 3/4 drukken om [Multi wissen] of [Alles wissen] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
4. Opnamemodussen Beelden maken m.b.v. de automatische functie (Intelligent Auto modus) Opnamefunctie: In deze modus maakt de camera optimale instellingen voor het onderwerp en de scène, dus wordt het aanbevolen als u wenst de instellingen aan de camera over te laten zonder erover na te moeten denken.
Pagina 74
4. Opnamemodussen Automatisch werkende functies ∫ • De volgende functies worden automatisch uitgevoerd om het toestel in staat te stellen optimale instellingen tot stand te brengen. – Scènedetectie – Compensatie van de achtergrondverlichting – Gezichtsdetectie – Automatische witbalans – Intelligente regeling ISO-gevoeligheid –...
4. Opnamemodussen Wanneer u bewegende beelden opneemt [i-Portret] [i-Landschap] [i-Zacht licht] [i-Macro] • Wegens omstandigheden zoals de hieronder genoemde, kan er een andere scène geïdentificeerd worden voor hetzelfde onderwerp. – Omstandigheden van het onderwerp: of het gezicht helder of donker is, de grootte, de kleur en de vorm van het onderwerp, de afstand tot het onderwerp, het contrast van het onderwerp, of het onderwerp beweegt –...
4. Opnamemodussen Opnemen van nachtelijke taferelen ([iHandh. nachtop.]) Opnamefunctie: Als [iHandh. nachtop.] op [ON] staat en [ ] gedetecteerd wordt terwijl nachtelijke beelden handheld opgenomen worden, zullen deze nachtbeelden gemaakt worden met een hoge burst-snelheid en in een enkel beeld samengevat worden. Deze modus is nuttig als u prachtige nachtopnames wilt maken met zo weinig mogelijk beweging en ruis van het toestel en zonder een statief te gebruiken.
4. Opnamemodussen Combineren van beelden in een enkel beeld met een rijke gradatie ([iHDR]) Opnamefunctie: Als [iHDR] op [ON] staat en er is bijvoorbeeld een sterk contrast tussen de achtergrond en het onderwerp, dan worden meerdere foto's met verschillende belichtingen opgenomen en gecombineerd voor de creatie van één enkele foto met een rijke gradatie.
4. Opnamemodussen Foto's maken met een wazige achtergrond (Defocus Control) Opnamefunctie: De wazigheid van de achtergrond kan gemakkelijk ingesteld worden terwijl u het beeldscherm controleert. Druk op 3 om het instellingenscherm weer te geven. • Telkens wanneer in de Intelligent Auto Plus modus op 3 gedrukt wordt, schakelt de camera tussen werking met instelling van de helderheid (P79), werking met Defocus Control en gewone werking.
4. Opnamemodussen Opnemen van beelden door het veranderen van de helderheid of de kleurtoon Opnamefunctie: Deze modus stelt u in staat om de helderheid en de kleurtoon te veranderen en deze op uw favoriete instellingen te zetten in plaats van op die, die de camera ingesteld heeft. Instelling helderheid Druk op 3 om het instellingenscherm weer te geven.
4. Opnamemodussen Kleurinstelling Druk op 1 om het instellingenscherm weer te geven. Draai aan de bedieningsknop om de kleur in te stellen. • Dit zal de kleur van het beeld van roodachtig naar blauwachtig afstellen. • Druk op [MENU/SET] om naar het opnamescherm terug te keren.
4. Opnamemodussen Intelligent Auto Plus modus en Intelligent Auto modus Schakelen tussen de Intelligent Auto Plus modus en de Intelligent Auto modus ∫ Op [MENU/SET] drukken. Druk op 2. Druk op 3/4 om het tabblad [ ] of [ ] te selecteren. Druk op 2/1 om [ ] of [ ] te selecteren en...
Pagina 82
4. Opnamemodussen Menu's die ingesteld kunnen worden ∫ Alleen de volgende menu’s kunnen ingesteld worden. Intelligent Auto Plus modus Menu Onderdeel [Fotostijl]/[Aspectratio]/[Fotoresolutie]/[Kwaliteit]/[Burstsnelh.]/[Auto bracket]/ [Zelf ontsp.]/[iHandh. nachtop.]/[iHDR]/[Intervalopname]/ [Opname] [Stop-motionanimatie]/[Sluitertype]/[Ex. tele conv.]/[Kleurruimte]/[Stabilisatie]/ [Gezicht herk.]/[Profiel instellen] [Bewegend [Fotostijl]/[Opname-indeling]/[Opn. kwaliteit]/[Continu AF]/[Ex. tele conv.]/ beeld] [Micr.
4. Opnamemodussen Het maken van beelden met uw favoriete instellingen (Programma AE-modus) Opnamefunctie: Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van het object. U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [Opname] menu te veranderen.
Pagina 84
4. Opnamemodussen Weergeven/niet weergeven van de belichtingsmeter [MENU] > [Voorkeuze] > [Lichtmeter] > [ON]/[OFF] B Belichtingsmeter • Stel [ON] in om de belichtingsmeter weer te geven tijdens het corrigeren van de belichting, het uitvoeren van Programme 98 98 98 4.0 60 4.0 60 Shift, het instellen van de lensopening en het instellen van de sluitertijd.
4. Opnamemodussen Programmaschakeling In programma AE-functie kunt u de ingestelde openingswaarde en de sluitertijd wijzigen zonder de belichting te wijzigen. Dit heet programmaschakeling. U kunt de achtergrond waziger maken door de openingswaarde kleiner te maken of een bewegend voorwerp met meer beweging opnemen door de sluitertijd langzamer in te stellen als u een opname maakt in de AE-programmafunctie.
4. Opnamemodussen Opnamen maken door het diafragma/de sluitertijd te specificeren Opnamefunctie: • De effecten van de ingestelde lensopeningwaarde zullen niet op het opnamescherm zichtbaar zijn. Gebruik [Voorvertoning] om het opnamescherm te controleren. (P90) • De helderheid van het scherm en van de opgenomen beelden kunnen verschillen. Controleer de beelden op het afspeelscherm.
4. Opnamemodussen Sluiter-Prioriteit AE-modus Als u een scherpe opname wenst te maken van een snel bewegend object, stelt u een hogere sluitertijd in. Als u een trail-effect wenst, stelt u een lagere snelheid in. Stel de functieknop in op [ Draai aan de bedieningsknop om de sluitertijd in te stellen.
4. Opnamemodussen Handmatige Belichtingsmodus Bepaalde belichting door handmatig de opening en de sluitertijd in te stellen. De handmatige belichtingshulp verschijnt op het onderste gedeelte van het scherm om de belichting aan te geven. Stel de functieknop in op [ Draai aan de bedieningsknop om de waarde van de lensopening en de sluitertijd in te stellen.
4. Opnamemodussen Handmatige belichtingsassistentie 0 0 0 De belichting is goed. Stel een hogere sluitertijd of een grotere openingswaarde in. 0 0 0 −3 −3 Stel een lagere sluitertijd of een kleinere openingswaarde in. • De handmatige-belichtingsassistentie is een benadering. Wij raden aan de opnamen op het weergavescherm te controleren.
4. Opnamemodussen Controleer de effecten van diafragma en sluitertijd (Preview-functie) Toepasbare modi: De effecten van de lensopening en de sluitersnelheid kunnen met gebruik van de preview-modus gecontroleerd worden. • Bevestig de effecten van de lensopening: u kunt de velddiepte (daadwerkelijk focusbereik) controleren voordat u de foto neemt, door de bladsluiter te sluiten op de waarde van de lensopening die u instelt.
Pagina 91
4. Opnamemodussen Eigenschappen velddiepte Diafragmawaarde Klein Groot Focuslengte van de lens Tele Breed ¢1 Afstand tot het onderwerp Dichtbij Veraf Velddiepte (effectief focusbereik) Ondiep (Smal) ¢2 Diep (Breed) ¢3 ¢1 Opnameomstandigheden ¢2 Voorbeeld: Als u een opname met een wazige achtergrond wilt maken enz. ¢3 Voorbeeld: Als u een opname wilt maken waarbij alles, inclusief achtergrond enz., is scherpgesteld.
4. Opnamemodussen Gemakkelijk de sluitertijd/sluitertijd voor geschikte belichting (OnPush AE) instellen Toepasbare modi: Wanneer de belichtingsinstelling te helder of te donker is, kunt u één druk-AE gebruiken om een geschikte belichtingsinstelling te verkrijgen. Hoe te weten als de belichting niet geschikt is •...
4. Opnamemodussen Foto's maken die overeenkomen met de scène die opgenomen wordt (Scene Guide modus) Opnamefunctie: Als u een scène selecteert die overeen moet komen met het onderwerp en de opname-omstandigheden, zal de camera de optimale belichting, kleur en focus instellen en u zo in staat stellen een opname te maken die passend is voor de scène.
Pagina 94
4. Opnamemodussen Weergeven/niet weergeven van het selectiescherm wanneer de functieknop gezet is. [MENU] > [Voorkeuze] > [Menugids] [ON]: Toont het selectiebeeldscherm voor de scènegids of voor de Creative Control modus. [OFF]: Toont het opnamescherm van de huidig gekozen modus van de Scènegids of van de Creative Control modus.
Pagina 95
4. Opnamemodussen Raadpleeg voor details over de instellingen van “Scene Guide modus”. [Geprononceerd portret] Past de helderheid van het gezicht aan en vervaagt de achtergrond voor een geprononceerd portret. Tips • Als u een lens met de zoomfunctie gebruikt, kunt u het effect vergroten door zo veel mogelijk in te zoomen en door de afstand tussen de camera en het onderwerp te verkleinen.
Pagina 96
4. Opnamemodussen [Ontspannen atmosfeer] Creëert een ontspannen atmosfeer met warme kleurtonen. [Kindergezicht] Benadrukt kindergezichten door het achtergrond licht onscherp te maken en de huidtonen te versterken. Raak het gezicht aan. • Er wordt een foto gemaakt met de scherpstelling en de belichting die voor de aangeraakte locatie ingesteld zijn.
Pagina 97
4. Opnamemodussen [Blauwe lucht] Maakt opnamen bij volle zon helderder met een stralende blauwe hemel. [Romantische zonsondergang] Versterkt de atmosfeer van een romantische zonsondergang door de paarstinten te accentueren. [Levendige zonsondergang] Creëert een krachtige zonsondergang door de roodtinten te accentueren.
Pagina 98
4. Opnamemodussen [Glinsterend water] Maakt glinsterende waterpartijen helderder en versterkt de blauwtinten licht. • De weergave van het opnamescherm zal meer dan normaal vertraagd worden en het scherm zal eruit zien als of er frames wegvallen. • Het sterrenfilter dat op deze wijze gebruikt wordt, kan glinstering veroorzaken op onderwerpen anders dan wateroppervlakken [Heldere nachtopname] Verbetert opnamen bij weinig licht door de kleuren in het...
Pagina 99
4. Opnamemodussen [Warme nachtopname] Creëert een gloeiende avondhemel door warme kleurtinten te versterken. Tips • Wij raden u aan een statief en de zelfontspanner te gebruiken. • De sluiter kan gesloten blijven nadat u de opname gemaakt heeft. Dit komt door signaalverwerking en duidt niet op storing. •...
Pagina 100
4. Opnamemodussen [Nachtop. uit hand] Opnemen van meervoudige beelden en combineren van gegevens om wazigheid en ruis te minimaliseren bij het handmatig opnemen van nachtelijke taferelen. Tips • Beweeg het toestel niet tijdens het continu fotograferen nadat op de sluiterknop gedrukt is. •...
Pagina 101
4. Opnamemodussen [Bloemen] Creëert een diffuus beeld met een zachte focus. Tips • Wij raden u aan een statief en de zelfontspanner te gebruiken. • Voor het maken van close-ups raden wij aan dat u de flitser sluit en het gebruik ervan vermijdt. •...
Pagina 102
4. Opnamemodussen [Desserts] Geeft desserts verleidelijk weer door de helderheid aan te passen. Tips • Als u een lens met de zoomfunctie gebruikt, kunt u het effect vergroten door zo veel mogelijk in te zoomen en door de afstand tussen de camera en het onderwerp te verkleinen. •...
Pagina 103
4. Opnamemodussen [Sport] Maakt scherpe opnamen van bijvoorbeeld sportevenementen met minder kans op beweging door een snellere sluitertijd. [Monochroom] Creëert monochrome opnamen die de unieke sfeer van het moment kunnen vastleggen.
4. Opnamemodussen Foto’s maken met verschillende beeldeffecten (Creative Control modus) Opnamefunctie: In deze modus maakt u opnames met extra beeldeffecten. U kunt de effecten die u wilt toevoegen instellen door de voorbeeldbeelden te selecteren en deze op het scherm na te kijken. Stel de functieknop in op [ Druk op 3/4 om de beeldeffecten (filters) te selecteren.
Pagina 105
4. Opnamemodussen • Om de Creative Control modus te veranderen, selecteert u de [ ]-tab op het menuscherm, selecteert u [Filter wijzigen] en drukt u vervolgens op [MENU/SET]. U kunt terugkeren naar stap op P104. • Witbalans zal vastgesteld zijn op [AWB] en [Gevoeligheid] zal vastgesteld zijn op [AUTO]. •...
Pagina 106
4. Opnamemodussen Instelling helderheid Druk op 3 om het instellingenscherm weer te geven. • Iedere druk op 3 veroorzaakt de schakeling tussen de instelling van de helderheid, Defocus Control en einde werking. Draai aan de bedieningsknop om in te stellen. ±0 ±0 - 5 - 5 - 4 - 4 - 3 - 3 - 2 - 2 - 1 - 1 0 0...
Pagina 107
4. Opnamemodussen Raadpleeg P104 voor details over de instellingen van “Creative Control modus”. [Expressief] Versterkt kleuren en geeft opnamen een popart-effect. Items die ingesteld kunnen worden Zwak uitgedrukte Frisheid Pop kleuren kleuren [Retro] Vervaagt de foto voor een ouderwetse indruk. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Geel benadrukt...
Pagina 108
4. Opnamemodussen [Overbelichting] Dit effect geeft het beeld een heldere, luchtige en zachte uitstraling. Items die ingesteld kunnen worden Aquamarijn Kleur Roze benadrukt benadrukt [Donker] Dit effect geeft het beeld een donkere, ontspannen uitstraling en verbetert heldere delen. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Rood benadrukt Blauw benadrukt...
Pagina 109
4. Opnamemodussen [Dynamisch zwart/wit] Dit effect verhoogt het contrast voor indrukwekkende zwart-witopnamen. Items die ingesteld kunnen worden Contrast Laag contrast Hoog contrast [Ruw zwart-wit] Dit effect veroorzaakt een zwart-witbeeld met een korrelachtig effect. Items die ingesteld kunnen worden Zanderigheid Minder zanderig Zanderiger •...
Pagina 110
4. Opnamemodussen [Expressieve indruk] Geeft foto's een expressieve toon met sterkere contrasten. Items die ingesteld kunnen worden Frisheid Zwart-wit Popkleuren [Hoge dynamiek] Dit effect levert optimale helderheid voor zowel donkere als heldere delen. Items die ingesteld kunnen worden Frisheid Zwart-wit Popkleuren [Kruisproces] Geeft foto's een bezielend kleureffect.
Pagina 111
4. Opnamemodussen [Speelgoedcam.effect] Dit effect vermindert de helderheid van omranding om de indruk te geven van een speelgoedcamera. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Oranje benadrukt Blauw benadrukt [Speelgoedcamera levendig] Dit effect creëert een levendig en helder beeld, alsof het door een speelgoedcamera gemaakt is.
Pagina 112
4. Opnamemodussen [Miniatuureffect] Dit effect vervaagt de buitenranden van de foto om de indruk te wekken van een kijkdoos. Items die ingesteld kunnen worden Zwak uitgedrukte Frisheid Popkleuren kleuren Instelling van het type defocus ∫ Met [Miniatuureffect] kunt u het onderwerp opzettelijk laten uitkomen door focus en defocus delen in te stellen.
Pagina 113
4. Opnamemodussen [Zachte focus] Dit effect vervaagt het hele beeld om een zachtere uitstraling te creëren. Items die ingesteld kunnen worden Mate van defocus Zwakke defocus Sterke defocus • De weergave van het opnamescherm zal meer dan normaal vertraagd worden en het scherm zal eruit zien als of er frames wegvallen.
Pagina 114
4. Opnamemodussen [Kleuraccent] Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en andere te vervagen. Items die ingesteld kunnen worden Hoeveelheid Kleine hoeveelheid Grote hoeveelheid overgelaten kleur kleur kleur Stel de kleur in die u overlaat ∫ Stel de kleur in die u overlaat door een locatie op het scherm te selecteren. Druk op [Fn1] om het instellingenscherm weer te geven.
Pagina 115
4. Opnamemodussen [Zonneschijn] Dit effect voegt invallend licht toe aan de scène. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Gele toon/Rode toon/Blauwe toon/Witte toon • Selecteer de kleurtoon door aan de bedieningsknop te draaien en vervolgens op [MENU/SET] te drukken. Instelling van de lichtbron ∫...
4. Opnamemodussen Films opnemen met de handmatig ingestelde lensopeningwaarde/sluitertijd (Creatieve Videomodus) Opnamefunctie: Het is mogelijk om de openingswaarde en de sluitersnelheid manueel te veranderen en video’s op te nemen. Zet de modusknop op [ Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Bewegend beeld] >...
4. Opnamemodussen Minimaliseren van werkgeluiden tijdens een filmopname Het bedrijfsgeluid van de zoom of knopwerking zou opgenomen kunnen worden wanneer deze gehanteerd worden tijdens de opname van een bewegend beeld. Het gebruik van de aanraakiconen maakt de stille werking tijdens het opnemen van films mogelijk.
4. Opnamemodussen Registreren van uw favoriete instellingen (Voorkeuzemode) Opnamefunctie: U kunt de huidige camera-instellingen als klantinstellingen registreren. Als u vervolgens opnames maakt in de Klantmodus, kunt u de geregistreerde instellingen gebruiken. • Begininstelling van de AE-programmafunctie is aan het begin geregistreerd als de standaard instellingen.
4. Opnamemodussen Opnemen m.b.v. geregistreerde gebruikelijke instelling U kunt gemakkelijk de instellingen die u geregistreerd heeft met [Geh voorkeursinst.] oproepen. Zet de modusknop op [ • De gebruikelijke instelling die geregistreerd is voor [ ] wordt opgeroepen. Zet de modusknop op [ •...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Instellen van de beeldkwaliteit door een effect toe te voegen ([Fotostijl]) Toepasbare modi: Er kunnen 6 soorten effecten geselecteerd worden om overeen te komen met het beeld dat u wenst op te nemen. Het is mogelijk de items zoals kleur of beeldkwaliteit van het effect naar uw wens af te stellen.
Pagina 121
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Bijstellen van de beeldkwaliteit ∫ • De beeldkwaliteit kan in de Intelligent Auto Plus modus niet afgesteld worden. Druk op 2/1 om het type Photo Style te selecteren. Druk op 3/4 om de items te selecteren en druk vervolgens op 2/1 om deze bij te stellen.
Pagina 122
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Registreren van instellingen op [Custom] ∫ Regel de beeldkwaliteit door stap van “Bijstellen van de beeldkwaliteit” te volgen en druk vervolgens op [DISP.]. • Het bevestigingsscherm wordt afgebeeld. Dit gebeurt wanneer [Ja] geselecteerd wordt.
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon De witbalans instellen Toepasbare modi: In zonlicht, onder gloeilampen of in andere soortgelijke toestanden waar de kleur van wit naar roodachtig of blauwachtig gaat, past dit item zich aan de kleur van wit aan die het dichtst in de buurt zit van wat gezien wordt door het oog in overeenkomst met de lichtbron.
Pagina 124
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Onder fluorescente verlichting, LED-verlichting-inrichting enz., zal de geschikte Witbalans variëren afhankelijk van het verlichtingstype, gebruik daarom [AWB] of ], [ • De witbalans wordt alleen berekend voor onderwerpen die binnen het bereik van de flitser van het toestel liggen.
Pagina 125
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon De witbalans handmatig instellen Stel de witbalanswaarde in. Een gebruik voor het overeen doen komen van de omstandigheid waarin u foto’s maakt. Druk op 1 ( Draai aan de bedieningsknop om [ ] of [ ] te selecteren en druk vervolgens op 3.
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon De witbalans fijn afstellen U kunt de witbalans fijn instellen als u de gewenste tint niet krijgt met de gewone witbalans. Selecteer de witbalans en druk vervolgens op 4. Druk op 3/4/2/1 om de witbalans fijn in te stellen. G G G G G G A (AMBER: ORANJE) B (BLAUW: BLAUWACHTIG)
Pagina 127
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Witbalans Bracket Bracket wordt ingesteld op basis van de afstellingen van de witbalansfijnafstelling; met één druk op de sluiterknop worden automatisch 3 opnamen ineens met verschillende kleuren gemaakt. Verricht de fijnafstelling van de witbalans in stap G G G G G G van “De witbalans fijn afstellen”...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Instellen van de beeldkwaliteit en -grootte Instellen van de beeldverhouding Toepasbare modi: Dit biedt u de mogelijkheid de aspectratio van de beelden te kiezen die het best bij het afdrukken of het terugspelen past. [MENU] >...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Instellen van de beeldcompressieverhouding ([Kwaliteit]) Toepasbare modi: De compressiesnelheid instellen waarop de beelden opgeslagen moeten worden. [MENU] > [Opname] > [Kwaliteit] Bestandsform Instellingen Beschrijving van instellingen Een JPEG-beeld waarin prioriteit aan de beeldkwaliteit gegeven werd. JPEG Een JPEG-beeld met standaard beeldkwaliteit.
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Gebruik van functies voor de beeldcorrectie Compenseren van het contrast en de belichting ([Int.dynamiek]) Toepasbare modi: Contrast en belichting worden gecompenseerd als het verschil in helderheid tussen de achtergrond en het onderwerp groot is, enz. [MENU] >...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Combineren van beelden met verschillende belichtingen ([HDR]) Toepasbare modi: U kunt 3 beelden met verschillende niveaus van belichting in een enkel beeld combineren met rijke schakeringen. U kunt het verlies aan gradatie minimaliseren in heldere en donkere zones, wanneer het contrast tussen de achtergrond en het onderwerp bijvoorbeeld groot is.
Pagina 132
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon • Beweeg het toestel niet tijdens het continu fotograferen nadat op de sluiterknop gedrukt is. • U kunt de volgende foto niet nemen, zolang de combinatie van beelden niet compleet is. • Een bewegend onderwerp kan met onnatuurlijke wazigheid opgenomen worden. •...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Verminderen van het lange sluitergeluid ([Lang sl.n.red]) Toepasbare modi: De camera verwijdert automatisch ruis die ontstaat bij een tragere sluitertijd, wanneer u nachtscènes enz. wilt opnemen, zodat u toch mooie opnamen kunt maken. [MENU] > [Opname] >...
5. Instellen van beeldkwaliteit en kleurtoon Instellen van de kleurruimte ([Kleurruimte]) Toepasbare modi: Stel dit in als u de kleurweergave wenst te corrigeren van opgeslagen beelden op de PC, een printer enz. [MENU] > [Opname] > [Kleurruimte] Kleurbereik is ingesteld op sRGB-Kleurbereik. [sRGB] Dit wordt het meeste gebruikt in computeruitrustingen.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Foto’s maken met Auto Focus Toepasbare modi: Op deze manier kunt u de focusmethode gebruiken die bij de posities en het aantal te selecteren onderwerpen past. Zet de hendel van de focusmodus op [AFS] of [AFC] (P136).
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Over de focusmodus (AFS/AFF/AFC) Toepasbare modi: De methode wordt ingesteld om scherp te stellen als de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt. De beweging van het Focusmo onderwerp en de scène Beschrijving van instellingen (aanbevolen) “AFS”...
Pagina 137
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Veranderen van de focusmodus die toegekend is aan [AFS] van de hendel van de focusmodus [MENU] > [Voorkeuze] > [AFS/AFF] [AFS]: Kent [AFS] toe. [AFF]: Kent [AFF] toe. Wanneer u opneemt met gebruik van [AFF], [AFC] •...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Soort Auto Focus modus Over [ ] ([Gezichtsdetectie]) De camera vindt automatisch het gezicht van de persoon. De focus en de belichting worden ingesteld op de waarden die het best passen bij dat gezicht, ongeacht waar het gezicht zich in het beeld bevindt.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instelling van [ ] ([Tracking AF]) De focus en de belichting kunnen worden aangepast aan een specifiek onderwerp. De focus en de belichting zullen het onderwerp blijven volgen, zelfs als dat beweegt. (Dynamische opsporing) Als de knoppen gebruikt worden ∫...
Pagina 140
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Over [ ] ([23-zone]) Er kunnen tot 23 AF-zones scherp gesteld worden. Dit is zelfs werkzaam als een onderwerp zich niet in het midden van het scherm bevindt • De 23 AF-zones kunnen in 9 zones onderverdeeld worden en de zone waarop men wilt scherpstellen kan ingesteld worden.
Pagina 141
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instellen van de positie van de AF-zone/veranderen van de maat van de AF-zone • Doe dit na de Touch-sluiterfunctie te hebben geannuleerd. • Als de instelling gemaakt wordt met bediening door aanraking, zet [Touch AF] in [Touch inst.] van het [Voorkeuze]-menu dan op [AF].
Pagina 142
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Wanneer u [ ] selecteert U kunt de scherpstelpositie op precieze wijze instellen door het scherm te vergroten. • De focuspositie kan niet op de rand van het beeldscherm ingesteld worden. Selecteer [ ] en druk op 4.
Pagina 143
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instelling van de duur waarbij het scherm vergroot is [MENU] > [Voorkeuze] > [Spot AF tijd] > [LONG] (Ongeveer 1,5 seconden)/[MID] (Ongeveer 1,0 seconden)/ [SHORT] (Ongeveer 0,5 seconden) • De puntfocussing kan ook verplaatst worden om overeen te komen met de AF-zone wanneer de [Meetfunctie] (P161) ingesteld is op [...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instelling van de gewenste focusmethode Door het [Voorkeuze]-menu te gebruiken, kunt u de focusmethode in detail instellen. Loslaten/Niet loslaten van de sluiter door de sluiterknop tot halverwege in te drukken [MENU] > [Voorkeuze] > [Ontsp. knop half indr.] > [ON]/[OFF] Wel/niet van te voren scherpstellen [MENU] >...
Pagina 145
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Wel/niet inschakelen van de AF Assist-lamp [MENU] > [Voorkeuze] > [AF ass. lamp] > [ON]/[OFF] De AF-hulplamp zal het onderwerp verlichten als de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt en maakt het zo gemakkelijker voor het toestel om scherp te stellen als een opname bij weinig licht gemaakt wordt.
Pagina 146
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Wel/niet opnemen, zelfs als geen scherpstelling van het beeld verkregen wordt [MENU] > [Voorkeuze] > [Prio. focus/ontspan] [FOCUS]: U kunt geen opname maken zolang het object niet is scherpgesteld. [RELEASE]: Dit geeft voorrang aan het beste ogenblik om een opname te maken zodat u een opname kunt maken als u de ontspanknop helemaal indrukt.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Opnamen maken met handmatig scherpstellen Toepasbare modi: Gebruik deze functie als u een vaste scherpstelling wenstof als de afstand tussen de lens en het object vast is en u de automatische scherpstelling niet wenst te gebruiken. De handelingen om handmatig scherp te stellen variëren en zijn afhankelijk van de lens die gebruikt wordt.
Pagina 148
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Gebruik van een onderling verwisselbare lens (H-H020A) met een focusring Zet de hendel van de focusfunctie op [MF]. Draai aan de focusring om scherp te stellen. Draai naar A kant: Stelt scherp op een onderwerp dichtbij Draai naar B kant: Stelt scherp op een onderwerp ver weg E MF Assist (vergroot scherm)
Pagina 149
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Wel/niet weergeven van de MF-gids [MENU] > [Voorkeuze] > [MF-gids] > [ON]/[OFF] A Aanduiding van ¶ (oneindigheid) Wanneer [MF-gids] op het [Voorkeuze] menu ingesteld is op [ON] en u handmatig scherpstelt, wordt de MF-guide afgebeeld op het scherm.
Pagina 150
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Accentueren/niet accentueren van de scherp gestelde delen [MENU] > [Voorkeuze]>[Peaking] De in-focus gedeeltes worden met een kleur geaccentueerd. [ON] De in-focus gedeeltes worden niet met een kleur geaccentueerd. [OFF] Het detectieniveau van in-focus gedeeltes wordt ingesteld.
Pagina 151
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Technieken voor handmatig scherpstellen 1 Druk op de cursorknop of draai aan de focusring om scherp te stellen. 2 Druk nog een paar keer op de cursorknop of draai de focusring een beetje verder in dezelfde richting.
Pagina 152
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Over de referentiemarkering van de focusafstand ∫ De referentiemarkering van de focusafstand is een markering die gebruikt wordt om de focusafstand te meten. Gebruik dit voor opnamen met manueel scherpstellen of close-ups. Focusbereik A Referentieteken focusafstand B Referentielijn focusafstand C 0,2 m (brandpuntafstand 12 mm tot 20 mm)
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) De instellingen van MF Assist naar wens veranderen Gebruik het [Voorkeuze]-menu voor het maken van geavanceerde instellingen voor MF Assist. Instelling van de weergavemethode van MF Assist (vergroot scherm) [MENU] > [Voorkeuze] > [MF assist] •...
Pagina 154
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instellen van het aanvankelijke vergrotingsniveau van MF Assist [MENU] > [Voorkeuze] > [Lens zonder focusring] > [MF vergrotingsniveau] Er kan een aanvankelijk vergrotingsniveau van MF Assist tussen 3 en 10 keer ingesteld worden. •...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Vastzetten van het brandpunt en de belichting (AF/AE-vergrendeling) Toepasbare modi: Dit is handig wanneer u een opname wilt maken van een onderwerp dat zich buiten de AF-zone bevindt of wanneer het contrast te sterk is en u niet de juiste belichting vindt. Stel een functieknop in op [AF/AE LOCK].
Pagina 156
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) • AF-vergrendeling is alleen effectief wanneer u beelden maakt in handmatige belichtingsfunctie. • De AE-vergrendeling is alleen effectief wanneer u beelden maakt met de Handmatige Scherpstelling. • Tijdens het opnemen van een film is alleen de AF-vergrendeling actief. Wanneer u de AF-vergrendeling tijdens de opname eenmaal wist, kan hij niet opnieuw geactiveerd worden.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Belichtingscompensatie Toepasbare modi: Gebruik deze functie wanneer u de geschikte belichting niet kunt verkrijgen wegens het verschil in helderheid tussen het object en de achtergrond. Druk 3 (È) om te schakelen naar Belichtingscompensatie-werking. •...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) De lichtgevoeligheid instellen Toepasbare modi: Hiermee kan de gevoeligheid voor het licht (ISO-gevoeligheid) worden ingesteld. Als u deze hoger zet, kunnen ook op donkere plaatsen opnamen worden gemaakt zonder dat de opnamen donker worden. Selecteer het menu.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Kenmerken van de ISO-gevoeligheid. 25600 Opnamelocatie (aangeraden) Wanneer het licht is (buiten) Wanneer het donker is Sluitertijd Langzaam Snel Ruis Minder Verhoogd Schommelen van het Verhoogd Minder onderwerp • Voor het focusbereik van de flitser als [AUTO] ingesteld is, raadpleegt u P201. •...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Instellen van de staptoename van de ISO-gevoeligheid Toepasbare modi: U kunt voor iedere 1/3 EV de instellingen van de ISO-gevoeligheid bijstellen. [MENU] > [Opname] > [ISO-verhoging] ¢ ¢ [L.125] /[L.160] /[200]/[250]/[320]/[400]/[500]/[640]/[800]/[1000]/[1250]/[1600]/ [1/3 EV] [2000]/[2500]/[3200]/[4000]/[5000]/[6400]/[8000]/[10000]/[12800]/[16000]/ [20000]/[25600] [1 EV]...
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Selecteren van de methode voor het meten van de helderheid ([Meetfunctie]) Toepasbare modi: Type optische meting om helderheid te meten kan veranderd worden. [MENU] > [Opname] > [Meetfunctie] Dit is de methode waarbij de camera de beste belichting meet door de helderheid op het hele beeld automatisch te berekenen.
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Eenvoudig optimaliseren van de helderheid van een bepaalde zone (Touch AE) Toepasbare modi: U kunt de helderheid van een aangeraakte positie gemakkelijk optimaliseren. Als het gezicht van het onderwerp donker lijkt, kunt u het scherm helderder maken overeenkomstig de helderheid van het gezicht.
Pagina 163
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) Optimaliseren van het brandpunt en de helderheid van een aangeraakte positie Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Voorkeuze] > [Touch inst.] Selecteer [Touch AF] en raak vervolgens [AF+AE] aan. Raak het onderwerp aan waarvoor u de helderheid wilt optimaliseren.
Pagina 164
6. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting) • Wanneer opnames met Touch Shutter gemaakt worden, worden de scherpstelling en de helderheid van de aangeraakte positie geoptimaliseerd voordat de opname plaatsvindt. • Aan de rand van het scherm kan het focussen beïnvloed worden door de helderheid rondom de aangeraakte plek.
7. Instellingen van sluiter en drive Instellen van het type sluiter Toepasbare modi: U kunt foto's maken met een van de twee sluitermethodes: de elektronische voorste gordijnsluiter of de elektronische sluiter. Elektronische voorste Elektronische sluiter gordijnsluiter De camera start de belichting De camera start en eindigt de Beschrijving elektronisch en eindigt deze met de...
Pagina 166
7. Instellingen van sluiter en drive • Als [ ] op het scherm weergegeven wordt, zullen de foto's met de elektronische sluiter gemaakt worden. • Als [Burstsnelh.] op [SH] gezet is, zullen de foto's met de elektronische sluiter gemaakt worden. •...
7. Instellingen van sluiter en drive Selecteer een drive-modus Toepasbare modi: U kunt veranderen wat de camera zal doen wanneer u op de sluiterknop drukt. Druk op 4 ( Druk op 2/1 om de drivemodus te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. A Drive-modus 1 2 3 4 31/3...
7. Instellingen van sluiter en drive Opnamen maken met de burstfunctie Toepasbare modi: Beelden worden continu gemaakt terwijl de ontspanknop ingedrukt wordt. • Foto’s die met burst-snelheid [SH] genomen worden, zullen als een enkele burst-groep opgenomen worden (P218). Druk op 4 ( Druk op 2/1 om de burst-icoon te selecteren 31/3 ], enz.) en druk vervolgens op 3.
Pagina 169
7. Instellingen van sluiter en drive • De burst-snelheid kan afhankelijk van de volgende instellingen lager worden. – [Fotoresolutie] (P128) – [Kwaliteit] (P129) – [Gevoeligheid] (P158) – Focusmodus (P136) – [Prio. focus/ontspan] (P146) • De burst-snelheid kan ook ingesteld worden met [Burstsnelh.] in het [Opname]-menu. •...
Pagina 170
7. Instellingen van sluiter en drive • Als de camera tijdens de opname oververhit raakt door een hoge omgevingstemperatuur, door continu opnemen in de burst-modus of door andere omstandigheden die oververhitting veroorzaken, dan knippert [ ]. Als een bericht weergegeven wordt na het knipperen van ] zal de camera uit zelfbescherming automatisch uitgeschakeld worden.
7. Instellingen van sluiter en drive Opnamen maken met gebruik van Auto Bracket Toepasbare modi: Telkens wanneer de sluiterknop wordt ingedrukt, worden er maximaal 7 opnamen met verschillende belichtingsinstellingen gemaakt, afhankelijk van het bereik van de belichtingscompensatie. Met Auto Bracket [Stap]: [3•1/3], [Serie]: [0/s/r] 1ste beeld 2de beeld...
Pagina 172
7. Instellingen van sluiter en drive Annuleren van Auto Bracket ∫ Selecteer [ ] ([Enkel]) of [ ] in de drive-modussen. (P167) Veranderen van de instellingen voor [Enkel/Burst instellen], [Stap] en [Serie] in ∫ Auto Bracket Selecteer het menu. (P37) [MENU] >...
Pagina 173
7. Instellingen van sluiter en drive • Wanneer u opnamen maakt met Auto Bracket nadat u de waarde van de belichtingscompensatie hebt ingesteld, worden de foto's met de gekozen belichtingscompensatie gemaakt. In deze gevallen niet beschikbaar: • De Auto Bracket wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld. –...
7. Instellingen van sluiter en drive Opnamen maken met de zelfontspanner Toepasbare modi: Druk op 4 ( Druk op 2/1 om de icoon van de 31/3 zelfontspanner te selecteren ([ ], enz.) en druk vervolgens op 3 . Druk op 2/1 om de tijdinstelling van de zelfontspanner in te stellen en druk vervolgens op [MENU/SET] .
Pagina 175
7. Instellingen van sluiter en drive Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en druk de knop helemaal in om de opname te maken. • Focus en belichting zullen ingesteld worden als de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt. •...
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Automatisch beelden opnemen met ingestelde tijdsintervallen ([Intervalopname]) Toepasbare modi: U kunt de starttijd van de opname, het opname-interval en het aantal beelden instellen en automatisch onderwerpen opnemen zoals dieren en planten, terwijl de tijd verstrijkt. De beelden worden als een enkele beeldengroep opgenomen (P218).
Pagina 177
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Druk op 3/4 om [Start] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. Druk de ontspanknop geheel in. • De opname start automatisch. • Tijdens opname standby zal de stroom automatisch uitgeschakeld worden als gedurende bepaalde tijd geen handelingen verricht worden.
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Creëren van stopmotion-beelden ([Stop-motionanimatie]) Toepasbare modi: Een stop-motionbeeld wordt gecreëerd door beelden samen te voegen. • Voer van tevoren de datum- en tijdinstellingen uit. (P35) • De beelden die met [Stop-motionanimatie] genomen zijn, worden weergegeven als een reeks groepsbeelden.
Pagina 179
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Druk op 3/ 4 om de opnamemethode te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. [ON] Maakt automatisch foto's volgens een ingesteld tijdsinterval. Als de sluiterknop volledig ingedrukt wordt, gaat de opname van [Automatische start.
Pagina 180
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Raak [ ] aan om de opname te eindigen. • De opname kan ook beëindigd worden door [Stop-motionanimatie] te selecteren in het [Opname]-menu en vervolgens op [MENU/SET] te drukken. •...
Pagina 181
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Toevoegen van beelden aan de stop-motion-animatiegroep ∫ Door [Aanvullend] in stap te selecteren, zullen groepsbeelden weergegeven worden die opgenomen zijn met [Stop-motionanimatie]. Selecteer een reeks groepsbeelden, druk op [MENU/SET] en selecteer vervolgens [Ja] op het bevestigingsscherm.
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Uitvoeren van meerdere belichtingen op één beeld ([Multi-belicht.]) Toepasbare modi: Heeft een effect als multi-belichting tot gevolg. (equivalent aan tot 4 keer voor een afzonderlijk beeld) Selecteer het menu. (P37) [MENU] >...
Pagina 183
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Over automatische instelling van controle krijgen ∫ Selecteer [Auto gain] op het beeldscherm dat getoond wordt in stap en stel het in. • [ON]: Het helderheidniveau wordt afgesteld volgens het aantal gemaakte beelden en de beelden worden over elkaar heen gelegd.
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Werkgeluiden en verlichting in een keer uitschakelen ([Stille modus]) Toepasbare modi: Deze functie is handig voor het opnemen van beelden in een rustige omgeving, in openbare gelegenheden, enz. of het opnemen van beelden van bijvoorbeeld baby's of dieren.
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Heldere beelden opnemen door de registratie van gezichten ([Gezicht herk.]) Toepasbare modi: Gezichtsdetectie is een functie die een gezicht vindt dat op een geregistreerd gezicht lijkt en het scherpstellen en de belichting automatisch prioriteit geeft. Zelfs als de persoon geplaatst is zich enigszins op de achtergrond bevindt of aan het uiteinde van een rij op een groepsfoto staat, kan het toestel toch een duidelijk beeld maken.
Pagina 186
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden • [Gezicht herk.] werkt alleen als de AF-functie op [š] staat. • Tijdens de burstfunctie, kan [Gezicht herk.] beeldinformatie alleen als bijlage van het eerste beeld ingesteld worden. • Als groepsbeelden afgespeeld worden, zal de naam van het eerste beeld van de reeks weergegeven worden.
Pagina 187
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Gezichtsinstellingen U kunt informatie registreren zoals namen en verjaardagen voor gezichtsbeelden van maximaal 6 personen. Opnamepunt wanneer u de gezichtsbeelden registreert ∫ (Goed voorbeeld voor • Gezichtvoorkant met open ogen en mond gesloten, ervoor het registreren) zorgend dat de uitlijn van het gezicht, de ogen of de wenkbrauwen niet bedekt worden door het haar wanneer u...
Pagina 188
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Selecteer het item. • U kunt t/m 3 gezichtsbeelden registreren. Het is mogelijk namen te registreren. 1 Druk op 4 om [SET] te kiezen en dan op [MENU/SET]. [Naam] 2 De naam invoeren.
Pagina 189
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden De informatie veranderen of wissen voor een geregistreerde persoon U kunt de beelden of informatie modificeren van een al geregistreerde persoon. U kunt ook de informatie wissen van de geregistreerde persoon. Druk op 4 om [MEMORY] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET].
8. Door de klant aangepaste functies voor verschillende onderwerpen en doeleinden Opnemen op foto's van profielen van baby's en huisdieren Toepasbare modi: Als u de naam en verjaardag van uw kind of huisdier van tevoren instelt, dan kunt u hun naam en leeftijd in maanden en jaren op de foto's opnemen.
9. Stabilisator, zoom en flitser Optische beeldstabilisator Toepasbare modi: De camera detecteert het schudden tijden de opname en corrigeert dit automatisch. U kunt dus beelden opnemen die minder bewogen zijn. Er wordt een lens vereist die de stabilisatorfunctie ondersteunt. • De onderling verwisselbare lens (H-FS12032) ondersteunt de optische beeldstabilisatorfunctie.
Pagina 192
9. Stabilisator, zoom en flitser Golfstoring (camerabeweging) Wanneer de beeldbibberalert [ ] verschijnt, [Stabilisatie], een statief of de zelfontspanner (P174) gebruiken. • De sluitertijd zal vooral in de volgende gevallen langzamer zijn. Houdt het toestel stil vanaf het moment dat u de ontspanknop indrukt totdat het beeld op het scherm verschijnt. We raden in dit geval het gebruik van een statief aan.
9. Stabilisator, zoom en flitser Beelden maken met de zoom Toepasbare modi: U kunt uitzoomen om landschappen, enz. op te nemen met groothoek (Wide) of inzoomen om mensen en voorwerpen dichterbij te laten lijken (Tele). Zoomring van een Cursorknoppen van dit onderling verwisselbare toestel ¢1, 2...
9. Stabilisator, zoom en flitser Vergroten van het telescopische effect [Ex. tele conv.] Toepasbare modi: De Extra teleconversielens stelt u in staat om beelden op te nemen die verder uitvergroot zijn zonder dat dit afbreuk aan de beeldkwaliteit doet. 1,4k: [ M] ([4:3]/[3:2]/[16:9]/ [1:1]) Fotograferen...
Pagina 195
9. Stabilisator, zoom en flitser Inzoomen met de Extra teleconversielens in stappen [MENU] > [Opname] > [Ex. tele conv.] > [ZOOM] • Dit kan alleen gebruikt worden als beelden opgenomen worden. EX1.0x EX2.0x De bediening kan uitgevoerd worden met gebruik van 3/4/2/1. •...
Pagina 196
9. Stabilisator, zoom en flitser Eenvoudig inzoomen met de extra teleconversielens [MENU] > [Opname] > [Ex. tele conv.] > [TELE CONV.] [MENU] > [Bewegend beeld] > [Ex. tele conv.] > [ON] [OFF] • Als de Extra Tele Conversie gebruikt wordt, zal de gezichtshoek voor foto’s anders zijn dan die voor video’s omdat de zoomfactoren verschillend zijn.
Pagina 197
9. Stabilisator, zoom en flitser [Dig. zoom] Toepasbare modi: Ofschoon de beeldkwaliteit afneemt telkens wanneer u verder inzoomt, kunt u tot vier keer verder inzoomen dan de oorspronkelijke zoomvergroting. (Continu zoomen is niet mogelijk.) [MENU] > [Opname] > [Dig. zoom] > [4t]/[2t] •...
Pagina 198
9. Stabilisator, zoom en flitser Veranderen van de instellingen voor een power-zoomlens Toepasbare modi: Stelt de schermweergave en lenshandelingen in wanneer er een onderling verwisselbare lens gebruikt wordt die compatibel is met de stroomzoom (elektrisch gehanteerde zoom). Dit kan alleen geselecteerd worden wanneer een lens gebruikt wordt die compatibel is met power zoom (elektrisch werkende zoom).
9. Stabilisator, zoom en flitser Zoomen met gebruik van aanrakingshandelingen U kunt zoomhandelingen uitvoeren door middel van aanraken. (Aanraakzoom) (De optische zoom en de extra teleconversie voor het maken van foto's zijn werkzaam) • Als een onderling verwisselbare lens gebruikt wordt die geen power zoom ondersteunt (H-FS12032/H-H020A), kunt u de Extra teleconversie van beelden alleen bedienen door [Ex.
9. Stabilisator, zoom en flitser Foto’s maken met de flitser Toepasbare modi: Openen/Sluiten van de ingebouwde flitser ∫ Fotograferen met de flitser wordt mogelijk door de ingebouwde flitser te openen. A De flits openen Verschuif de hendel voor het openen van de flitser.
Pagina 201
9. Stabilisator, zoom en flitser Beschikbaar flitsbereik (bij benadering) ∫ Wanneer u bepaalde lenzen gebruikt, zou er licht van de flitser geblokkeerd kunnen worden of het er niet in kunnen slagen het zichtveld van de lens te dekken en dit kan ervoor zorgen dat er donkere zones verschijnen in de hieruit voortkomende beelden.
Pagina 202
9. Stabilisator, zoom en flitser • Zet de flits niet te dicht bij objecten en sluit de flits niet als hij moet werken. De kleur van de objecten kan vervormd worden door de hitte of het flitslicht. • Sluit de flitser niet meteen weer aan nadat deze gewerkt heeft omdat er opnamen gemaakt zijn met Gedwongen AAN/Rode-ogenreductie enz.
9. Stabilisator, zoom en flitser Veranderen van de flitsermodus Toepasbare modi: Stel de ingebouwde flitser in voor de opname. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Opname] > [Flitser] Druk op 3/4 om [Flitserfunctie] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. Op 3/4 drukken om het onderdeel te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Pagina 204
9. Stabilisator, zoom en flitser Beschikbare flitsinstellingen voor de opnamefuncties ∫ De beschikbare flitsinstellingen zijn afhankelijk van de opnamefuncties. (±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ¥: Begininstelling voor de Scene Guide modus) ‰ Œ Intelligent Auto modus — ¢ — ¢ —...
9. Stabilisator, zoom en flitser Instelling van de 2de gordijnsynchronisatie Toepasbare modi: De functie voor de 2e gordijnsluitersynchronisatie doet de flits werken vlak voordat de sluiter zich sluit als u opnamen maakt van bewegende beelden zoals een auto met een lagere sluitertijd.
9. Stabilisator, zoom en flitser De flitsoutput aanpassen Toepasbare modi: Regel de helderheid van de flitser als de beelden die met de flitser gemaakt zijn over- of onderbelicht zijn. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Opname] > [Flitser] Druk op 3/4 om [Flitser instel.] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/ SET].
10. Films opnemen Opname Bewegend Beeld Toepasbare modi: Dit kan volledig hoge definitie bewegende beelden die compatibel zijn met het AVCHD-formaat of bewegende beelden die opgenomen zijn in MP4 opnemen. De audio zal stereo opgenomen worden. De functies die beschikbaar zijn tijdens het opnemen van video’s zijn anders al naargelang de gebruikte lens en het werkgeluid van de lens kan opgenomen worden.
Pagina 209
10. Films opnemen Inschakelen/uitschakelen van de filmknop [MENU] > [Voorkeuze] > [Videotoets] > [ON]/[OFF] • Deze functie dient voor het voorkomen van de onverhoedse werking van de knop. Schakelen tussen de gezichtshoek voor het maken van foto's en die voor het maken van films [MENU] >...
Pagina 210
10. Films opnemen • Als de camera tijdens de opname oververhit raakt door een hoge omgevingstemperatuur, door een continue filmopname of door andere omstandigheden die oververhitting veroorzaken, dan knippert [ ]. Als een bericht weergegeven wordt na het knipperen van [ ] zal de camera uit zelfbescherming automatisch uitgeschakeld worden.
10. Films opnemen Instelling van formaat, grootte en beeldsnelheid Toepasbare modi: Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Bewegend beeld] > [Opname-indeling] Op 3/4 drukken om het onderdeel te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. Onderdeel Formaat Dit gegevensformaat is geschikt voor afspelen op een high-definition [AVCHD] TV, enz.
10. Films opnemen Scherpstellen tijdens het opnemen van een video ([Continu AF]) Toepasbare modi: Het scherpstellen verandert, afhankelijk van de instelling van de focusmodus (P136) en de instelling van [Continu AF] in het [Bewegend beeld]-menu. Focusmodus [Continu AF] Beschrijving van instellingen De camera zal tijdens het opnemen automatisch op onderwerpen blijven scherpstellen.
10. Films opnemen Foto’s maken terwijl u een film maakt Toepasbare modi: Er kunnen foto’s gemaakt worden, zelfs als u een film opneemt. (Simultaan opnemen) Druk de sluiterknop tijdens de opname van de video volledig in om een foto te maken. •...
10. Films opnemen Gebruik van het [Bewegend beeld] Menu Raadpleeg voor details over de menu-instellingen van [Bewegend beeld]. • [Fotostijl], [Gevoeligheid], [Meetfunctie], [Int.dynamiek], [I.resolutie] en [Dig. zoom] zijn gemeenschappelijk voor zowel het [Opname]-menu als het [Bewegend beeld]-menu. De verandering van deze instellingen in een van deze menu's wordt ook in het andere menu doorgevoerd.
10. Films opnemen [Ex. tele conv.] • Ga naar P194 voor meer informatie. [Antiflikkering] Toepasbare modi: De sluitersnelheid kan vastgezet worden om flikkeren van of strepen in het bewegende beeld te reduceren. Instellingen: [1/50]/[1/60]/[1/100]/[1/120]/[OFF] [Stille bediening] • Raadpleeg P117 voor details. [Micr.
10. Films opnemen [Windreductie] Toepasbare modi: Verlaagt de windruis daadwerkelijk als tijdens het opnemen van geluid wind hoorbaar is. Instellingen: [AUTO]/[HIGH]/[STANDARD]/[LOW]/[OFF] • Door [Windreductie] in te stellen kan de gebruikelijke geluidskwaliteit veranderen. In deze gevallen niet beschikbaar: • Deze functie is in de volgende gevallen niet beschikbaar: –...
11. Beelden afspelen en bewerken Afspelen van groepsbeelden Een beeldengroep bestaat uit meerdere beelden. U kunt beelden in een groep continu dan wel een voor een afspelen. • U kunt alle beelden in een groep in een keer bewerken of wissen. (als u bijvoorbeeld een beeldengroep wist, worden alle beelden in de groep gewist.) Een beeldengroep bestaande uit beelden die met de 1/98...
Pagina 219
11. Beelden afspelen en bewerken Afspelen van afzonderlijke groepsbeelden Selecteer een beeld met de icoon van de groepsweergave ([ ], [ ], [ ]) en druk 1/98 1/98 1/98 1/98 vervolgens op 4. • Dezelfde handeling kan uitgevoerd worden door aanraking van de icoon van de groepsweergave ([ ], [ Druk op 2/1 om de beelden langs te lopen.
11. Beelden afspelen en bewerken Creëren van foto’s uit een video U kunt een afzonderlijke foto uit een opgenomen video creëren. Op 3 drukken om het terugspelen van bewegend beeld op pauze te zetten. Op [MENU/SET] drukken. • Dezelfde handeling kan uitgevoerd worden door ] aan te raken.
11. Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen] Menu Met dit menu kunt u diverse afspeelfuncties gebruiken, zoals het afsnijden van beelden en andere bewerkingen van de opgenomen beelden, instellingen van de bescherming, enz. • Met [Retouche wissen], [Tekst afdr.], [Intervalvideo], [Stop-motionvideo], [Nw. rs.] of [Bijsnijden] wordt er een nieuw bewerkt beeld gecreëerd.
Pagina 222
11. Beelden afspelen en bewerken Bediening tijdens een diavoorstelling ∫ Knopbedi Aanraakb Beschrijving van de Knopbedi Aanraakb Beschrijving van de ening ediening bediening ening ediening bediening Diavoorstelling Afspelen/Pauzeren verlaten Terug naar het vorige Verder naar het beeld volgende beeld Verlaagt het niveau Verhoogt het niveau van het volume van het volume...
11. Beelden afspelen en bewerken [Afspeelfunctie] Afspelen in [Normaal afsp.], [Alleen foto's], [Alleen bew. beeld], [3D-weergave], [Categor. afsp.] of [Favoriet afsp.] kan geselecteerd worden. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Afspeelfunctie] Selecteer de af te spelen groep door op 3/4 te drukken en druk vervolgens op [MENU/SET].
Voorbereiding: Locatie-informatie naar de camera versturen vanaf de smartphone/tablet. • U dient “Panasonic Image App” op uw smartphone/tablet te installeren. (P245) • Lees de [Help] in het “Image App”-menu voor meer details over hoe te werk te gaan.
11. Beelden afspelen en bewerken [Retouche wissen] U kunt onnodige delen die op de opgenomen beelden geregistreerd zijn wissen. • Het wissen kan alleen uitgevoerd worden door aanraking. [Retouche wissen] schakelt automatisch de aanraakbediening in. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] >...
Pagina 226
11. Beelden afspelen en bewerken • De beelden kunnen onnatuurlijk lijken omdat de achtergrond van de gewiste delen kunstmatig gecreëerd wordt. • Voer voor groepsbeelden [Retouche wissen] op ieder beeld uit (ze kunnen niet in één keer bewerkt worden). • Als [Retouche wissen] op groepsbeelden uitgevoerd wordt, worden deze als nieuwe beelden bewaard, gescheiden van de oorspronkelijke beelden.
11. Beelden afspelen en bewerken [Titel bew.] U kunt tekst (commentaar) toevoegen aan beelden. Nadat er tekst geregistreerd is, kan het afgedrukt worden bij het printen m.b.v. [Tekst afdr.] (P228). Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Titel bew.] > [Enkel]/[Multi] Selecteer de opname.
11. Beelden afspelen en bewerken [Tekst afdr.] U kunt de opnamedatum/tijd, naam, plaats, reisdatum of titel op de gemaakte beelden afdrukken. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Tekst afdr.] > [Enkel]/[Multi] Selecteer de opname. • [‘] verschijnt op het scherm als het beeld afgedrukt wordt met tekst. Instelling [Enkel] 1 Op 2/1 drukken om het beeld te kiezen.
Pagina 229
11. Beelden afspelen en bewerken Druk op 3/4 om de tekstafdruk-onderdelen te selecteren en druk dan op [MENU/SET]. Druk op 3/4 om de instellingen te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. [ZON. TIJD]: Druk het jaar, de maand en de datum af. [MET TIJD]: Druk het jaar, de maand, de dag, het uur en de [Opnamedatum]...
11. Beelden afspelen en bewerken [Splits video] De opgenomen video kan in twee delen gesplitst worden. Dit wordt aanbevolen wanneer u een deel dat u nodig heeft wilt afsplitsen van een deel dat u niet nodig heeft. Het splitsen van een video is permanent: Denk goed na voordat u splitst! Selecteer het menu.
11. Beelden afspelen en bewerken [Intervalvideo] Deze functie stelt u in staat om een film te creëren uit een beeldengroep die opgenomen is met [Intervalopname]. De zo gecreëerde film wordt in het MP4-opnameformaat bewaard. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] >...
11. Beelden afspelen en bewerken [Stop-motionvideo] Er wordt een film gecreëerd uit de groepsbeelden die met [Stop-motionanimatie] gemaakt zijn. De gecreëerde films worden bewaard in het MP4-opnameformaat. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Stop-motionvideo] Selecteer de stop-motion-animatiegroep met 2/1 en druk vervolgens op [MENU/SET].
11. Beelden afspelen en bewerken [Nw. rs.] Om gemakkelijk posten naar webpagina's, bijlagen naar email enz. toe te laten, wordt de beeldresolutie (aantal pixels) gereduceerd. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Nw. rs.] > [Enkel]/[Multi] Selecteer het beeld en de resolutie. Instelling [Enkel] 1 Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
11. Beelden afspelen en bewerken [Bijsnijden] U kunt eerst uitvergroten en dan een belangrijk deel van de opname kiezen. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Bijsnijden] Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
11. Beelden afspelen en bewerken [Roteren]/[Scherm roteren] Met deze functie kunt u automatisch opnamen verticaal afbeelden als deze gemaakt werden met een verticaal gehouden toestel of opnamen handmatig draaien met stappen van 90 [Roteren] (Het beeld wordt handmatig gedraaid) • De [Roteren]-functie wordt uitgeschakeld als [Scherm roteren] op [OFF] gezet is.
11. Beelden afspelen en bewerken [Favorieten] U kunt het volgende doen als er een markering toegevoegd is aan opnamen en deze ingesteld zijn als favorieten. • De opnamen die ingesteld zijn als favorieten alleen als diavoorstelling afspelen. • Alleen de beelden die ingesteld zijn als favorieten afspelen. ([Favoriet afsp.]) •...
11. Beelden afspelen en bewerken [Print inst.] DPOF “Digital Print Order Format” is een systeem waarmee de gebruiker kan kiezen welke opnamen hij afdrukt, hoeveel exemplaren van elk beeld hij afdrukt en of de opnamedatum wel of niet afgedrukt moet worden met een DPOF-compatibele fotoprinter of fotograaf.
Pagina 238
11. Beelden afspelen en bewerken Alle [Print inst.] instellingen annuleren ∫ Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Print inst.] > [Annul] • Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven. Het wordt uitgevoerd als [Ja] geselecteerd wordt. Verlaat het menu na de uitvoering. De datum afdrukken ∫...
11. Beelden afspelen en bewerken [Beveiligen] U kunt een beveiliging instellen voor opnames waarvan u niet wilt dat ze per ongeluk gewist kunnen worden. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Beveiligen] > [Enkel]/[Multi] Selecteer de opname. Instelling [Enkel] Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
11. Beelden afspelen en bewerken [Gez.herk. bew.] U kunt alle informatie m.b.t. gezichtsdetectie in geselecteerd beelden annuleren en verplaatsen. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Afspelen] > [Gez.herk. bew.] > [REPLACE]/[DELETE] Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en dan op [MENU/SET] drukken. Op 2/1 drukken om de persoon te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
LAN-inrichtingen, zorg er dan voor dat de juiste metingen genomen worden voor veiligheidsontwerpen en -defecten voor de systemen die gebruikt worden. Panasonic zal geen verantwoordelijk op zich nemen voor schade die ontstaat bij het gebruiken van de camera voor andere doeleinden dan dat van een draadloze LAN-inrichting.
Pagina 242
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Over de Wi-Fi verbindingslamp ∫ Blauw brandend: de Wi-Fi verbinding is op stand-by Blauw knipperend: versturen/ontvangen van gegevens via de Wi-Fi-verbinding De [Wi-Fi]-knop ∫ Op het moment van aankoop is [Wi-Fi] op [Fn1] ingesteld. In het hoofdstuk “Gebruik van de Wi-Fi-functie” wordt [Fn1] als [Wi-Fi] geschreven.
Pagina 243
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Beschrijvingsmethode ∫ Als een stap “selecteer [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]”, enz., bevat, voer dan ongeacht welke van de volgende handelingen uit. Knopbediening: Selecteer [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis] met de cursorknop en druk vervolgens op [MENU/SET]. Aanraakbediening: Raak [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis] aan.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Wat u kunt doen met de Wi-Fi functie Bediening met een smartphone/tablet Opnames maken met een smartphone. De beelden bewaren die in de camera opgeslagen zijn. Beelden naar een SNS versturen. P245 Gemakkelijke verbinding Door op [Wi-Fi] te drukken en te blijven drukken, kunt u de camera gemakkelijk met een smartphone of tablet verbinden.
U moet de “Panasonic Image App” (van nu af “Image App” genoemd) op uw smartphone/tablet installeren. Installeren van de “Image App” app voor smartphone/tablet De “Image App” is een applicatie die door Panasonic verstrekt wordt. • Voor Android apps: Android 2.2 tot Android 4.3...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Verbinden met een smartphone/tablet Door op [Wi-Fi] te drukken en te blijven drukken, kunt u gemakkelijk een verbinding tot stand brengen. Voorbereiding: • Installeer van tevoren “Image App”. (P245) Druk op [Wi-Fi] en houd de knop ingedrukt. •...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Fotograferen via een smartphone/tablet (remote opname) Verbinding met een smartphone/tablet maken. (P246) Selecteer [ ] op de smartphone/tablet. • De opgenomen beelden worden in de camera bewaard. • Sommige instellingen zijn niet beschikbaar. • Het scherm verschilt afhankelijk van het uitvoerende systeem. •...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Beelden in de camera naar een SNS versturen Verbinding met een smartphone/tablet maken. (P246) Selecteer [ ] op de smartphone/tablet Versleep een beeld om het naar een SNS, enz., te versturen. • Het beeld wordt naar een web-service zoals een SNS verstuurd.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van beelden naar een smartphone/tablet door de camera te bedienen Methoden voor het versturen en beelden die verstuurd kunnen worden ∫ JPEG AVCHD Versturen van een beeld telkens als een opname gemaakt wordt — —...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van een beeld telkens wanneer een opname gemaakt wordt ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen tijdens opname] > [Smartphone] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. (P273) Op uw smartphone/tablet Wanneer u verbindt met [Via netwerk]:...
Pagina 251
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Selecteer de beelden en verstuur ze ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen van camera] > [Smartphone] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. (P273) Op uw smartphone/tablet Wanneer u verbindt met [Via netwerk]: 1 Schakel de Wi-Fi-functie in.
Zet de TV op de DLNA-wachtmodus. • Lees de gebruiksaanwijzing van uw TV. • Voor details over compatibele inrichtingen raadpleegt u de ondersteunende sites hieronder. http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/ (Deze site is alleen in het Engels.) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Weergeven op tv] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Draadloos afdrukken U kunt beelden naar een compatibele printer versturen en ze draadloos afdrukken. Methoden voor het versturen en beelden die verstuurd kunnen worden ∫ JPEG AVCHD Selecteer de beelden en verstuur ze — — —...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van beelden naar een AV-inrichting U kunt foto's en films naar AV-apparatuur in uw huis versturen (AV-thuisapparatuur). U kunt ze ook via “LUMIX CLUB” naar de apparatuur (externe AV-apparatuur) van uw familie of vrienden versturen die ver weg wonen. LUMIX CLUB A Draadloos toegangspunt B AV-apparaat ([Thuis])
Pagina 255
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Voorbereiding: Als u een beeld naar [Thuis] stuurt, zet uw apparaat dan op de DLNA-wachtmodus. • Lees de instructiehandleiding van het apparaat in kwestie voor details. Voor het versturen van beelden naar [Extern] is het volgende nodig: •...
Pagina 256
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Selecteer de beelden en verstuur ze ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen van camera] > [AV-toestel] Selecteer [Thuis] of [Extern]. Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. (P273) •...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van beelden naar een PC U kunt foto's en films die met dit toestel opgenomen zijn naar een PC sturen. Methoden voor het versturen en beelden die verstuurd kunnen worden ∫ JPEG AVCHD ¢ Versturen van een beeld telkens als een opname gemaakt wordt —...
Pagina 258
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Een map creëren die beelden ontvangt • Creëer een PC-gebruikersaccount (tot 254 karakters) en een password (tot 32 karakters) die uit alfanumerieke karakters bestaan. Een poging om een ontvangstmap te creëren kan mislukken als de account niet-alfanumerieke karakters bevat. Wanneer u “PHOTOfunSTUDIO ”...
Pagina 259
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van een beeld telkens wanneer een opname gemaakt wordt ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen tijdens opname] > [PC] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. (P273) Selecteer de PC waarmee u verbinding wilt maken.
Pagina 260
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Selecteer de beelden en verstuur ze ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen van camera] > [PC] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en maak de verbinding. (P273) Selecteer de PC waarmee u verbinding wilt maken. •...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Gebruik van web-diensten U kunt foto's en films via “LUMIX CLUB” naar een SNS, enz., versturen. Door automatische overzettingen van foto's en films naar de Cloud Sync Service in te stellen, kunt u de overgezette foto's of films op een PC of smartphone ontvangen. LUMIX CLUB A Draadloos toegangspunt B Web-service...
Controleer deze informatie voordat u de beelden naar het web upload. • Panasonic neemt geen verantwoordelijkheid op zich voor de schade die voortkomt uit lekken, verlies, enz. van beelden die op webservices geüpload zijn. •...
Pagina 263
(P267) • webservice Controleer de “FAQ / Contact” op de volgende site voor compatibele http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/lumix_faqs/ Voorbereiding: Zorg ervoor dat u een account op de webservice gecreëerd heeft dat u wilt gebruiken en dat u de log-in informatie beschikbaar heeft. Maak verbinding met de “LUMIX CLUB”-site met gebruik van een smartphone/ tablet of een computer.
Pagina 264
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Selecteer de beelden en verstuur ze ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen van camera] > [Webservice] Selecteer [Via netwerk] en maak de verbinding. (P274) Selecteer een webservice waarmee u verbinding wilt maken. •...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Wanneer u berichten verstuurt naar [Cloud-synchr. service] Gebruik van [Cloud-synchr. service] (met ingang van oktober 2013) ∫ Voorbereiding: U moet u registreren bij “LUMIX CLUB” (P267) en de instelling voor Cloud Sync. configureren om een foto naar een Cloud-map te sturen. Voor een PC gebruikt u “PHOTOfunSTUDIO”...
Pagina 266
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Versturen van een beeld telkens wanneer een opname gemaakt wordt ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer het menu. [Wi-Fi] > [Nieuwe verbinding] > [Afbeeldingen versturen tijdens opname] > [Cloud-synchr. service] Selecteer [Via netwerk] en maak de verbinding. (P274) Controleer de verzendinstelling.
• U kunt dezelfde “LUMIX CLUB” login-ID voor dit toestel en een smartphone/tablet instellen. (P270) Raadpleeg de “LUMIX CLUB”-site voor details. http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/ Houd rekening met het volgende: • De dienst kan onderbroken worden wegens gewoon onderhoud of onverwachte problemen en de inhouden van de dienst kunnen veranderd of toegevoegd worden zonder dat de gebruikers van tevoren hierover geïnformeerd worden.
Pagina 268
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Lees de “LUMIX CLUB”-gebruiksmaatregelen door en selecteert [Akkoord]. • U kunt pagina's schakelen via 3/4. • U kunt de weergave (2k) vergroten door de bedieningsknop naar rechts te draaien. • De vergrote weergave kan weer op de oorspronkelijke grootte (1k) gezet worden door de bedieningsknop naar links te draaien.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Gebruik van de verkregen login-ID/Controleren of veranderen van de login-ID of het password ([Gebruikersnaam instellen]) Voorbereiding: Als de verkregen login-ID gebruikt wordt, controleer dan de ID en het password. Om het “LUMIX CLUB”-password op de camera te veranderen, gaat u naar de “LUMIX CLUB”-website vanaf uw smartphone/tablet of PC en verandert u het “LUMIX CLUB”-password van tevoren.
Pagina 270
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Instellen van dezelfde login-ID voor de camera en de smartphone/tablet • Het instellen van dezelfde login-ID voor dit toestel en de smartphone/tablet is handig voor het versturen van beelden, die in dit toestel zitten, naar andere apparatuur of webservices. Wanneer of dit toestel of de smartphone/tablet de login-ID verworven heeft: Verbind dit toestel met de smartphone/tablet.
Pagina 271
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Wis uw login ID en account vanuit de “LUMIX CLUB” Wis de login ID van de camera wanneer u deze overzet naar een derde of deze weggooit. U kunt tevens uw “LUMIX CLUB”-account wissen. Selecteer het menu. (P37) [MENU] >...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Configureren van de instellingen van een extern AV-apparaat Er kunnen beelden verstuurd worden naar de AV-inrichting van familie en kennissen via “LUMIX CLUB”. Voorbereiding: Controleer het adresnummer (16-cijferig nummer) en het toegangsnummer (4-cijferig nummer) van de bestemming-AV-inrichting die uitgegeven is door “LUMIX CLUB”. (Raadpleeg de gebruikershandleiding van de AV-inrichting voor details) Selecteer het menu.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Verbindingen U kunt een verbindingsmethode selecteren na een Wi-Fi-functie en een bestemming te hebben geselecteerd. Het tot stand brengen van een rechtstreekse verbinding is handig wanneer u zich ver van huis bevindt, op een plaats waar geen toegangspunten beschikbaar zijn, of wanneer u tijdelijk verbinding maakt met een apparaat dat u normaal niet gebruikt.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Verbinding maken vanuit uw huis (via het netwertk) U kunt de methode selecteren om verbinding met een draadloos toegangspunt te maken. ¢ WPS verwijst naar een functie die u in staat stelt de instellingen van de verbinding en van de veiligheid van LAN-apparatuur gemakkelijk te configureren.
Pagina 275
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Als u niet zeker bent over de compatibiliteit met WPS (verbinden met [Handmatig. verbinden.]) Zoek naar beschikbare draadloze toegangspunten. • Bevestig encryptiesleutel van het geselecteerde draadloze toegangspunt als de netwerkauthenticatie gecodeerd is. • Wanneer u verbindt d.m.v. [Handmatige invoer], bevestig SSID, encryptietype, encryptiesleutel van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt.
Pagina 276
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie • Controleer de handleiding van de draadloze toegangspunten en instellingen wanneer u een draadloos toegangspunt opslaat. • Als er geen verbinding vastgesteld kan worden, zouden de radiogolven van het draadloze toegangspunt te zwak kunnen zijn. “...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Verbinding maken vanuit een locatie ver van uw huis (rechtstreekse verbinding) U kunt de methode selecteren om verbinding te maken met het apparaat dat u gebruikt. Selecteer de verbindingsmethode die door uw apparaat ondersteund wordt. Zet het apparaat op de Wi-Fi Direct modus.
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Snel verbinding maken met dezelfde instellingen als voorheen ([Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]/[Selecteer doelapparaat uit favorieten]) Als de Wi-Fi-functie gebruikt wordt, wordt een record in de historie bewaard. U kunt de records als favorieten registreren. Door verbinding te maken vanuit de historie van favorieten, kunt u gemakkelijk verbinding maken met dezelfde instellingen als voorheen.
Pagina 279
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Bewerken van de items zie als Favorieten geregistreerd zijn Druk op [Wi-Fi]. Selecteer [Selecteer doelapparaat uit favorieten]. Selecteer het favoriete item dat u wilt bewerken en druk vervolgens op 1. Selecteer het item. [Verwijderen uit —...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Instellingen om beelden te versturen Als u beelden verstuurt, selecteer dan de methode om ze te versturen na [Nieuwe verbinding] te hebben geselecteerd. Nadat de verbinding tot stand gekomen is, kunnen de instellingen voor het versturen, zoals de beeldgrootte, ook veranderd worden.
Pagina 281
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Afbeeldingen versturen tijdens opname Een foto kan automatisch naar een gespecificeerde apparaat gezonden worden telkens wanneer u de foto neemt. • Aangezien de camera voorrang aan het opnemen verleent, kan het versturen langer duren tijdens het maken van een opname. •...
Pagina 282
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Veranderen van de instellingen om beelden te versturen Door op [DISP.] te drukken nadat een verbinding tot stand gebracht is, kunt u de instellingen voor het versturen veranderen, zoals de beeldgrootte voor het versturen. Grootte aanpassen van het te versturen beeld. [Origineel]/[Automatisch] ¢1 /[Wijzig]...
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie [Wi-Fi setup] Menu Configureer de instellingen die nodig zijn voor de Wi-Fi-functie. De instellingen kunnen niet veranderd worden als er een Wi-Fi-verbinding is. Selecteer het menu. (P37) [MENU] > [Set-up] > [Wi-Fi] > [Wi-Fi setup] > Gewenst item dat ingesteld moet worden Verwerft of verandert de “LUMIX CLUB”-login-ID.
Pagina 284
12. Gebruik van de Wi-Fi-functie Om incorrecte hantering of gebruik van de Wi-Fi functie door derden te voorkomen en om opgeslagen informatie te beschermen, wordt het aanbevolen dat u de Wi-Fi functie met een wachtwoord beschermt. Instellen van een wachtwoord zal automatisch het [Wi-Fi-wachtwoord] wachtwoord-invoerscherm weergeven wanneer de Wi-Fi functie gebruikt wordt.
13. Aansluiten op andere apparatuur Van 3D-beelden genieten 3D-beelden opnemen Als u de onderlinge verwisselbare 3D-lens (H-FT012: optioneel) op uw toestel aanbrengt, kunt u voor extra effecten 3D-beelden opnemen. Om 3D-beelden te kunnen bekijken, heeft u een televisie nodig die 3D ondersteunt. Bevestig de onderling verwisselbare 3D-lens op het toestel.
Pagina 286
• Als uw televisie niet naar een 3D-beeld schakelt, verricht dan de benodigde instellingen op uw televisie. (Raadpleeg voor details de handleiding van de televisie.) • 3D-beelden kunnen op uw computer of op apparatuur van Panasonic bewaard worden. (P292, 298)
Pagina 287
13. Aansluiten op andere apparatuur Functies die niet op 3D-beelden gebruikt kunnen worden Functies die tijdens het 3D-opnemen niet gebruikt kunnen worden ∫ Wanneer u met de onderling verwisselbare 3D-lens (H-FT012: optioneel) opneemt, worden de volgende kenmerken uitgeschakeld: (Opnamefuncties) • Werking van Auto Focus/Manuele Focus •...
13. Aansluiten op andere apparatuur Beelden terugspelen op een TV-scherm Beelden die met dit toestel opgenomen zijn, kunnen op een TV afgespeeld worden. Voorbereiding: Schakel het toestel en de televisie uit. • Bevestig de aansluitingen op uw TV HDMI Video en gebruik een kabel die daarmee aansluiting aansluiting...
Pagina 289
13. Aansluiten op andere apparatuur Aansluiten met een AV-kabel (optioneel) • Gebruik altijd een originele Panasonic AV-kabel (DMW-AVC1: optioneel). • Controleer de [TV-aspect]. (P50) • Het geluid zal afgespeeld worden in mono. A HDMI-microkabel E Wit: naar de geluidsinputaansluiting B HDMI aansluiting F De markeringen uitlijnen en erin doen.
(Niet alle handelingen zijn mogelijk.) • VIERA Link is een unieke Panasonic-functie die met behulp van de HDMI CEC (Consumer Electronics Control)-standaard is afgeleid van een HDMI-besturingsfunctie. Gekoppelde handelingen met HDMI CEC-compatibele apparaten van andere fabrikanten worden niet gegarandeerd. Als u apparaten van andere fabrikanten die compatibel zijn met VIERA Link gebruikt, raadpleeg dan de gebruiksaanwijzing voor de respectieve apparaten.
Welke tussen het toestel en een Panasonic-TV gekoppelde handelingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van het type Panasonic TV, zelfs als zij compatibel zijn met VIERA Link. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de TV voor meer informatie over de handelingen op de TV die worden ondersteund.
(Door te formatteren zullen de opgenomen beelden gewist worden, dus kies ervoor niet te formatteren.) Als de kaart niet herkend wordt, gelieve verwijzen naar de onderstaande ondersteunende site. http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html PC die gebruikt kan worden ∫ Het toestel kan op ongeacht welke PC aangesloten worden die in staat is massa-opslagapparatuur te herkennen.
13. Aansluiten op andere apparatuur Over de geleverde software De geleverde CD-ROM bevat de volgende software. Installeer de software op uw computer voor gebruik. • PHOTOfunSTUDIO 9.2 AE (Windows XP/Vista/7/8) Deze software stelt u in staat beelden te beheren. U kunt bijvoorbeeld foto's en films naar een PC sturen en ze sorteren op opnamedatum of modelnaam.
Pagina 294
13. Aansluiten op andere apparatuur Installeren van bijgeleverde software ∫ • Voordat u de CD-ROM erin doet, dient u alle lopende toepassingen te sluiten. Controleer de omgeving van uw PC. • Operationele verwerkingsomgeving van “PHOTOfunSTUDIO 9.2 AE” – Windows XP (32bit) SP3, Windows Vista (32bit) SP2, Windows...
• Gebruik geen andere USB-aansluitkabels dan de bijgeleverde kabel of een originele USB-aansluitkabel van Panasonic (DMW-USBC1: optioneel). A USB-aansluitkabel (bijgeleverd) B De markeringen uitlijnen en naar binnen steken. C Zet de camera recht overeind en zoek de gouden aansluiting op de onderkant op.
Pagina 296
13. Aansluiten op andere apparatuur • Een batterij met voldoende batterijstroom of de netadapter (optioneel) gebruiken. Als de batterijstroom laag wordt terwijl het toestel en de PC communiceren, knippert het statuslampje en hoort u een alarm. Sluit de USB-aansluitkabel veilig af. •...
Pagina 297
13. Aansluiten op andere apparatuur Naar een PC kopiëren zonder gebruik van “PHOTOfunSTUDIO ” ∫ Als u niet in staat bent om “PHOTOfunSTUDIO ” te installeren, kunt u de bestanden en de mappen naar uw PC kopiëren door de bestanden van dit toestel te verslepen en zo over te brengen.
Bewaren van foto's en films op een recorder Als u een kaart, met inhouden die met dit toestel opgenomen zijn, in een Panasonic recorder plaatst, kunt u de inhoud naar een Blu-ray disc of een DVD, enz. dubben. De methoden om foto's en films naar andere apparatuur te exporteren, zullen afhankelijk zijn van het bestandsformaat (JPEG, RAW, MPO, AVCHD, of MP4).
• Gebruik geen andere USB-aansluitkabels dan de bijgeleverde kabel of een originele USB-aansluitkabel van Panasonic (DMW-USBC1: optioneel). A USB-aansluitkabel (bijgeleverd) B De markeringen uitlijnen en erin doen. C Zet de camera recht overeind en zoek de gouden aansluiting op de onderkant op.
Pagina 300
13. Aansluiten op andere apparatuur • Een batterij met voldoende batterijstroom of de netadapter (optioneel) gebruikenen. Als de resterende batterijstroom laag wordt terwijl het toestel en de printer aangesloten zijn, knippert het statuslampje en hoort u een alarm. Als dit gebeurt tijdens het afdrukken, het afdrukken onmiddellijk stopzetten.
Pagina 301
13. Aansluiten op andere apparatuur Een beeld kiezen en uitprinten Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en Pi PictBridge PictBridge vervolgens op [MENU/SET] drukken. Op 3 drukken om [Print start] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. • Raadpleeg P302 voor de items die ingesteld kunnen worden voordat u met het afdrukken...
13. Aansluiten op andere apparatuur Printinstellingen Selecteer de items en stel deze zowel op het scherm in stap van de “Een beeld kiezen en uitprinten” als in stap van de “Meerdere beelden kiezen en uitprinten” procedures in. • Wanneer u beelden wilt afdrukken op een papierformaat of met een opmaak die niet verwerkt worden door het toestel, stelt u [Papierafmeting] of [Lay-out pagina] in op [ ] en stelt u vervolgens het papierformaat of de opmaak in op de printer.
Pagina 303
13. Aansluiten op andere apparatuur [Papierafmeting] ∫ De printerinstellingen hebben voorrang. [L/3.5qk5q] 89 mmk127 mm [2L/5qk7q] 127 mmk178 mm [POSTCARD] 100 mmk148 mm [16:9] 101,6 mmk180,6 mm [A4] 210 mmk297 mm [A3] 297 mmk420 mm [10k15cm] 100 mmk150 mm [4qk6q] 101,6 mmk152,4 mm [8qk10q] 203,2 mmk254 mm...
Pagina 304
13. Aansluiten op andere apparatuur • Het toestel ontvangt een bericht van de printer wanneer de [¥] aanduiding oranje wordt tijdens het afdrukken. Nadat het afdrukken voltooid is, controleren of er problemen zijn met de printer. • Als het aantal afdrukken groot is, kunnen de beelden in verschillende keren afgedrukt worden. In dit geval kan het resterende aantal afdrukken dat aangegeven wordt verschillen van het ingestelde aantal.
Voor het gebruik van de netadapter, wordt een DC-koppelaar (optioneel) vereist. • Gebruik altijd een originele Panasonic netadapter (optioneel). • Wanneer een netadapter gebruikt wordt, moet de netkabel gebruikt worden die bij de netadapter geleverd is.
14. Overige Monitordisplay In Opname Extra Teleconversie (bij foto-opnames) (P194) Kaart (alleen weergegeven tijdens opname) (P31) Verstreken opnametijd ¢ 8m30s (P208) Simultane opname-lampje 98 98 98 60 60 (P214) Peaking (P150) HDR (P131)/iHDR (P77) Opnamefunctie (P61) C 2 - 1 Multi exposure (P182) EXPS...
Pagina 307
14. Overige In Opname ¢ 2 Naam (P190) Aantal dagen dat verstreken is sinds de ¢ 3 vertrekdatum (P46) ¢ 2 Leeftijd (P190) ¢ 3 Lokatie (P46) 98 98 98 60 60 Huidige datum en tijd/Instelling reisbestemming ¢3 : “...
Dit wordt afgebeeld wanneer de lens gestopt is met normaal werken omdat er bijvoorbeeld op gedrukt wordt door een hand enz. Schakel de camera uit en weer in. Als het bericht aanhoudt, neem dan contact op met uw verkoper of Panasonic.
Pagina 313
14. Overige [Storing geheugenkaart]/[Parameterfout geheugenkaart]/[Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt.] • Gebruik een kaart die met dit toestel compatibel is. (P31) [Plaats SD-kaart opnieuw]/[Andere kaart proberen a.u.b.] • Er heeft zich een fout voorgedaan bij het toetreden van de kaart. Voer de kaart opnieuw in.
Pagina 314
• Gebruik een originele Panasonic batterij. Als dit bericht zelfs weergegeven wordt wanneer een originele Panasonic batterij gebruikt wordt, neem dan contact op met de verkoper of met Panasonic. • Als de batterijaansluiting vuil is, reinig deze dan en neem onbekende deeltjes weg.
Pagina 315
14. Overige [Uploaden naar cloudmap is beschikbaar als de cloud-synchronisatie is ingesteld op apparaten met een downloadfunctie, zoals PC of smartphone.] • De apparaten die beelden uit een cloudmap donwloaden, worden niet geregistreerd. • Voer de Cloud Sync. instelling uit. Configureer de instellingen op een PC met “PHOTOfunSTUDIO”...
14. Overige Menulijst Klik op het volgende om naar het begin van ieder menu te springen. [Opname] P316 [Bewegend beeld] P319 [Voorkeuze] P320 [Set-up] P322 [Afspelen] P324 [Opname] • Als een van de instellingen, die gemeenschappelijk is voor zowel het [Opname]-menu als het [Bewegend beeld]-menu, veranderd moet worden, zal de overeenkomstige instelling in het andere menu ook veranderd worden.
Pagina 317
14. Overige U kunt 3 beelden met verschillende niveaus van belichting [HDR] P131 in een enkel beeld combineren met rijke schakeringen. Heeft een effect als multi-belichting tot gevolg. (equivalent [Multi-belicht.] P182 aan tot 4 keer voor een afzonderlijk beeld) U kunt de starttijd van de opname, het opname-interval en [Intervalopname] het aantal beelden instellen en automatisch onderwerpen P176...
Pagina 318
14. Overige Stel dit in als u de kleurweergave wenst te corrigeren van [Kleurruimte] P134 opgeslagen beelden op de PC, een printer enz. Wanneer er toestelschudding opgemerkt wordt tijdens het [Stabilisatie] P191 opnemen, corrigeert de camera dit automatisch. Stelt de focus en de belichting automatisch in, de prioriteit [Gezicht herk.] P185 gevend aan geregistreerde gezichten.
14. Overige [Bewegend beeld] • [Fotostijl], [Gevoeligheid], [Meetfunctie], [Int.dynamiek], [I.resolutie] en [Dig. zoom] maken onderdeel uit van zowel het [Opname]-menu als het [Bewegend beeld]-menu. Het veranderen van deze instellingen in één van deze menu’s wordt weerspiegeld in het andere menu. Raadpleeg voor details de uitleg van de overeenkomstige instelling in het [Opname]-menu.
14. Overige [Voorkeuze] Registreert de huidige camera-instellingen als [Geh voorkeursinst.] P118 standaardinstelling. [Stille modus] Schakelt werkgeluiden en verlichting in een keer uit. P184 Stelt de vastgestelde inhoud voor het scherpstellen en de [AF/AE vergrend.] belichting in wanneer de AF/AE-vergrendeling P155 ingeschakeld is.
Pagina 321
14. Overige Dit zal het patroon van de richtlijnen instellen dat [Richtlijnen] weergegeven wordt wanneer een foto genomen wordt. Wanneer de automatische overzichtfunctie geactiveerd is [Highlight] of wanneer u terugspeelt, verschijnen er witte verzadigde zones die in het zwart en wit knipperen. In de handmatige belichtingsmodus kunt u de effecten van [Constant preview] de gekozen lensopening en sluitertijd op het...
14. Overige [Set-up] [Klokinst.] De datum en de tijd instellen. Stelt de tijden in voor de regio waar u woont en uw [Wereldtijd] vakantiebestemming. De vertrekdatum en de terugkeerdatum van de reis, [Reisdatum] evenals de naam van de reisbestemming, kunnen ingesteld worden.
Pagina 323
14. Overige Bewaart voor ieder menu de locatie van het laatste [Menu hervat.] gebruikte menu-item. [Achtergrondkleur] Stelt de achtergrondkleur van het menuscherm in. De beschrijving van de menu-items of van de instellingen [Menu-informatie] daarvan worden op het menuscherm weergegeven. [Taal] De taal op het scherm instellen.
14. Overige [Afspelen] [2D/3D-inst.] Schakelt de afspeelmethode voor 3D-beelden. P221 Selecteert het soort enz. van de beelden en speelt deze in [Diashow] P221 volgorde af. Selecteert het soort enz. van de beelden en speelt alleen [Afspeelfunctie] P223 bepaalde beelden af. De locatie-informatie (lengte-/breedtegraad) die vereist [Locatie vermelden] wordt door de smartphone/tablet kan naar de camera...
14. Overige Problemen oplossen Probeer als eerste de volgende procedures (P325–340). Als het probleem niet wordt verholpen, kan het mogelijk worden verminderd door [Resetten] (P52) in het [Set-up]-menu te selecteren. Batterijen en stroom Het toestel kan niet bediend worden zelfs wanneer het aanstaat. Het toestel gaat uit onmiddellijk nadat het aangezet is.
Pagina 326
14. Overige Opnemen Dit toestel schakelt tijdens een opname plotseling uit. • Als de camera tijdens de opname oververhit raakt door een hoge omgevingstemperatuur, het continu opnemen in de burst-modus, of van een film, een continu gebruik van een Wi-Fi-verbinding of door andere omstandigheden die oververhitting veroorzaken, dan knippert ].
Pagina 327
14. Overige Het object is niet goed scherp. • Het onderwerp ligt buiten het focusbereik van het toestel. (P58) • Er is camerabeweging (golfstoring) of het onderwerp beweegt enigszins. (P192) • Staat [Prio. focus/ontspan] in het [Voorkeuze]-menu op [RELEASE]? (P146) •...
Pagina 328
14. Overige Er kunnen strepen of beeldflikkering verschijnen onder verlichting zoals fluorescente verlichting en LED-verlichting-inrichting. • Dit is kenmerkend voor MOS-sensoren die dienst doen als de pickupsensoren van de camera. Dit is geen storing. • Maakt u opnames met de elektronische sluiter? (P165) >...
14. Overige Bewegende beelden Opnemen video's is niet mogelijk. • Misschien bent u korte tijd niet in staat om opnames te maken wanneer u dit toestel net ingeschakeld heeft of wanneer u een kaart met grote capaciteit gebruikt. Opnemen van bewegende beelden stopt halverwege. •...
Pagina 330
• De optische beeldstabilisatorfunctie van de onderling verwisselbare lens (H-FS12032) werkt alleen correct met camera's die de functie ondersteunen. > Als oudere digitale toestellen van Panasonic (DMC-GF1/DMC-GH1/DMC-G1) gebruikt worden, kunnen [Stabilisatie] in het [Opname]-menu (P191) niet op [OFF] gezet worden.
Pagina 331
14. Overige Flits De flits is niet geactiveerd. • Is de flits gesloten? > Open de flitser. (P200) • Als de elektronische sluiter gebruikt wordt, is de flitser niet geactiveerd. (P165) > Zet [Sluitertype] op [AUTO] of [EFC]. • Als [Stille modus] op [ON] gezet is, wordt de flitser niet geactiveerd. (P184) >...
Pagina 332
14. Overige Terugspelen Het beeld dat teruggespeeld wordt is niet gedraaid of is gedraaid in een onverwachte richting, wanneer afgebeeld. • Als deze op [OFF] staat, kunt u beelden weergeven zonder dat ze gedraaid zijn [Scherm roteren] (P235). • U kunt beelden draaien met de [Roteren] functie. (P235) De opname wordt niet teruggespeeld.
Pagina 333
14. Overige Er verschijnen witte ronde vlekken als zeepbellen op het gemaakte beeld. • Als u een beeld maakt met een flits op een donkere plek of binnenshuis, zouden er witte vlekken kunnen verschijnen op het beeld veroorzaakt doordat de flits stofdeeltjes weerkaatst in de lucht.
Pagina 334
14. Overige Functies Wi-Fi Er kan geen Wi-Fi-verbinding tot stand gebracht worden. Radiogolven verliezen hun verbinding. Het draadloze toegangspunt wordt niet weergegeven. Tips van algemene aard voor het gebruik van een Wi-Fi-verbinding ∫ • Gebruik het toestel binnen het communicatiebereik van het apparaat dat aangesloten moet worden.
Pagina 335
Ik ben de login ID of het wachtwoord voor de “LUMIX CLUB” vergeten. • Controleer de informatie in het loginscherm van de “LUMIX CLUB”. http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/ Ik heb thuis geen draadloos toegangspunt, maar ik zou graag de dienst-gebruikerregistratie van de “LUMIX CLUB” uitvoeren.
Pagina 336
14. Overige Het beeld dat geüpload moest zijn naar het web is er niet. • Uploaden zou niet voltooid kunnen zijn wanneer het onderbroken wordt tijdens het verzenden van het beeld. • Het zou even kunnen duren nadat het beeld geüpload is voordat het weergegeven wordt op het web, afhankelijk van de status van de server.
Pagina 337
14. Overige TV, PC en printer Het beeld verschijnt niet op de televisie. • Is het toestel correct op de TV aangesloten? (P288) > De TV-input instellen op extern. Het beeld verschijnt niet helemaal op de TV. De weergavezones op het TV-scherm en de monitor van de camera zijn verschillend.
Pagina 338
De kaart wordt niet door de PC herkend. (er wordt een SDXC-geheugenkaart gebruikt.) • Controleer of uw PC compatibel is met SDXC-geheugenkaarten. http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html • Er kan tijdens de aansluiting een bericht getoond worden waarin u verzocht wordt de kaart te formatteren. Doe dit niet.
Pagina 339
14. Overige Overige De sluiter blijft gesloten als de camera uitgeschakeld wordt (met inbegrip van de slaapmodus). • Als met de camera geschud wordt, kan dit tot gevolg hebben dat de sluiter dicht gaat. Dit is geen storing. Dek het montagedeel niet af met uw vingers. Door de camera in te schakelen zal de sluiter weer open gaan.
Pagina 340
14. Overige Het toestel wordt warm. • Het oppervlak van het toestel kan warm worden tijdens het gebruik. Dit heeft geen invloed op de prestaties of de kwaliteit van het toestel. De klok is opnieuw ingesteld. • Als u het toestel niet voor lange tijd gebruikt, kan de klok opnieuw ingesteld worden. >...
14. Overige Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik Wat u wel en niet moet doen met dit toestel Houd dit toestel zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, televisie, videospelletjes, enz.). • Indien u dit toestel op of naast een televisie gebruikt, kunnen beeld en/of geluid op dit toestel onderbroken worden door de straling van de elektromagnetische golven.
Zorg ervoor dat het blaaskwastje de beeldsensor niet raakt om krassen op de beeldsensor te voorkomen. • Gebruik uitsluitend een blaaskwastje om de beeldsensor schoon te maken. • Als u het vuil of het stof niet met een blower kunt verwijderen, raadpleeg dan de verkoper of Panasonic.
Pagina 343
14. Overige De Monitor • Druk niet met grote kracht op de monitor. Er kunnen dan ongelijke kleuren op de monitor verschijnen en dit kan voor een slechte werking zorgen. • Als de camera koud is wanneer u hem inschakelt, kan het beeld op de monitor aanvankelijk een beetje donkerder dan normaal zijn.
Pagina 344
14. Overige Batterij De batterij is een oplaadbare lithium-ionbatterij. De stroom wordt opgewekt door de chemische reactie in de batterij. Deze reactie wordt beïnvloed door de temperatuur en de vochtigheid. Door te hoge of te lage temperaturen gaan batterijen minder lang mee.
Pagina 345
14. Overige Over 3D Over 3D-opnames ∫ Als de onderling verwisselbare 3D-lens aangebracht is, dient u een onderwerp niet op te nemen op een afstand die kleiner is dan de minimum brandpuntafstand. • De 3D-effecten kunnen uitgesprokener zijn en kunnen daardoor vermoeidheid of een oncomfortabel gevoel veroorzaken.
Pagina 346
Gelieve van te worden acht slaan op het feit dat Panasonic op geen enkele manier aansprakelijk is voor directe of indirecte schade veroorzaakt door de verandering of verdwijning...
Pagina 347
Instellingen zouden terug kunnen keren naar de fabriekstandaard wanneer het toestel gerepareerd wordt. • Neem contact op met de verkoper bij wie u het toestel aangeschaft heeft, of met Panasonic, als bovenstaande handelingen niet mogelijk zijn wegens storing. Wanneer u de geheugenkaart overdraagt aan derden of deze weggooit, raadpleeg dan “Aantekening voor overdracht van de geheugenkaart aan derden of het...
• Opgenomen gegevens kunnen worden beschadigd of zoek raken als de camera kapot gaat omdat er verkeerd mee wordt gewerkt. Panasonic is niet aansprakelijk voor schade die is veroorzaakt door het verlies van opgenomen gegevens. Over statieven met drie poten of met één poot •...
Pagina 349
Geproduceerd onder licentie van Dolby Laboratories. Dolby en het dubbele-D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. • HDAVI Control™ is een handelsmerk van Panasonic Corporation. • Adobe is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Pagina 350
• QuickTime en het QuickTime-logo zijn merken of geregistreerde merken van Apple Inc. en worden onder licentie gebruikt. • Android en Google Play zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Google Inc. • Het logo Wi-Fi CERTIFIED is een kwaliteitsmerk van de Wi-Fi Alliance.