Gebruiksaanwijzing AcQMap-beeldvormings- en mappingsysteem met hoge resolutie
76
• Raster afvlakken
Met de functie Raster afvlakken wordt de oppervlakvariatie gereduceerd en worden de
posities van oppervlakhoekpunten aangepast aan de variatie in oppervlaknormalen tussen
naburige knopen.
Afvlakkingsfactor: genormaliseerde (0 tot 1) controle van de mate
waarin oppervlakhoekpunten kunnen worden verplaatst om afvlakking
te bereiken. Bij een hogere waarde kunnen meer hoekpunten worden
verplaatst. Waarden van 0,1-0,5 worden aanbevolen.
Snelkoppelingspictogram: Het pictogram Raster afvlakken biedt
twee vooraf ingestelde waarden van 0,5 en 0,2.
• Gaten dichten
Hiermee worden gaten in het oppervlak geïdentificeerd en automatisch gedicht.
• Oppervlak opnieuw rasteren
Hiermee wordt de rastertriangulatie opnieuw gedistribueerd om de grootte
van de oppervlakdriehoeken meer op elkaar af te stemmen. Het Aantal monsters geeft het
minimumaantal hoekpunten aan op het opnieuw gerasterde oppervlak.
• Afmetingslimiet gebruiken
Er wordt alleen opnieuw gerasterd bij driehoeken
waarvan alle zijden kleiner zijn dan de geselecteerde
waarde. Het pictogram Opnieuw rasteren beschikt
over heeft twee vooraf ingestelde monsteraantallen
van 2500 of 4500, die kunnen worden uitgevoerd met
of zonder een afmetingslimiet van 5.
• Het nieuwe oppervlak opslaan
Klik op de knop Anatomie opslaan onderaan het scherm Anatomie-editor om het
definitieve oppervlak op te slaan. Als u de anatomie opslaat, wordt de huidige sessie in
het anatomieoverzicht als definitieve versie opgeslagen. De bestandsnaam kan in het
anatomieoverzicht worden aangepast door op de naam te klikken en deze te wijzigen.
10.6. — De anatomie-editor afsluiten
Sluit de anatomie-editor af door op de witte X in de rechterbovenhoek van het scherm te klikken.
Als de anatomie niet is opgeslagen, wordt een pop-upvenster weergegeven met de melding
'De anatomie is gewijzigd. Wilt u de wijziging opslaan?'
0.5
Raster afvlakken
5
2500
2500
4500
Opnieuw rasteren
0.2
Gaten
dichten
5
4500