Inhoudsopgave
Advertenties
PRAESENSA
6.3
Netwerkverbindingen met apparaten
Met uitzondering van enkele accessoires moeten PRAESENSA-apparaten worden verbonden
met het OMNEO-netwerk om deel te worden van het Public Address-/gesproken woord
ontruimingssysteem. Afhankelijk van de grootte van het systeem zijn er verschillende manieren
om dit te doen.
6.3.1
Stertopologie
In deze topologie is de systeemcontroller het centrale punt en worden andere apparaten
direct aangesloten op een van de poorten van de systeemcontroller. Maar, omdat de
systeemcontroller vijf poorten heeft, moet het systeem erg klein zijn. Er kunnen geen
oproepposten worden aangesloten omdat de systeemcontroller geen poorten heeft die PoE
leveren.
Veel bekabelde thuisnetwerken zijn op deze manier bekabeld, met één centrale switch met
meerdere poorten als centraal punt. Voor een geluidssysteem is dit echter niet erg nuttig.
6.3.2
Boomtopologie
Een boom- of 'gecombineerde ster'-topologie is effectief in een koppeling van meerdere
sternetwerken. In moderne netwerken is dit de meest gebruikte topologie. In deze topologie is
de verbinding van apparaten afhankelijk van de verbinding van andere apparaten in het
netwerk.
Alle PRAESENSA-netwerkapparaten hebben een ingebouwde Ethernet-switch en ten minste
twee poorten. Hierdoor kunnen apparaten eenvoudig worden aangesloten op een switchpoort
van een ander apparaat. Apparaten worden dan trapsgewijs aangesloten of doorgelust.
De systeemcontroller is nog steeds het centrale punt van het netwerk. Een multifunctionele
voedingseenheid is aangesloten op één poort van de systeemcontroller. Een oproeppost kan
worden aangesloten op een poort van de multifunctionele voedingseenheid die PoE levert. Een
versterker kan worden aangesloten op een andere poort van de systeemcontroller, maar ook
op een van de poorten van de multifunctionele voedingseenheid. Een andere versterker kan
worden aangesloten op de eerste versterker, enzovoort.
Voor elke drie versterkers is een multifunctionele voedingseenheid vereist, waarin een switch
met meerdere poorten is ingebouwd. Dus met de systeemgrootte groeien de
verbindingsmogelijkheden. Niet alle apparaten hoeven te worden doorgelust in een enkele
lange reeks apparaten; parallelle paden (takken) van kortere reeksen zijn mogelijk. Het gebruik
van vertakkingen vermindert het risico dat een uitgevallen verbinding dichtbij de wortel van de
boom de verbinding van alle andere apparaten verbreekt. Maar het risico blijft aanwezig dat
één enkele verbindingsstoring er de oorzaak van is dat de verbinding van meerdere apparaten
met de systeemcontroller wordt verbroken. En ook al is een versterker verbonden met een
oproeppost, wanneer de verbinding van beide apparaten met de systeemcontroller wordt
verbroken, gaat de audioverbinding tussen de oproeppost en de versterker verloren. De
systeemcontroller is vereist voor de instelling en bewaking van de verbindingen.
6.3.3
Ringtopologie
Een volgende stap in de verbetering van de connectiviteit van de apparaten is het gebruik van
een ringtopologie. In deze topologie worden de apparaten verbonden in een of meer ringen of
gesloten lussen. In normale Ethernet-netwerken is het gebruik van een topologie met meer
dan een fysiek pad tussen twee eindpunten (bijv. meerdere verbindingen tussen twee
netwerkswitches of twee poorten op dezelfde switch die met elkaar zijn verbonden) niet
toegestaan. De lus creëert zogenaamde 'broadcaststormen', aangezien broadcasts en
multicasts vanuit elke poort worden doorgestuurd door switches. De switch(es) zendt/zenden
de broadcastberichten steeds opnieuw uit, waardoor het netwerk overstroomt.
Bosch Security Systems B.V.
Installatiehandleiding
Van installatie tot configuratie | nl
2022-10 | V1.50 |
67
Advertenties
Inhoudsopgave
