6.9.3
Locatie van een geluidsscherm kiezen
Afb.31
6.9.4
Locatie van de buitenunit bepalen in koude en sneeuwachtige gebieden.
Afb.32
1 2
/
Specificaties
Maximale breedte komt overeen met de breedte van de bui
tenunit.
Hoogte minimaal 200 mm groter dan de gemiddelde diepte
van het sneeuwdek.
Locatie zo ver mogelijk uit de buurt van de doorgaande weg.
7780267 - v05 - 22032022
Als de buitenunit zich te dicht bij de buren bevindt, kan er een
geluidsscherm worden aangebracht om geluidsoverlast te verminderen.
Installeer overeenkomstig de geldende wetgeving en normen.
1. Plaats het geluidsscherm zo dicht mogelijk bij de lawaaibron, maar
zorg dat de lucht in de wisselaar van de buitenunit vrij kan circuleren
en dat toegang voor onderhoudswerkzaamheden mogelijk blijft.
2. Houd de volgende minimale afstanden tussen de buitenunit en het
geluidsscherm aan.
Wind en sneeuw kunnen de prestaties van de buitenunit aanzienlijk
verminderen. De locatie van de buitenunit moet aan de volgende
voorwaarden voldoen.
3
1. Monteer de buitenunit op voldoende hoogte van de grond zodat het
condenswater op de juiste wijze kan worden afgevoerd.
2. Zorg ervoor dat het voetstuk aan de volgende specificaties voldoet:
Reden
Deze maatregel helpt om de wisselaar te beschermen tegen
sneeuw en om ijsvorming te voorkomen tijdens het ontdooien.
Het afgevoerde condenswater kan bevriezen, wat tot een po
tentieel gevaar kan leiden (laag zwart ijs).
3. Neem, wanneer de buitentemperatuur onder nul komt, de nodige
voorzorgsmaatregelen om bevriezing in de afvoerleidingen te
voorkomen.
4. Stel buitenunits naast elkaar op en niet bovenop elkaar om te
voorkomen dat condenswater op lagere units kan lekken en
bevriezen.
6 Installatie
MW-C000373-1
4
MW-6000252-2
Merc-A R32 4-8
41