Ergonomie en comfort
Juiste zitpositie
Om veiligheidsredenen mag de stoel alleen
worden versteld als de auto stilstaat.
Voordat u gaat rijden, moet u de zitpositie in de
volgende volgorde afstellen, om de ergonomische
plaatsing van instrumenten en bedieningselementen
optimaal te benutten:
– De hoogte van de hoofdsteun.
– De hoek van de rugleuning.
– De hoogte van de zitting van de stoel.
– De lengterichting van de stoel.
– De hoogte en diepte van het stuurwiel.
– De binnen- en buitenspiegels.
Controleer vervolgens of u vanuit uw
zitpositie goed zicht op het
instrumentenpaneel hebt.
46
Hoofdsteunen vóór
In hoogte verstellen
Omhoog:
► Trek de hoofdsteun omhoog in de gewenste
positie; u voelt dat de hoofdsteun in positie klikt.
Omlaag:
► Druk ontgrendelknopje (A) in om de hoofdsteun
omlaag te zetten.
De hoofdsteun is goed afgesteld wanneer
de bovenkant gelijk ligt met de bovenkant
van het hoofd.
Een hoofdsteun verwijderen
► Kantel de rugleuning naar achteren om de
hoofdsteunen eenvoudiger te verwijderen.
► Beweeg de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag.
► Druk pal A in om de hoofdsteun te ontgrendelen
en trek de hoofdsteun omhoog.
► Berg de hoofdsteun veilig op.
Een hoofdsteun terugplaatsen
► Steek de pennen van de hoofdsteun in de
geleiders van de betreffende rugleuning.
► Duw de hoofdsteun omlaag tot aan de aanslag.
► Druk het ontgrendelknopje (A) in om de
hoofdsteun los te halen en duw deze omlaag.
► Stel de hoogte van de hoofdsteun af.
Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
verwijderd. Deze moeten zijn geplaatst en
goed zijn afgesteld voor de betreffende
inzittende.
Voorstoelen
Zorg er bij het naar achteren schuiven van
de stoel voor dat de beweging van de stoel
niet kan worden gehinderd door personen of
voorwerpen.
Kans op bekneld raken van de achterpassagiers
of op blokkeren van de stoel als grote
voorwerpen op de vloer achter de stoel zijn
geplaatst.