Rijden
Deze weergave is alleen beschikbaar door deze te
selecteren in het menu voor het veranderen van de
weergave.
360 Vision
De auto is voorzien van een in de grille geplaatste
camera vóór en een camera achter die in de buurt
van de kentekenplaatverlichting is geplaatst.
Dankzij deze camera's kan het systeem de
nabije omgeving van de auto weergeven op het
touchscreen, waarbij u kunt kiezen uit een weergave
van de omgeving achter de auto (camera achter),
als de achteruitversnelling is ingeschakeld, en een
weergave van de omgeving vóór de auto (camera
vóór), als de versnellingsbak in de neutraalstand
staat of een vooruitversnelling is ingeschakeld.
Beeld van de camera achter
Het systeem wordt automatisch geactiveerd
wanneer de achteruitversnelling wordt ingeschakeld.
De functie wordt uitgeschakeld:
146
– Automatisch, bij snelheden hoger dan ongeveer
20 km/h,
– Als uit de achteruitversnelling wordt geschakeld
(het beeld aan de achterzijde wordt dan na 7
seconden vervangen door het beeld aan de
voorzijde).
– Als op de witte pijl linksboven in de hoek van het
touchscreen wordt gedrukt.
Als een aanhanger is aangekoppeld of een
fietsendrager is gemonteerd op de trekhaak,
wordt het gebied achter de auto op het beeld van
bovenaf van de auto zwart weergegeven.
De beelden van de omgeving worden dan
uitsluitend samengesteld met behulp van de
camera vóór.
De verschillende weergaves van de camera achter
komen overeen met de weergaves die beschreven
zijn in het gedeelte over de functie Top Rear Vision.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de functie Top Rear Vision.
Beeld van de camera's voor en achter
Bij draaiende motor en een rijsnelheid van
maximaal 20 km/h kunt u deze functie
activeren via het menu Rijverlichting/Auto van het
touchscreen:
► Selecteer "Parkeerhulp".
De stand AUTO wordt standaard gebruikt, met
een weergave van de omgeving vóór de auto als
de versnellingsbak in de neutraalstand staat of
een vooruitversnelling is ingeschakeld, en een
weergave van de omgeving achter de auto als de
achteruitversnelling is ingeschakeld.
De functie wordt uitgeschakeld:
– Automatisch, als de rijsnelheid hoger wordt dan
ongeveer 30 km/h (het beeld verdwijnt tijdelijk vanaf
een snelheid van 20 km/h).
– Als op de witte pijl linksboven in de hoek van het
touchscreen wordt gedrukt.