Richtingaanwijzers
Druk het pookje een beetje op / neer en de richtingaanwijzers zullen knipperen. Na het
loslaten van het pookje zal dit weer in de oorspronkelijke stand terugkeren. Als het pookje
tot het hoogste of laagste punt wordt getrokken, zelfs na het loslaten daarvan, zullen de
richtingaanwijzers constant knipperen en uitgaan nadat het voertuig de bocht heeft
voltooid.
Type I configuratie (optioneel)
Type II configuratie (optioneel)
4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties
119
4
Ver. A0