Romp
Inspecteer de romp op barsten of be-
schadigingen.
Waterinlaat jetpomp
Verwijder wier, schelpen, afval of an-
dere voorwerpen die de waterstroom
kunnen belemmeren en het koelsys-
teem of de aandrijfeenheid kunnen
beschadigen. Reinigen indien nodig.
Kunt u bepaalde obstructies niet ver-
wijderen, doe dan een beroep op een
erkend Sea-Doo sportboot-dealer voor
een servicebeurt.
TYPISCH
1. Inspecteer deze plaats
Inspecteer de scherpe voorranden van
de impeller op geknikte of gebogen
delen; deze kunnen het vermogen van
uw boot aanzienlijk verlagen.
Ruim
Staat er water in het ruim, schakel de
pompschakelaar dan in om het ruim
volledig te ledigen.
Ligt de boot op de aanhangwagen,
blokkeer dan de wielen, schroef de af-
tappluggen los en plaats de boeg iets
hoger met de krik van de aanhangwa-
gen (indien aanwezig), zodat het water
uit het ruim kan weglopen.
______________________
78
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de aftappluggen
correct worden bevestigd, voordat
u de boot te water laat.
Accu
WAARSCHUWING
Controleer of de accukabels goed
zijn aangesloten en of de accu-be-
vestigingsriemen/bevestigingsele-
menten in goede staat zijn. Laad
de accu niet op of bij terwijl hij is
geïnstalleerd in het motorcompar-
timent.
Brandstoftank en
motoroliepeil
Vul de brandstoftank terwijl de boot
horizontaal ligt.
Controleer het oliepeil en voeg indien
nodig olie toe volgens de aanwijzingen
in het deel VLOEISTOFFEN.
Controleer de bevestigingsriemen/
elementen van de brandstoftank.
Motorcompartiment
WAARSCHUWING
Start de motor niet als u een ben-
zinelek of -geur vaststelt. Raad-
pleeg een erkend Sea-Doo sport-
boot-dealer.
WAARSCHUWING
Verwijder de dop van het koelvloei-
stofreservoir niet terwijl de motor
nog heet is, om brandwonden te
voorkomen.