80 km/u en niet verder dan 100 km. In
alle andere gevallen en bij een
defecte versnellingsbak de vooras
optakelen.
De hulp van een werkplaats inroepen.
Na het slepen verwijdert u het sleep‐
oog.
Plaats de kap met de buitenste flens
in de uitsparing en druk de kap vast.
Andere auto slepen
Wikkel een doek rond de punt van
een platte schroevendraaier om
schade aan de lak te voorkomen.
Steek een schroevendraaier in de
gleuf onder aan de afdekking. Maak
de afdekking los door de schroeven‐
draaier voorzichtig omlaag te bewe‐
gen.
Het sleepoog is opgeborgen bij het
boordgereedschap 3 204.
Schroef het sleepoog erin en draai
het tot aan de aanslag in de horizon‐
tale stand vast.
Sjoroog onder aan de achterkant van
de auto nooit als sleepoog gebruiken.
Bevestig een sleepkabel – beter is
een sleepstang – aan het sleepoog.
Sleepoog alleen gebruiken om de
auto weg te slepen en niet om deze
te bergen.
Verzorging van de auto
Voorzichtig
Langzaam wegrijden. Schok‐
kende bewegingen vermijden.
Buitensporige trekkrachten
kunnen de auto beschadigen.
Na het slepen verwijdert u het sleep‐
oog.
Steek de kap met de bovenste flens
in de uitsparing en druk de kap vast.
221