102
Instrumenten en bedieningsorganen
Rijfuncties
Í indrukken.
Kies Rijfuncties.
In de bijbehorende submenu's kunt u
de volgende instellingen wijzigen:
● Parkeerhulp: Activeert geavan‐
ceerde parkeerhulp, waarna een
parkeermanoeuvre te selecteren
is.
● Dodehoeksensoren: Activeert of
deactiveert de dodehoekdetec‐
tie.
● Panoramazichtsysteem: Active‐
ring / deactivering van de functie.
Telematicaservices
Opel Connect
Opel Connect bevat meerdere
aangesloten services die via de app,
online of in de auto toegankelijk zijn.
Let op
Opel Connect is niet op alle markten
verkrijgbaar. Neem contact op met
uw werkplaats voor meer informatie.
Let op
Pas na registratie en juiste active‐
ring werkt Opel Connect volledig.
Aangesloten services kunnen live
navigatie omvatten, zoals online
verkeersinformatie en status van de
auto en informatie zoals onderhouds‐
waarschuwingen.
In de auto toegankelijke services
kunnen ook noodoproep en pechmel‐
dingsoproep omvatten. Deze functies
worden automatisch geactiveerd. De
Algemene Voorwaarden zijn van
toepassing.
Noodoproepfunctie en pechmel‐
dingsfunctie werken via de knoppen
in de dakconsole.
Status-LED in de dakconsole
Brandt groen en rood en dooft na
korte tijd wanneer het contact wordt
ingeschakeld: het systeem werkt
goed.
Brandt rood: storing in het systeem.
Neem contact op met een werkplaats.
Knippert rood: reserveaccu moet
worden vervangen. Neem contact op
met een werkplaats.
Noodoproep
Via de noodoproepfunctie wordt u
doorverbonden met de dichtstbij‐
zijnde meldkamer (PSAP). Er wordt
een minimale hoeveelheid gegevens
naar de meldkamer verzonden, waar‐
onder auto- en locatiegegevens.
Let op
Een noodoproep doen is wellicht
niet mogelijk in gebieden met onvol‐
doende netwerkdekking of als
gevolg van schade aan hardware
tijdens een ongeluk.
Druk in een noodsituatie gedurende
meer dan 2 seconden op de rode
SOS-toets. De LED knippert groen
om aan te geven dat er verbinding