8
Werking
8.1
Personaliseren van het bedieningspaneel
Afb.75
MW-6000876-01
Tab.47
Parameterlijst
Menu
Land en taal
Datum en tijd
Installateursgegevens
Activiteitnamen
Display-instellingen
8.2
De centrale verwarming beheren
Afb.76
MW-6000861-02
7745647 - v06 - 30042021
Voor meer informatie, zie
Beschrijving van het bedieningspaneel, pagina 27
Het bedieningspaneel kan gepersonaliseerd worden door de
basisinstellingen aan te passen.
1. Druk op toets
.
2. Selecteer
Systeeminstellingen.
3. Voer de vereiste instellingen uit.
Instelling
Selecteer het land en de taal
Stel datum en tijd in, en vervolgens de automatische schakelaar tussen zo
mer- en wintertijd
Sla de naam en het telefoonnummer op van de installateur
De naam wijzigen van activiteiten die worden gebruikt om verwarmings- of
koelingsperioden te programmeren
Voer de display-instellingen in:
Selecteer de weergegeven unit.
Stel de schermhelderheid in.
Activeer/deactiveer het kinderslot.
8.2.1
Werkingsmodus selecteren
Om de kamertemperatuur in te stellen voor de verschillende leefruimten,
kunt u kiezen uit vijf bedrijfsmodussen.
Als u een programmeerbare aan/uit-thermostaat gebruikt, adviseren we de
handmatige bedieningsmodus voor de verwarmingspomp.
As u een andere soort thermostaat gebruikt, adviseren we de
Programmeer bedieningsmodus waarmee de kamertemperatuur kan
worden aangepast aan uw behoeften en uw energieverbruik kan worden
geoptimaliseerd.
1. Ga vanaf het startscherm naar het scherm voor de relevante zone
door aan de knop
2. Druk op de toets
.
te draaien.
8 Werking
79