LADINGEN VERPLAATSEN EN WERKEN
U moet een LAGE VERSNELLING gebruiken als de belading zwaarder
is dan 226 kg.
De laadbak laden
OPMERKING
maximumgewicht op de achterklep niet overschrijdt. Sluit steeds de
achterklep voor u gaat rijden. Zo beperkt u het risico op ladingverlies.
Plaats de lading zo laag mogelijk. –Een hogere lading kan het zwaartepunt
van het voertuig omhoog brengen, wat het minder stabiel kan maken.
Plaats de lading vooraan in het midden van de laadbak en verdeel ze zo
gelijkmatig mogelijk.
Maak de lading vast met de bevestigingshaken in de laadbak. Gebruik al-
leen de bevestigingshaken aan de onderkant van de laadbak. Maak de la-
ding niet vast aan de kooi of een ander deel van het voertuig. Als de lading
niet correct is vastgemaakt, kan deze verschuiven of van het voertuig af
vallen en hierbij mogelijk bestuurder, passagier of omstanders raken, of
ze kan verschuiven tijdens het rijden en de besturing van het voertuig
beïnvloeden.
Objecten hoger dan de wanden van het laadbed kunnen de zichtbaarheid
beïnvloeden voor de bestuurder en kunnen projectielen vormen bij een
ongeval. Ladingen die aan de zijkant uit het voertuig steken, kunnen vast
komen te zitten in struiken, takken of andere obstakels. Vermijd dat de
lading de remlichten bedekt en belemmert. Zorg ervoor dat de lading niet
uit de laadbak steekt en dat de lading uw zichtbaarheid of de besturing
van het voertuig niet hindert.
Overbelast de laadbak niet.
Sluit de achterklep voor u gaat rijden.
Rij nooit in het voertuig met een geopende achterklep.
MODEL
HD5
HD8 EN HD10
Alle modellen
Rijden in geladen toestand
Matig uw snelheid en draai geleide-
lijk aan wanneer u ladingen ver-
30
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat u tijdens het laden of lossen het
WAARSCHUWING
MAXIMUMGEWICHT LADINGEN LAADBAK
LAADBAK
ACHTERKLEP
VEILIGHEIDSINFORMATIE
272 kg
Gelijkmatig verdeeld en veilig
vastgemaakt. Zo laag mogelijk geladen
om het zwaartepunt zo laag mogelijk te
454 kg
houden.
Alleen terwijl u de laadbak laadt. Rij
113,4 kg
nooit met de achterklep open.
voert. Vermijd hellingen en ruig
terrein. Voorzie een langere remaf-
stand. Wanneer dit voertuig een