AutOMAtISChe PORtIeRVeRGReNDelING tIJDeNS het RIJDeN
De werking van het systeem
Na het wegrijden van de auto, vergrende-
len de portieren automatisch als de auto een
snelheid van ongeveer 7 km/u heeft bereikt.
De portieren ontgrendelen automatisch
– als u op de schakelaar 1 voor het ont-
grendelen van de portieren drukt.
– bij stilstaande auto door het openen van
een voorportier.
N.B.: na het openen van een achter-
portier vergrendelt dit weer automatisch
zodra de auto ongeveer 7 km/u rijdt.
Verantwoordelijkheid van de
bestuurder
Bedenk dat het rijden met ver-
grendelde portieren een be-
lemmering kan zijn voor hulpverleners in
geval van nood.
1.18
Inschakelen van de functie
Afhankelijk van de auto, met contact aan
of met draaiende motor, houd u de scha-
kelaar 1 van de elektrische portiervergren-
deling gedurende 5 secondes ingedrukt tot u
een geluidssignaal hoort.
uitschakelen van de functie
Afhankelijk van de auto, met contact aan
of met draaiende motor, houd u de scha-
kelaar 1 van de elektrische portiervergren-
deling gedurende 5 secondes ingedrukt tot u
een geluidssignaal hoort.
Bij een storing
Als u een storing constateert (geen auto-
matische vergrendeling, het lampje geïnte-
greerd in de knop 1 licht niet op bij het ver-
grendelen van de portieren), controleer dan
eerst of alle portieren goed gesloten zijn. Als
deze goed gesloten zijn, moet u een merk-
dealer raadplegen.
1