Inbedrijfstelling
Verloop van de eerste inbedrijfstelling
De waternormen kunnen in de uittreksels verschillend
zijn: als maximumwaarden mogen 6000
bar niet worden overschreden.
Controle van de waterafsluitingen
Tijdens de inbedrijfstelling moeten alle afsluitingen aan
waterzijde en flensen op lekkage worden gecontro-
leerd en volgens tab. 19 op pagina 34 aangehaald
worden.
Inbedrijfstelling na ketelstilstand
De inbedrijfstelling na stilstand moet algemeen door
het bedieningspersoneel ter plekke worden uitgevoerd.
Het starten vanuit de externe controleruimte is niet toe-
gestaan.
Deze volgorde aanhouden:
1. De installatie betreden om de correcte toestand te
controleren
2. Inbedrijfstelling schakelkast
laar "AAN"
3. Inbedrijfstelling van de voeding
4. Controle van het waterniveau en de functie van de
waterniveaumeter en de waterniveauregeling
5. Inbedrijfstelling van de verbranding bij gesloten
stoomklep
Uitkoken
Het uitkoken van de ketel vóór inbedrijfstelling is uit
proces- en veiligheidstechnisch oogpunt niet verplicht
voor grootwaterruimketels.
Protocol
De eerste inbedrijfstelling moet geprotocolleerd wor-
den door de vastgestelde en ingestelde waarden te
noteren.
Instructies
Het bedieningspersoneel moet na de eerste inbedrijf-
stelling onderricht worden.
28
(vervolg)
S/cm tot 20
µ
contactschake-
–
De regelwaarde moet met de exploitant worden afge-
stemd. De functie van de grenswaardeschakelaar voor
de maximale geleidbaarheid moet worden getest door
de gewenste waarde te verlagen.
6. Vermogensregeling op laag vermogen of 1e trap
7. Controle van het waterniveau en bij bereiken van
hoogwater, het waterniveau verlagen door slibaf-
voer.
8. Wanneer de keteldruk tot 3 bar onder de toegela-
ten werkingsdruk is gestegen, de stoomklep lang-
zaam openen.
9. Verdere controles zie hoofdstuk "Aanbeveling voor
controle" op pagina 29
10. Voor installaties zonder tijdelijke toezicht geldt: na
het begin van de inbedrijfstelling moet de installatie
1 uur door het bedieningspersoneel worden
bewaakt.
Dit protocol moet door de opdrachtgever worden
ondertekend.
De eerste inbedrijfstelling moet geprotocolleerd wor-
den.