Waterkwaliteit
Waterbehandelingsinstallatie
Chemicaliënverbruik
■
■
Vereist onderhoud
Eisen aan het zouthoudende ketelvoedingswater
Toegelaten werkingsdruk
Algemene eisen
pH-waarde bij 25 °C
Geleidbaarheid bij 25 °C
Som aardalkaliën (Ca
2+
+ Mg
Zuurstof (O
)
2
Koolzuur (CO
) gebonden
2
IJzer (Fe), totaal
Koper (Cu), totaal
Oxideerbaarheid (Mn VII
als KMnO
4
Olie, vet
Tab. 17
Organische stoffen
Algemeen zijn organische substanties mengsels van
verschillende verbindingen. De samenstelling van der-
gelijke mengsels en het gedrag van hun componenten
tijdens de werkingsomstandigheden van de ketel zijn
moeilijk te voorspellen.
Organische stoffen kunnen uiteenvallen in koolzuren of
andere zure producten. Die verhogen de geleidbaar-
heid en veroorzaken corrosie en afzettingen.
Eisen aan het ketelwater
Voedingswaterleiding
Toegelaten werkingsdruk
Algemene eisen
pH-waarde bij 25 °C
Zuurcapaciteit (K
)
S 8,2
Geleidbaarheid bij 25 °C
Fosfaat (PO
)
4
Kiezelzuur (SiO
)
*4
4
Tab. 18
Gedetailleerde informatie
EN 12953-10
*2
VE-water met mengbedkwaliteit (geleidbaarheid < 0,2
daarop kan AVT-rijwijze worden toegepast. Conditionering met vluchtige alkaliseringsmiddelen: pH-waarde van het voe-
dingswater pH
9,2 en pH-waarde van het ketelwater pH
≥
nenwisselaar < 5
S/cm bedragen.
µ
*3
pH-waarde-basisinstelling: injecteren van Na
*4
Als met alle andere waarden wordt rekening gehouden, zijn bij het gebruik van fosfaat hogere PO
ten. Dat geldt bijv . bij gecompenseerde of gecoördineerde fosfaatbehandeling (zie paragraaf "Conditionering").
20
(vervolg)
bar
S/cm
µ
mmol/ l
2+
)
mg/l
mg/l
mg/l
mg/l
Mn II)
→
mg/l
mg/l
bar
mmol/l
S/cm
µ
mg/l
mg/l
PO
, bijkomend injecteren van Na OH (als de pH-waarde < 10)
3
4
Dankzij het logboek kunnen de werkingsomstandighe-
den altijd opgezocht worden.
0,5
PS
20
≤
≤
kleurloos, zuiver, vrij van onopgeloste stoffen
Uitsluitend richtwaarden voor ketelwater doorslaggevend
< 0,05
< 0,2
< 0,05
Bovendien kunnen ze tot schuim- en aanslagvorming
leiden, die zo gering mogelijk moet worden gehouden.
Ook moet het TOC-gehalte (Total Organic Carbon) zo
laag mogelijk worden gehouden.
30
S/cm
>
µ
0,5
PS
20
≤
≤
kleurloos, zuiver, vrij van onopgeloste stoffen
10,5 tot 12
1 tot 12
< 6000
10 tot 20
Afhankelijk van de druk, zie afb. 2 en 3
S/cm) kan zonder fosfaatinjectering worden gebruikt. Als alternatief
µ
8,0. In dit geval moet de geleidbaarheid achter sterk zure katio-
≥
PS
20
>
9
>
< 0,01
< 0,02
< 25
< 0,1
< 0,01
< 10
< 1
30
≤
PS
20
PS
>
10,5 tot 11,8
10 tot 11
1 tot 10
0,1 tot 1,0
Zie afb. 2
< 1500
6 tot 15
-concentraties toegela-
4
S/cm
µ
0,5
>
*2*3
*2