P
REPARATIE VAN GYNAECOLOGISCHE MONSTERS
6 a. Giet het supernatant in het centrifugebuisje voorzichtig af om
verlies van cellen te voorkomen. Voer het af volgens de plaatselijke
voorschriften.
b. Vortex het centrifugebuisje kort.
7 a. Maak gebruik van de volumemarkeringen op het centrifugebuisje
om de nodige hoeveelheid ongebruikte PreservCyt-oplossing
(d.w.z. zonder patiëntmonster) bij de cellen te gieten en vul aan tot
een eindvolume van 20 ml. Draai de dop stevig vast.
b. Meng de inhoud van het centrifugebuisje door het meermaals
handmatig om te draaien en breng het monster terug over naar het
bewaarde monsterpotje.
8 Verwerk het monster op een ThinPrep 2000-processor volgens de
procedure voor het uitvoeren van een run voor een gynaecologisch
monster. Beoordeel het resulterende preparaat volgens The Bethesda
System for Reporting Cervical/Vaginal Cytologic Diagnosis. Als nadat
het monster opnieuw is verwerkt een negatief resultaat voor het
monster niet overeenstemt met de klinische indruk, kan het nodig
zijn een nieuw monster af te nemen.
Gebruikershandleiding voor het ThinPrep
4
®
2000-systeem
4.11