De olie moet binnen het gemarkeerde gebied op
de peilstok staan.
Oliepeil controleren bij een koude
motor:
· Veeg de peilstok schoon, voordat u gaat
meten.
· Controleer het oliepeil met de peilstok. De
olie moet tussen het MIN- en MAX-streepje
staan.
· Als de olie dichter bij het MIN-streepje ligt,
kunt u eerst 0,5 liter olie bijvullen. Vul bij
totdat de olie dichter bij het MAX-streepje
dat het MIN-streepje op de peilstok ligt. Zie
pagina 161-162 voor de aan te houden hoe-
veelheid.
Oliepeil controleren bij een warme motor:
· Parkeer de auto op een vlakke ondergrond,
zet de motor af en wacht ten minste 10 tot
15 minuten zodat de olie terug in het carter
kan lopen.
· Veeg de peilstok schoon, voordat u gaat meten.
· Controleer het oliepeil met de peilstok. De
olie moet tussen het MIN- en MAX-streepje
staan.
· Als de olie dichter bij het MIN-streepje ligt,
kunt u eerst 0,5 liter olie bijvullen. Vul bij
totdat de olie dichter bij het MAX-streepje dat
het MIN-streepje op de peilstok ligt. Zie pa-
gina 161-162 voor de aan te houden hoeveel-
heid.
BELANGRIJK!
Vul nooit meer olie bij dan tot aan het MAX-
IMG-203460
streepje. Het olieverbruik kan toenemen, als
u teveel olie in de motor giet.
WAARSCHUWING!
Mors geen olie op het hete uitlaatspruitstuk,
omdat er gevaar voor brand bestaat.
Motorolie
149