4 Installatie en inbedrijfstelling
NL
Afbeelding 24 Vergrendelen
Procedure voor controle van uitrichtingstelescoop
Controleprincipe:
De procedure voor het controleren van de uitrichting van ELDS-uitrichtingstelescopen maakt gebruik van het
principe dat een correct uitgelijnde telescoop altijd in precies dezelfde richting wijst ongeacht de draaihoek ten
opzichte van het uitlijnpunt. Dit principe betekent dat als u een uitrichtingstelescoop draait rond een uitlijnpunt van
een ELDS-eenheid, het dradenkruis op een correct uitgelijnde telescoop in het midden blijft van hetzelfde
punt/object binnen het zichtveld van de telescoop. Als het draaien van een uitrichtingstelescoop rond het uitlijnpunt
resulteert in significante beweging van het dradenkruis ten opzichte van het oorspronkelijke punt/object, dan is de
uitrichtingstelescoop niet goed uitgelijnd.
VOORZICHTIG!
De uitrichtingstelescoop is een precisie-instrument voor optische uitrichting. Het laten vallen of verkeerd gebruiken
van de uitrichtingstelescoop kan leiden tot onjuiste uitrichting van de telescoop.
Als een uitrichtingstelescoop GEVALLEN of BESCHADIGD is, STOPT u met het gebruik en CONTROLEERT u of
de uitrichting nog in orde is met de onderstaande procedure, of RETOURNEERT u hem naar Senscient voor
controle en heruitrichting.
Het niet opvolgen van deze waarschuwing kan leiden tot gering of matig letsel.
Senscient ELDS™ / Rev 22
78