Weerstandsniveauschakelaar
Uw Bowflex™ Max Trainer™ toestel gebruikt weerstand om de intensiteit van uw training te wijzigen of de trapsnel-
heid van de pedalen aan te passen. Het weerstandsniveau wordt door de schakelaar aan de rechterkant van het
vaste stuur aangepast. '1' is de laagste weerstandsinstelling, '8' is de hoogste weerstandsinstelling. Hoe dichter de
schakelaar bij '8' wordt ingesteld, hoe meer energie u nodig hebt om de pedalen omlaag te duwen.
Als u tijdens een training uw toerental stabiel houdt en de pedaalweerstand verhoogt, dan zult u meer calorieën
verbruiken. Dit resulteert in een meer intensieve training.
Om gewend te geraken aan het proces stelt u de schakelaar het best eerst in op '4'. Als deze instelling onvoldoende
pedaalverplaatsing toelaat bij een normaal steptempo, verstel de schakelaar dan naar onderen totdat u comfortabel
bent met de pedaalverplaatsing. Als u vindt dat de pedalen te veel bewegen en u het steptempo niet kunt verhogen,
verstel de schakelaar dan naar boven voor een minder grote pedaalverplaatsing. De pedalen moeten zo worden
ingesteld dat ze voor voldoende verplaatsing zorgen om de energie van uw beweging te absorberen bij het gewenste steptempo.
Opmerking: 'Bottomed out' wil zeggen dat de gebruiker geen training kan starten, omdat de pedalen niet bewegen. Als dit gebeurt, neemt u
het vaste stuur stevig beet en zet u uw gewicht op de hiel van de hoogste voet. Blijf het vaste stuur stevig vasthouden en leun
voorzichtig naar achteren om nog meer gewicht op de hiel te zetten. Zodra de pedalen beginnen te bewegen, kunt u uw beoogde
training hervatten.
Het kan nuttig zijn om de instelling van de schakelaar te onthouden wanneer het toestel door meerdere gebruikers wordt gebruikt.
Draadloze hartslagmeter
Het volgen van uw hartslag is een van de beste procedures om de intensiteit van uw training te beheersen. De console kan telemetrische hartslag-
signalen aflezen door middel van een hartslagborstbandzender die uitzendt op een frequentie van 4,5 - 5,5 kHz.
Opmerking: De borstband moet een ongecodeerde hartslagborstband van Polar Electro zijn, of een ongecodeerd POLAR
(Gecodeerde Polar
Vraag uw arts om advies voordat u een draadloze borstband of een andere telemetrische hartslagmeter gebruikt als u een
pacemaker of een ander geïmplanteerd elektronisch apparaat draagt.
De hartslag die op de console wordt weergegeven, is onnauwkeurig en mag alleen ter referentie worden gebruikt.
Borstband
Met de hartslagborstband kunt u uw hartslag op elk gewenst moment tijdens uw training volgen.
Vraag een arts om advies voordat u een trainingsprogramma start. Staak de training als u pijn of benauwdheid op de borst voelt,
kortademig wordt of u flauw voelt. Vraag uw arts om advies voordat u het toestel opnieuw begint te gebruiken. Gebruik de waarden
die door de computer van het toestel worden berekend of opgemeten uitsluitend ter informatie.
De borstband omdoen:
1.
Pas de lengte van de band aan, zodat hij nauwsluitend en comfortabel op de huid ligt. Maak de band om uw borst vast, net onder de
borstspieren, en sluit de gesp.
2.
Trek de zender van uw borst en maak de twee geribbelde elektrodeplaten aan de achterkant vochtig.
3.
Controleer of de vochtige elektrodeplaten goed tegen de huid aanzitten.
De zender zal uw hartslag naar de ontvanger van het toestel verzenden en het geschatte aantal slagen per minuut (BPM) weergeven.
Verwijder altijd de zender voordat u de borstband schoonmaakt. Maak de borstband regelmatig schoon met milde zeep en laat hem goed drogen.
Achterblijvend zweet en vocht houden de zender mogelijk actief en kunnen de batterij uitputten. Maak de zender dus na elk gebruik droog en veeg
hem schoon.
-hartslagbanden zoals POLAR
®
Montage-/Gebruikershandleiding
OwnCode
-borstbanden zullen niet werken met deze apparatuur.)
®
®
23
-compatibel model.
®