Bestuurdersstoel instellen
U kunt de stoel naar voren en naar achteren verschuiven.
De positie van de stoel moet zo zijn dat u de machine het
best kunt bedienen en dat u comfortabel zit.
1. Om de bestuurdersstoel in te stellen, moet u de
instelhendel zijwaarts bewegen. Hiermee ontgrendelt u
de stoel (Fig. 30).
2. Verschuif de stoel in de gewenste positie en laat de
hendel los om de stoel te vergrendelen in zijn positie.
1
Figuur 30
1. Instelhendel
Machine handmatig duwen
Belangrijk
U moet de machine altijd handmatig
duwen. Slepen van de machine kan schade aan het
hydraulische systeem veroorzaken.
De machine duwen
1. Aftakas uitschakelen en contactsleuteltje op "UIT"
draaien om de motor af te zetten.
2. Draai de omloopkleppen één slag naar links om de
machine te duwen. Hierdoor kan de hydraulische
vloeistof langs de pomp worden geleid zodat de wielen
kunnen draaien (Fig. 31).
Belangrijk
Draai de omloopkleppen niet meer dan één
slag. Dit voorkomt dat de kleppen uit de behuizing vallen
en de vloeistof naar buiten stroomt.
Gebruik van de machine
Draai de omloopkleppen in als u de machine gaat
gebruiken (Fig. 31).
Opmerking: De machine zal niet rijden als de
omloopkleppen niet zijn ingedraaid.
AANDRIJWIEL VRIJZETTEN
NIET TE VAST AANDRAAIEN
1. Omloopklep
Zijafvoer
m–3655
De maaimachine is uitgerust met een scharnierend
veiligheidsscherm, dat het maaisel zijwaarts en omlaag
naar de grond afvoert.
Zonder aangebracht veiligheidsscherm,
afvoerafsluiter of complete grasopvangbak
kunnen u of anderen in aanraking met het
maaimes of uitgeworpen voorwerpen komen.
Contact met draaiende maaimes(sen) en
uitgeworpen voorwerpen kan lichamelijk letsel of
de dood veroorzaken.
Verwijder het veiligheidsscherm nooit van de
maaimachine omdat hiermee het maaisel wordt
afgevoerd naar het gazon. Als het
veiligheidsscherm is beschadigd, moet u deze
onmiddellijk vervangen.
Kom nooit met uw handen of voeten onder de
maaimachine.
Voordat u de afvoeropening of de maaimessen
gaat reinigen, moet u eerst de aftakas op "UIT"
zetten en het contactsleuteltje op "UIT"
draaien. Verwijder tevens het sleuteltje en trek
de kabel van de bougie(s).
28
Figuur 31
Gevaar
1