Navigatie
5.4.2 Grafische weergave
Grafische weergaveschermen bevatten een parameterbeschrijving en een grafiek met de
activiteit van de parameterwaarde.
De eenheden van de gegevenswaarde, het vergrendelingspictogram en de schuifpijlen lijken op
die van de tekstweergave. De korte parameternaam wordt weergegeven, maar als u op Y drukt,
wordt een pop-upmenu geopend met de volledige naam. Vanwege de hoogte van de grafieken
worden slechts twee parameters tegelijkertijd weergegeven en er kan slechts één parameter zijn
vergrendeld. Als een parameter wordt vergrendeld, wordt deze boven in de gegevenslijst
geplaatst. Als er meerdere parameters vergrendeld zijn als de grafische weergave wordt
geselecteerd, blijft de bovenste parameter in de lijst vergrendeld en keren de overige terug naar
de oorspronkelijke positie in de gegevenslijst.
1— Parameterbeschrijving
2— Huidige gegevenswaarde
3— Eenheid van parameterwaarde
4— Grafiek met parametergegevens
5— Vergrendelingspictogram
6— Schuifpijlen
De grafieken worden van links naar rechts op het scherm weergegeven en er wordt een punt in
de grafiek gemaakt voor elke gegevensstroomtransmissie vanuit de ECM. Hoe snel het
grafiekgebied op het scherm wordt gevuld, is afhankelijk van de transmissiesnelheid van de ECM.
Bij verschillende merken en modellen kan de snelheid waarmee de grafiek wordt gemaakt, dus
verschillen. Het scherm is breed genoeg om 64 gegevenspunten in een grafiek weer te geven.
Als de grafiek het scherm heeft gevuld, worden oudere punten aan de linkerrand verborgen terwijl
nieuwe punten aan de rechterrand worden toegevoegd. De waarde van het huidige samplepunt
wordt onder de parameternaam, naast de grafiek weergegeven.
In het menu Afsluiten van de grafische weergave is een speciale cursorfunctie beschikbaar
waarmee u door de gegevensgrafieken kunt schuiven. Als deze functie wordt geselecteerd, wordt
er een cursor als een verticale lijn op de grafieken weergegeven. Pijlen aan van beide zijden van
de grafiek geven aan dat de schuifrichting is gewijzigd en een frameteller geeft op de titelbalk de
relatieve positie van de cursor aan. De samplewaarde op het punt waar de cursor zich bevindt,
wordt weergegeven onder de parameterbeschrijving.
1
2
3
LIVE GEGEVENS
RPM(1/min.)
1850
TPS(%)
50,2
Afbeelding 5-9
Voorbeeld van scherm met grafische weergave
33
4
5
Gegevensschermen
6
6