Voor het gebruik
VOORZICHTIG
Voordat u onderhoudswerkzaamheden aan de
machine verricht of deze afstelt, moet u de motor
afzetten, de parkeerrem in werking stellen en het
sleuteltje uit het contact verwijderen. Verwijder de
lading uit de bak of een ander werktuig voordat u
onder een opgehaalde bak gaat werken. Plaats altijd
de laadbakbeveiliging op de uitgetrokken hefcilinder
om de bak omhoog te houden.
Motorolie controleren (Fig. 9-11)
Het carter van de motor is in de fabriek gevuld met
ongeveer 3,3 liter olie (met filter). Het oliepeil moet
echter worden gecontroleerd voordat en nadat de
motor voor de eerste keer is gestart.
1.
Plaats het voertuig op een horizontaal oppervlak.
2.
Verwijder de peilstok en veeg deze af met een
schone doek. Steek de peilstok in de buis. Let
erop dat de peilstok er volledig in schuift. Haal de
peilstok eruit en controleer het oliepeil.
1
1. Peilstok
3.
De motor gebruikt hoogwaardige reinigingsolie,
type 10W30, waaraan het American Petroleum
Institute (API) "onderhoudsclassificatie" CF of
hoger heeft verleend.
4.
Als het oliepeil te laag is, moet u de vuldop
verwijderen en voldoende olie bijvullen totdat het
peil de VOL-markering op de peilstok bereikt.
Figuur 9
1
1. Dop van vulbuis
Opmerking: Als u olie bijvult, moet u de peilstok
verwijderen ten behoeve van een goede
ontluchting, de olie langzaam in de vulopening
gieten en daarbij veelvuldig het peil controleren.
NIET TE VOL VULLEN.
Belangrijk
Als u (motor)olie bijvult, moet u ervoor
zorgen dat er enige afstand is tussen de vulinrichting
en de vulopening in het klepdeksel, zoals is
aangegeven in figuur 11. Hierdoor kan er tijdens het
vullen lucht ontsnappen, zodat de olie niet overloopt
en in de ontluchtingsinrichting terechtkomt.
1
1. Zorg voor enige afstand
5.
Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Belangrijk
Controleer het oliepeil om de 8
bedrijfsuren of dagelijks. Ververs de olie en vervang
het filter na de eerste 50 bedrijfsuren; daarna moet u
om de 100 bedrijfsuren de olie verversen en het
oliefilter vervangen. De olie moet echter vaker worden
vervangen als de machine in buitensporig stoffige of
vuile omstandigheden wordt gebruikt.
16
Figuur 10
1
Figuur 11