Inhoudsopgave
Advertenties
HANDMATIGE INSTELLING VAN DIAFRAGMA EN BELICHTINGSTIJD - M
De modus instellen
1. Met het achterste instelwiel
selecteren (zie daartoe pagina 30,
M
'Belichtingsregeling')
2. Met het verdraaien van het achterste instelwiel het gewenste
diafragma instellen en met het sluitertijd-/instelwiel de gewenste
belichtingstijd
Weergaven in zoeker en afdekklep-display, maar bij Live View
ook op de monitor
•
voor de geselecteerde belichtingsmodus,
M
• de handmatig ingestelde diafragma- en tijdwaarden, maar ook
– een lichtschaal, waarmee u de belichtingscompensatie realiseert.
De lichtschaal geeft de afwijking van de actueel ingestelde tijd/
diafragma-combinatie van de gemeten belichtingswaarde aan. In het
bereik van ±3 EV vindt de weergave eenduidig in stapprn van
plaats. Grotere afwijkingen worden door het knipperen van de bui-
tenste markering van de lichtschaal weergegeven.
Diafragma en / of tijd moeten voor een correcte belichting volgens
belichtingsmeter-instelling zolang worden veranderd, tot uitsluitend de
nul-markering van de lichtschaal brandt.
Aanwijzing:
Als tegelijkertijd de automatische gevoeligheidsinstelling is geactiveerd
(
), wordt de laatste handmatig ingestelde gevoeligheid gebruikt.
ISO Auto
Een eventuele ingestelde maximale sluitertijd heeft daarentegen geen
effect.
BELICHTINGSREEKSEN
Belichtingsreeksen kunnen bij alle vier belichtingsmodi worden gebruikt.
Beschikbaar zijn:
– 2 opname-aantallen: 3 of 5
– trappen: 0,5 EV, 1 EV, 2 EV en 3 EV
De functie instellen
1. In het menu, gedeelte
CAMERA
• Op de monitor verschijnt het submenu met de vier punten
,
,
Bracketing
Frames
F-Stops
verdeling. Als er gelijktijdig een belichtingscorrectie is ingesteld,
zal dit met de betreffende waarde onder de schaalverdeling wor-
den weergegeven.
2. Bij
door het verdraaien van het achterste instelwiel,
Exp. Bracketing
respectievelijk de 5-weg-knop naar links of rechts drukken,
selecteren, of u een belichtingsreeks wilt realiseren (
• Bij
worden de drie andere deelpunten geactiveerd (= wit).
On
⁄
EV
1
2
3. Het achterste instelwiel, respectievelijk de 5-weg-knop naar voren
drukken, om naar het volgende deelpunt te gaan (geldt voor alle
deelpunten)
4. In
het aantal opnamen instellen en in
Frames
belichtings-trappen tussen de opnamen van de reeks
• De geselecteerde belichtingen worden op de schaal rood gemar-
keerd. Een eventueel gelijktijdig ingestelde belichtingscorrectie is
hieraan te herkennen, dat de gehele reeks rond de correctie-
waarde is 'verschoven'.
5. In
selecteren, of u de opnamen zelf afzonderlijk wilt ont-
Automatic
spannen (
), of dat de opnamen allen na elkaar door eenmalig
Off
ontspannen moeten plaatsvinden (
• In de oorspronkelijke menulijst wordt een ingestelde belichtings-
reeks met
1
weergegeven.
X / Y EV
6. Door eenmalig respectievelijk meermalig te ontspannen, worden alle
opnamen gemaakt.
Aanwijzing:
De functie
is niet beschikbaar, als vooraf een interval-
Exp. Bracketing
opnamereeks werd ingesteld.
'
' staat voor het aantal opnamen, '
1
X
Weergaven in de zoeker
– een waarschuwingssymbool
– de wisselende weergaven voor sluitertijd en diafragma conform de
niveaus
Weergaven in de afdekkap-display
– naast de belichtingsmodus vóór de overbelichting(en)
, het punt
selecteren
Exp. Bracketing
corrigeerde opname
Exp.
– een symbool als weergave voor een belichtingsreeks
en
, daaronder een schaal-
Automatic
Weergaven op de monitor (bij de weergave van de opnamegege-
vens)
– een symbool als weergave voor een belichtingsreeks
DE B-INSTELLING
), of niet (
)
On
Off
Met de B-instelling blijft de sluiter zolang geopend, als de ontspanknop
ingedrukt blijft (maximaal 60s).
Weergave in de zoeker
de gewenste
–
F-Stops
bulb
Weergave in de afdekkap-display
–
B
– naast het openen van de sluiter de afnemende belichtingstijd
Weergaven op de monitor bij Live View
–
bulb
)
On
in combinatie met de zelfontspanner is tevens een T-functie beschikbaar:
Is zowel
ontspanknop geactiveerd, opent de sluiter na de gekozen wachttijd
automatisch. Deze blijft dan (zonder dat de ontspanknop hoeft te worden
vastgehouden) zolang geopend tot de ontspanknop een tweede keer
wordt doorgedrukt. Zo kan de bewegingsonscherpte die door bediening
van de ontspanknop eventueel ontstaat ook bij langdurige opnamen
verregaand worden vermeden. De belichtingsmeter blijft in beide gevallen
uitgeschakeld.
' voor de trappen
Y
, vóór de onderbelichting(en)
0
-
in plaats van een sluitertijd
in plaats van een sluitertijd
ingesteld en ook de zelfontspanner door indrukken van de
B
NL
, vóór de onge-
+
33
Advertenties
Inhoudsopgave
