Pagina 1
LEICA SL2 Handleiding SL2/NL/2022/05/4.0/1...
Pagina 2
Controleer, voordat u uw camera in gebruik neemt, de meegeleverde accessoires op volledigheid. wij wensen u veel plezier en succes bij het fotograferen met uw nieu- we Leica SL2. Om het prestatievermogen van uw camera volledig te kunnen benutten, moet u eerst deze handleiding doorlezen. Alle – Leica SL2 informatie rondom de Leica SL2 is altijd verkrijgbaar op –...
Pagina 3
Details over het actuele, omvangrijke reservedelen-/accessoire-as- gemene aanwijzingen', om schade aan het product te vermijden sortiment voor uw camera vindt u bij Leica Customer Care of op de en mogelijk letsel en risico te verhinderen. homepage van Leica Camera AG: https://leica-camera.com/en-int/photography/accessories...
Pagina 4
Leica Camera AG billijk zijn voor bruiker in het kader van een persoonlijke toepassing werd geco- de klant. In dat opzicht behoudt Leica Camera AG zich het recht voor deerd en / of verkregen werd van een leverancier die gemachtigd op veranderingen, maar ook het recht op vergissingen.
Pagina 5
In het menu van de camera vindt u de specifieke nationale vergunnin- mentatie. Vanwege deze creatieve vormgeving vragen we u echter gen van dit apparaat. om begrip voor het feit dat Leica Camera AG haar intellectueel eigen- ▸ In het hoofdmenu, kiezen Camera Information ...
Pagina 6
DoC server: www.cert.leica-camera.com gestelde inzamelpunten worden afgegeven. Neem in geval van verdere vragen contact op met: Leica Camera AG, Am Leitz- Dit is voor u gratis. Als het toestel zelf verwisselbare batterijen bevat, Park 5, 35578 Wetzlar, Duitsland...
Pagina 7
5150 MHz tot 5350 MHz gebruiken. • Aangenomen wordt dat het gebruik van de WLAN-functie mogelijk • Voor bepaalde functies van Leica FOTOS leest u de belangrijke is in de landen waar deze camera wordt verkocht. Er bestaat het aanwijzingen op pagina 264.
Pagina 8
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN naar buiten lopende contacten (zoals die in de flitsschoen) liever niet aan. • Let op dat er geen vuil of krassen op de sensor voor de detectie ALGEMEEN van het objectieftype in de bajonet komen. Zorg er ook voor dat zich daar geen zandkorrels of dergelijke deeltjes verzamelen die •...
Pagina 9
• Als deze batterijen niet volgens de voorschriften worden gebruikt • Het gebruik van andere, niet door Leica Camera AG toegestane, of als er batterijen worden gebruikt die niet voor deze camera zijn opladers kan tot schade aan de batterijen leiden en in een ex- treem geval ook tot ernstige, levensgevaarlijke verwondingen.
Pagina 10
• Gebruik van niet-compatibele flitsapparaten op de Leica SL2-S • Raak de contacten aan de achterzijde van de geheugenkaarten kan in het ergste geval leiden tot onherstelbare schade aan de niet aan en houd ze vrij van vuil, stof en vocht.
Pagina 12
Als het probleem niet wordt opgelost, neem dan contact op met uw MONITOR dealer, de nationale vertegenwoordiging van Leica of met Leica Camera AG. • Wanneer de camera aan grote temperatuurschommelingen wordt •...
Pagina 13
(bij systeemcamera's). Voor teit en kwaliteit kan controleren. Een beschadiging van camera het reinigen van de sensor kunt u de camera opsturen naar Leica of kaart is niet te verwachten. Maar omdat vooral zogenoemde Customer Care (zie pagina 298).
Pagina 14
Leica werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling en optima- veranderd of verwijderd door verkeerde of abusievelijke bedien- lisering van de Leica SL2-S. Omdat bij digitale camera’s zeer veel stappen, statische elektriciteit, ongevallen, storingen, reparaties functies uitsluitend zuiver elektronisch worden gestuurd, kunnen en andere maatregelen.
Pagina 15
GARANTIE Naast uw wettelijke garantieaanspraken ten aanzien van uw verkoper ontvangt u voor dit Leica product ook van Leica Camera AG een productgarantie vanaf de datum van aankoop bij een bevoegde Leica vakleverancier. Tot nog toe vond u de garantievoorwaarden in de productverpakking.
Pagina 17
< < < FOTOMODUS > > > DE INSTELWIELEN TOEWIJZEN ................72 BIJ GEBRUIK VAN AF-OBJECTIEVEN ................73 FOTO-INSTELLINGEN ..............88 BIJ GEBRUIK VAN MF-OBJECTIEVEN ................. 74 SENSORFORMAAT ..................88 DRAAIRICHTING VAN DE INSTELWIELEN............75 BESTANDSFORMAAT ..................89 FUNCTIES VAN DE JOYSTICK ................75 BEDIENINGSELEMENTEN BLOKKEREN ............76 RESOLUTIE ....................90 GEBRUIKERSPROFIELEN ...................
Pagina 18
PRAKTISCHE VOORINSTELLINGEN ..........102 ZONE ........................115 VOLGEN ........................115 TOUCH-AF....................102 PERSONENHERKENNING (GEZICHTSHERKENNING) ..........116 TOUCH-AF IN DE EVF-MODUS ................102 AF-INSTELLINGEN .................... 117 INDIVIDUELE INSTELLING AAN HET OBJECTIEF ........103 AF-PROFIELEN ......................117 STAPGROOTTE EV ..................103 VOORAF SCHERPSTELLEN ..................119 HULPWEERGAVEN ..................104 FOCUSBEGRENZING ..................119 AF-SNELINSTELLING ..................120 INFO-PROFIELEN ....................104 AF-SNELINSTELLING OPROEPEN ................
Pagina 19
BELICHTING ....................132 FLITSREGELING ....................157 SLUITERTYPE ....................133 SYNCHTRONISATIE-TIJDSTIP .................. 157 FLITSBEREIK .....................158 BELICHTINGSMODI ..................136 FLITSBELICHTINGSCORRECTIE ...............159 MODUS KIEZEN ....................... 136 VOLAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - P ........137 WEERGAVEMODUS (FOTO) ............162 PROGRAMMA-AUTOMAAT - P ................. 137 BEDIENELEMENTEN IN DE WEERGAVEMODUS ........162 DE VASTGELEGDE SLUITERTIJD / DIAFRAGMA-COMBINATIES WIJZIGEN (SHIFT) 137 DE WEERGAVEMODUS STARTEN / VERLATEN ........164 HALFAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - A/S .......138 OPNAMEN KIEZEN / BLADEREN ..............165...
Pagina 21
REC-KADER .......................204 TOEPASSING .....................227 WAVEFORM-MONITOR (WFM) .................205 OPROEP NAAR WENS ....................227 WEERGAVE AANPASSEN ..................206 AUTOMATISCHE PROCEDURE ................228 ANDERE INSTELLINGEN ..................229 WEERGAVE HOOGTE-BREEDTEVERHOUDING ..........207 SAFETY AREA ....................208 SNELHEID ........................ 229 AANSLUITENDE FOCUSMODUS ................229 FILMEN ................... 210 ISO-GEVOELIGHEID ...................229 VIDEOMODUS EN CINEMODUS ..............210 VASTE ISO-WAARDEN ..................229 VIDEOMODUS STARTEN / VERLATEN .............
Pagina 22
< < < > > > OVERIGE FUNCTIES ..............258 CAMERA TERUGSTELLEN OP FABRIEKSINSTELLING ......258 FIRMWARE-UPDATES .................259 FIRMWARE-UPDATES TOEPASSEN ..............260 LEICA FOTOS ................. 264 VERBINDEN ....................264 WLAN BEËINDIGEN ..................266 WLAN AUTOMATISCH BEËINDIGEN..............266 WLAN HANDMATIG BEËINDIGEN ..............266 AFSTANDSBEDIENING VAN DE CAMERA ..........267 ONDERHOUD / BEWAREN ............
Pagina 23
Betekenis van de verschillende informatiecategorieën in deze handleiding Aanwijzing Extra informatie Belangrijk Niet-naleving kan leiden tot beschadiging van de camera, de accessoires of de opnamen Let op Niet-naleving kan persoonlijk letsel tot gevolg hebben INHOUDSOPGAVE...
Pagina 24
NAAM VAN DE ONDERDELEN * Optionele accessoires: multifunctioneel handvat SL, objectief NAAM VAN DE ONDERDELEN...
Pagina 26
OBJECTIEF* Contactstrip Indexpunt voor het verwisselen van objectief Afstandsinstelring eventueel instelring voor de brandpuntsafstand Indexpunt voor montage van de tegenlichtkap Externe bajonet voor tegenlichtkap Binnendraad voor filter Bajonetdeksel Objectiefdop Tegenlichtkap * Niet meegeleverd. Afbeelding symbolisch. Technische uitvoeringen kunnen verschillen per uitrusting. NAAM VAN DE ONDERDELEN...
Pagina 28
WEERGAVEN BIJ WEERGAVE Alle weergaven / waarden hebben betrekking op de weergegeven De weergave op de monitor is gelijk aan die op de zoeker. opname. FOTO 15 19 18 20 14 27 28 STATUSSCHERM GEACTIVEERDE Capture Assistants 1/8000 12500 BIJ OPNAME 999-9000 Alle weergaven / waarden hebben betrekking op actuele instellingen.
Pagina 29
(alleen bij vergroting van een fragment) Belichtingscorrectiewaarde Focus Peaking Opnamemodus ( Drive Mode (Markering scherp ingestelde randen in het onderwerp) Focusmodus Clipping / Zebra Autofocus-meetmethode Autofocusinstellingen Methode belichtingsmeting Witbalans-modus Bestandsformaat / compressiegraad / resolutie Geheugenkaart formatteren Gebruikersprofiel Instelwieltjes blokkeren / vrijgeven Leica FOTOS Hoofdmenu WEERGAVEN ▸ FOTO...
Pagina 30
VIDEO/CINE BIJ HET AFSPELEN Alle weergaven / waarden hebben betrekking op de weergegeven STATUSSCHERM opname. 55 58 57 BIJ HET FILMEN Alle weergaven / waarden hebben betrekking op actuele instellingen. 55 58 57 67 69 WEERGAVEN ▸ VIDEO/CINE...
Pagina 31
De videoweergave verlaten Belichtingsmodus Actueel afspeel-tijdstip Diafragmawaarde Weergave-statusbalk Sluitertijd Volume-voortgangsbalk : sluiterhoek) Cine ISO-gevoeligheid : vermelding in ASA) Cine Belichtingscorrectiewaarde Focusmodus Autofocus-meetmethode Methode belichtingsmeting Witbalans-modus Bestandsformaat / compressiegraad / resolutie Opnameniveau Koptelefoon-geluidsniveau Gebruikersprofiel Instelwieltjes blokkeren / vrijgeven Leica FOTOS WEERGAVEN ▸ VIDEO/CINE...
Pagina 32
Tijd Batterijcapaciteit handvat Batterijcapaciteit camera Belichtingsmodus Ingestelde belichtingscorrectie Programma-shift Diafragmawaarde Sluitertijd : sluiterhoek) Cine ISO-gevoeligheid : vermelding in ASA) STANDAARD AANZICHT Cine Gebruikte geheugenkaart Resterende opslagcapaciteit Leica FOTOS USB-laadfunctie Scherptediepte-grenswaarden Scherpstel-afstand 92 93 ANDERE MODUS KIEZEN WEERGAVEN ▸ WEERGAVEN IN HET TOP-DISPLAY...
Pagina 33
LAADSTATUS-WEERGAVE IN DE MONITOR De conditie van de geplaatste batterij wordt weergegeven op het statusscherm en in de kopregel rechtsboven. Weergave Laadstatus Circa 75 – 100% Circa 50 – 75% Circa 25 – 50% Circa 0 – 25% Circa 0% De batterij moet worden vervangen of worden opgeladen WEERGAVEN ▸ WEERGAVEN IN HET TOP-DISPLAY...
Pagina 34
VOORBEREIDINGEN OPLAADAPPARAAT VOORBEREIDEN Steek het oplaadapparaat met de voor de lokale stopcontacten pas- AANBRENGEN VAN DE DRAAGRIEM sende stekker in het stopcontact. Aanwijzing • Het oplaadapparaat past zich automatisch aan de betreffende netspanning aan. Let op • Controleer na het aanbrengen van de draagriem of de sluitingen correct zijn aangebracht, om te vermijden dat de camera valt.
Pagina 35
BATTERIJ LADEN LAADSTATUS-INDICATOREN AAN DE OPLADER De camera wordt door een Li-ion batterij van de benodigde energie voorzien. BATTERIJ IN HET OPLAADAPPARAAT PLAATSEN De correcte laadprocedure wordt weergegeven door de status-LED. Weergave Laadstatus Laadduur* Wordt geladen knippert groen CHARGE Circa 2 uur brandt oranje ▸...
Pagina 36
LADEN VIA USB BATTERIJ PLAATSEN/VERWIJDEREN De in de camera geplaatste batterij kan automatisch worden geladen ▸ Garandeer dat de camera is uitgeschakeld (zie pagina 50) als de camera via een USB-kabel is verbonden met een computer of een andere geschikte stroombron. PLAATSEN Fabrieksinstelling: On ...
Pagina 37
VERWIJDEREN GEHEUGENKAART PLAATSEN / VERWIJDEREN De Leica SL2-S biedt plaats voor twee geheugenkaarten. Daarbij bestaan er verscheidene gebruiksmogelijkheden, zie pagina 96. De camera slaat de opnamen op een SD- (Secure Digital), respec- tievelijk SDHC- (High Capacity), respectievelijk SDXC- (eXtended Capacity) kaart op.
Pagina 38
PLAATSEN ▸ Garandeer dat de camera is uitgeschakeld (zie pagina 50) KLEP VAN GEHEUGENKAARTVAK OPENEN 'klik' ▸ Druk de geheugenkaart in de gleuf, tot zij hoor- en voelbaar vast- klikt ▸ Verschuif de klep zoals in de afbeelding weergegeven, tot u een •...
Pagina 39
Leica M-/R-adapter L worden gebruikt. opening overeenkomen. L-MOUNT-OBJECTIEVEN Naast Leica SL-objectieven kunt u aan de Leica SL2-S met haar L-bajonet ook Leica TL-objectieven onder volledig gebruik van al haar functies gebruiken. Bij het regelen van een TL-objectief schakelt de camera automatisch over naar het APS-C-formaat. Bovendien staan een groot aantal compatibele objectieven van de fabrikant van de L-Mount-Allianz ter beschikking.
Pagina 40
LEICA M- EN R-OBJECTIEVEN De objectieflijsten overzichtelijker maken Met behulp van Leica M- of R-adapter L kunt u Leica M- en R-objec- ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings tieven plaatsen. U kunt de daartoe in de camera opgeslagen objec- ▸...
Pagina 41
OBJECTIEF VERVANGEN OBJECTIEF VERWIJDEREN Belangrijk • Op de camerabody moet als bescherming tegen het binnendrin- gen van stof enz. in het bajonetdeksel van de camera altijd een objectief of de bajonetdop zijn geplaatst. • Om dezelfde reden moet het verwisselen van een objectief vlot en indien mogelijk in een stofvrije ruimte gebeuren.
Pagina 42
ANDERE OBJECTIEVEN ADAPTER VERWIJDEREN (bijvoorbeeld Leica M-objectieven) U kunt andere objectieven met behulp van een adapter voor L-bajo- netten gebruiken (gebruiken Leica M-adapter L). ADAPTER PLAATSEN ▸ Garandeer dat de camera is uitgeschakeld ▸ Objectief verwijderen ▸ Ontgrendelingsknop op de camerabehuizing ingedrukt houden ▸...
Pagina 43
OBJECTIEF OP ADAPTER PLAATSEN OBJECIEF VAN DE ADAPTER VERWIJDEREN ▸ Garandeer dat de camera is uitgeschakeld ▸ Garandeer dat de camera is uitgeschakeld (zie pagina 50) ▸ Houd het objectief aan de vaste ring vast ▸ Houd het objectief aan de vaste ring vast ▸...
Pagina 44
DIOPTRIEËN INSTELLEN Opdat brildragers ook zonder bril kunnen fotograferen, kunt u de zoeker in een bereik van -4 tot +2 dioptrieën instellen op het eigen oog (dioptriecompensatie). ▸ Kijk door de zoeker ▸ Een onderwerp viseren en scherpstellen ▸ Draai aan de dioptrie-instelring tot zowel het beeld in de zoeker als de ingevoegde weergaven scherp verschijnen VOORBEREIDINGEN ▸ DIOPTRIEËN INSTELLEN...
Pagina 45
MULTIFUNCTIONEEL HANDVAT SL FOTOGRAFEREN MET HET HANDVAT (optionele accessoires) De bedienelementen van het handvat zijn zodanig aangebracht dat ze bij het fotograferen in portretopname optimaal bereikbaar zijn. Het als optionele accessoire leverbare multifunctionele handvat SL beschikt over speciaal voor het fotograferen in portretopname aan- gebrachte extra bedienelementen (ontspanner, joystick, duimwieltje en voorste instelwieltje).
Pagina 46
HANDVAT PLAATSEN ▸ Contact-afdekkap van het handvat aan de met driehoeken gemar- keerde zijden samendrukken en verwijderen ▸ Afdekkap in de daarvoor bedoelde verdieping in het handvat opbergen ▸ Contact-afdekkap aan de bodem van het camerahuis eraf trekken Vergrendelingsknevel ▸ Afdekkap in de daarvoor bedoelde verdieping in het handvat Statiefschroefdraad opbergen...
Pagina 47
HANDVAT VERWIJDEREN ▸ Handvat-vergrendeling naar links draaien om de vergrendeling los te maken • Daarbij zowel camera als handvat goed vasthouden, om te ver- mijden dat ze vallen. ▸ Beide contact-afdekkappen weer plaatsen Belangrijk • Garandeer dat de contact-afdekkappen de contacten van het handvat en de camera goed afdekt, als het handvat niet op de camera is gemonteerd.
Pagina 48
HANDLUS / DRAAGRIEM VOOR MULTIFUNCTIONEEL BATTERIJ VERVANGEN HANDVAT MONTEREN Het multifunctionele handvat biedt ruimte voor een tweede batterij. Zo kunt u de gebruiksduur verhogen. Als ergonomische uitbreiding voor het handvat is de hoogwaardige handlus leverbaar, voor een nog steviger grip op de camera. Dit is met name erg aanbevelenswaardig voor het fotograferen in land- schapopname.
Pagina 49
BATTERIJ VERWIJDEREN BATTERIJ PLAATSEN ▸ Uitwerpstift indrukken ▸ Druk de batterij met de gleuf naar onderen gericht in het vak, tot hij hoor- en voelbaar vastklikt • De batterij schuift een stukje naar buiten. ▸ Druk licht tegen de batterij BATTERIJVAK SLUITEN •...
Pagina 50
CAMERABEDIENING CAMERA UITSCHAKELEN BEDIENINGSELEMENTEN HOOFDSCHAKELAAR De camera wordt met de hoofdschakelaar in- en uitgeschakeld. CAMERA INSCHAKELEN Aanwijzing • Met de functie (zie pagina 82) kan men de ca- Auto Power Off mera automatisch laten uitschakelen als er geen bediening in de opgegeven tijd plaatsvindt.
Pagina 51
ONTSPANNER 2. Doordrukken – De opname maken • De gegevens worden daarna op de geheugenkaart opgesla- gen. – Een video-opname starten – Start de geselecteerde zelfontspanner-wachttijd – Een serie- of intervalopname starten Aanwijzingen • De ontspanknop moet, om bewegingsonscherpte te voorkomen, voorzichtig (niet schokkering) worden ingedrukt, totdat de sluiter met licht klikken gaat aflopen.
Pagina 52
VOORSTE INSTELWIEL DUIMWIELTJE – Binnen de menu's navigeren – Binnen de menu's navigeren – De sluitertijd instellen – Het submenu oproepen – Voor het instellen van een belichtingscorrectie – De menu-instellingen accepteren – De weergegeven opnamen vergroten / verkleinen – De geselecteerde menupunten / functies instellen –...
Pagina 53
JOYSTICK PLAY-KNOP/MENU-KNOP PLAY-KNOP – Binnen de menu's navigeren – Het submenu oproepen – De (permanente) weergavemodus in- en uitschakelen – De menu-instellingen accepteren – Terugkeer naar volledig beeld – De geselecteerde menupunten / functies instellen MENU-KNOP – In het opnamegeheugen bladeren –...
Pagina 54
FUNCTIEKNOPPEN FABRIEKSINSTELLING In de opnamemodus In de weergavemodus -knop PLAY Infoprofielen omschakelen Functieknop Wisseling monitor / EVF MENU Functieknop Andere modus kiezen (foto / v ideo) Opname markeren / evalueren Functieknop – Foto: ISO – Video: ISO – (Cine: Exposure Index ...
Pagina 55
MONITOR (TOUCH SCREEN) TOUCH-BEDIENING* In de opnamemodus In de weergavemodus 'aantikken' Het AF-meetveld verplaatsen en scherpstellen Opname kiezen (bij actieve Touch-AF) 'dubbel aantikken' Het AF-meetveld terugzetten De weergegeven opnamen vergroten / (bij actieve Touch-AF) verkleinen 'vegen' In het opnamegeheugen bladeren De vergrote beelduitsnede verplaatsen 'horizontaal vegen' Andere modus kiezen (foto / video)
Pagina 56
TOP-DISPLAY MENUBEDIENING BEDIENINGSELEMENTEN Volgende elementen worden gebruikt voor menubediening. – De ingestelde modus weergeven – Opname-informatie weergeven – Camera-informatie weergeven Joystick Voorste instelwiel -knop Duimwieltje MENU CAMERABEDIENING ▸ MENUBEDIENING...
Pagina 57
MENUBEREIKEN STATUSSCHERM Er zijn drie menubereiken: statusscherm, Foto Video Main Menu Favorites Statusscherm: – biedt snelle toegang tot de belangrijkste instellingen Favorites – individueel door u opgestelde lijst (voor het beheren van deze lijst, zie pagina 70) • Het favoriten-menu verschijnt uitsluitend als minstens één menupunt is toegewezen.
Pagina 58
(inclusief de subpunten) zijn modusafhankelijk. Dat betekent dat – Display Settings hier aangebrachte veranderingen uitsluitend gelden voor de mo- – Leica FOTOS menteel actieve modus. Ze gelden niet voor gelijknamige menu- – Image Stabilization punten in de betreffende andere modus. Dit betreft bijvoorbeeld –...
Pagina 59
ANDER MENUBEREIK KIEZEN Als eerste menubereik verschijnt altijd het statusscherm. Het boven- ste menuniveau is georganiseerd in 'pagina's', die worden weerge- geven in de kopregel: statusscherm, eventueel Favorieten-menu (maximaal twee pagina's), en meerdere delen van het hoofdmenu. Door middel van bladeren kunt u naar andere menubereiken gaan. Alternatief hebben statusscherm en favorieten-menu ieder als laat- ste menupunt de toegang tot het hoofdmenu.
Pagina 60
STATUSSCHERM Aanwijzingen • Als touch-bediening niet mogelijk is of niet is gewenst (bijvoor- Het statusscherm biedt een overzicht over de belangrijkste gegevens beeld in de EVF-modus), kunt u het statusscherm ook bedienen bij de actuele toestand van de camera en de actieve instellingen. met joystick en / of duimwieltje.
Pagina 61
INSTELLINGEN KIEZEN BIJ HET OPROEPEN VAN EEN GANGBAAR SUBMENU Deze menu's gedragen zich zoals bij het oproepen vanuit het hoofd- Instellingen kunt u vanaf het statusscherm op verschillende manie- menu (zie pagina 63). Touch-bediening is daarom niet beschik- ren kiezen. Het soort instelling varieert onder de menu's. baar.
Pagina 62
FAVORIETEN-MENU SUBMENU Het favorieten-menu biedt snelle toegang tot de meest gebruikte Er verschillende soorten submenu's. Voor hun specifieke bediening, menupunten. Het bestaat uit maximaal 11 menupunten. De toewij- zie de volgende pagina's. zing gebeurt individueel (zie pagina 70). Actuele menuoptie Submenuoptie Aanwijzingen naar overige submenu´s HOOFDMENU...
Pagina 63
MENU-NAVIGATIE REGEL VOOR REGEL NAVIGEREN (Keuze van de functies / functievarianten) PAGINA VOOR PAGINA ▸ Joystick naar boven / onder drukken Om vooruit te bladeren ▸ Duimwieltje draaien ▸ -knop (eventueel meermaals) indrukken MENU (naar rechts = omlaag, naar links = omhoog) •...
Pagina 64
SUBMENU'S WEERGEVEN EEN STAP TERUG (terugkeren naar het hogere menupunt) ▸ Joystick / duimwieltje indrukken ▸ Joystick naar links drukken • Deze mogelijkheid is alleen beschikbaar bij lijstvormige sub- ▸ Joystick naar rechts drukken menu's. KEUZE BEVESTIGEN ▸ Joystick / duimwieltje indrukken TERUG NAAR HET HOOGSTE MENUNIVEAU •...
Pagina 65
SUBMENU'S EEN KNOP (TEKEN / FUNCTIEKNOP) KIEZEN Gebruik van fysische bediening TOETSENBORD / CIJFERBLOK ▸ Joystick in de gewenste richting drukken • De momenteel actieve knop wordt geaccentueerd. ▸ Joystick / duimwieltje indrukken ▸ Duimwieltje draaien • De momenteel actieve knop wordt geaccentueerd. •...
Pagina 66
BALKEN-MENU SCHALEN-MENU Gebruik van fysische bediening Gebruik van fysische bediening ▸ Joystick naar links / rechts drukken ▸ Joystick naar links / rechts drukken ▸ Duimwieltje draaien ▸ Duimwieltje draaien Gebruik van touch-bediening Gebruik van touch-bediening ▸ Gewenste functie direct selecteren of vegen ▸...
Pagina 67
DATUM/TIJD-MENU COMBI-MENU (AF-PROFIELEN) De instelling van de afzonderlijke menupunten gebeurt via een instel- Om naar het volgende instelveld te gaan balk in het onderste gedeelte van de weergave. ▸ Joystick naar links / rechts drukken Om de afzonderlijke punten te kiezen ▸...
Pagina 68
COMBI-MENU (BEELDEIGENSCHAPPEN) Knop 'Terug' (Afsluiten zonder opslaan) Knop 'Parameter' Knop 'Instelling' Knop 'Bevestigen' (Opslaan en verlaten) De bediening verschilt enigszins, afhankelijk van het feit of de instel- lingen worden gerealiseerd door middel van fysische bediening of touch-bediening. Het monitorbeeld blijft tijdens de instelling meestal zichtbaar. Zo kunt u het resultaat van de instelling onmiddellijk bekijken.
Pagina 69
Gebruik van fysische bediening Gebruik van touch-bediening ▸ Op gewenste knop tikken Om tussen de knoppen te navigeren • Bij de knoppen 'Parameter' en 'Instelling' verschijnen de be- ▸ Joystick naar links / rechts drukken schikbare keuzemogelijkheden. • De actieve knop is gemarkeerd met een rood kader. •...
Pagina 70
GEÏNDIVIDUALISEERDE BEDIENING HET FAVORITEN-MENU BEHEREN ▸ Naar de gewenste modus (foto of video) gaan FAVORIETEN-MENU ▸ In het hoofdmenu, kiezen Customize Control ▸ kiezen Edit Favorites U kunt de vaakst gebruikte menupunten individueel toewijzen (maxi- maal 11 menuopties) en bijzonder snel en eenvoudig oproepen. De ▸...
Pagina 71
RECHTSTREEKSE TOEGANG TOT MENUFUNCTIES DE TOEGEWEZEN MENUFUNCTIE OPROEPEN Voor een bijzonder snelle bediening door middel van directe toegang ▸ Gewenste functieknop kort indrukken in de opnamemodus kunt u aan de functieknoppen individueel gese- • De toegewezen functie wordt opgeroepen of er verschijnt een lecteerde menufuncties toewijzen.
Pagina 72
DE INSTELWIELEN TOEWIJZEN Om de gewenste belichtingsmodus te kiezen (IN DE OPNAMEMODUS) ▸ Joystick naar boven / onder drukken • De momenteel instelbare indelingen krijgen een rode markering. De functie van de beide instelwielen verschilt per actieve belich- tingsmodus. De wieltoewijzing kunt u onafhankelijk voor foto- en vi- Om de indeling voor het duimwieltje te kiezen deomodus voor iedere belichtingsmodus instellen.
Pagina 73
BIJ GEBRUIK VAN AF-OBJECTIEVEN Videomodus De volgende tabellen tonen de beschikbare functies (fabrieksinstel- Duimwieltje Voorste instelwiel ling steeds vet weergegeven). Microphone Gain Microphone Gain Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie Fotomodus Duimwieltje Voorste instelwiel Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie Sluitertijd Sluitertijd Programma-shift Programma-shift Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie Diafragma Diafragma Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie...
Pagina 74
BIJ GEBRUIK VAN MF-OBJECTIEVEN INSTELWIELEN INDIVIDUALISEREN U kunt beide instelwielen onafhankelijk van elkaar indelen. De be- De volgende tabellen tonen de beschikbare functies (fabrieksinstel- schikbare functies zijn afhankelijk van de belichtingsmodus. ling steeds vet weergegeven). Fotomodus ▸ Naar de gewenste modus (foto of video) gaan ▸...
Pagina 75
DRAAIRICHTING VAN DE INSTELWIELEN FUNCTIES VAN DE JOYSTICK (IN DE OPNAMEMODUS) Voor de belichtingsinstelling met behulp van de instelwielen kunt u de draairichting naar wens vastleggen. Ingesteld wordt de richting die Aan de joystick kunnen in de fotomodus verschillende functies leidt tot minder belichting (kortere sluitertijden / kleiner diafragma).
Pagina 76
BEDIENINGSELEMENTEN BLOKKEREN GEBRUIKERSPROFIELEN Bepaalde bedieningselementen kunt u in de opnamemodus blokkeren. Met deze camera kunt u naar wens combinaties van alle menu-in- stellingen permanent opslaan, bijv. om ze bij terugkerende situaties Aanwijzing / onderwerpen snel en eenvoudig te kunnen oproepen. Er zijn zes •...
Pagina 77
PROFIELEN AANMAKEN NAAM PROFIEL WIJZIGEN Instellingen opslaan / profiel aanmaken. ▸ Gewenste functies in de menubediening individueel instellen ▸ In het hoofdmenu, kiezen User Profile ▸ kiezen Manage Profiles ▸ kiezen Save as Profile ▸ Gewenste geheugenlocatie kiezen ▸ In het hoofdmenu, kiezen User Profile ...
Pagina 78
PROFIELEN GEBRUIKEN / ACTIVEREN PROFIELEN OP DE GEHEUGENKAART OPSLAAN / VANAF DE KAART IMPORTEREN Fabrieksinstelling: Default Profile ▸ In het hoofdmenu, kiezen User Profile ▸ kiezen Manage Profiles ▸ respectievelijk kiezen Export Profiles Import Profiles ▸ Procedure bevestigen Aanwijzingen • Bij het ex- en importeren worden in principe alle profielen naar (van) de kaart overgedragen;...
Pagina 80
• De instellingen worden bij iedere volgende pairing opnieuw ver- geleken. De pairingprocedure is beschreven in het hoofdstuk ▸ In het hoofdmenu, kiezen Language 'Leica FOTOS' (zie pagina 264). ▸ Gewenste taal kiezen • Afgezien van een paar uitzonderingen wordt de taal van alle INSTELLINGEN HANDMATIG KIEZEN teksten veranderd.
Pagina 81
EENHEID VOOR AFSTAND TIJD ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings De afstanden (zie pagina 126) kunnen worden weergegeven in ▸ kiezen Date & Time meter of in Engelse voeten. ▸ kiezen Time Setting Fabrieksinstelling: Meter (m) ▸ Gewenste weergavevorm kiezen ▸...
Pagina 82
ENERGIEBESPARINGSMODUS (STAND-BY-MODUS) LCD-SCHERM-/ZOEKERINSTELLINGEN Wanneer deze optie is ingeschakeld, gaat de camera naar de ener- De camera heeft een 3,2” LCD-kleurenmonitor, die wordt be- giebesparende stand-by-modus, om de gebruiksduur van de batterij schermd door een afdekglas van extreem hard en bijzonder krasbe- te verlengen.
Pagina 83
MONITOR-/EVF-GEBRUIK ▸ In het hoofdmenu, kiezen Display Settings ▸ kiezen EVF-LCD U kunt instellen voor welke situaties EVF en monitor worden ge- bruikt. De weergaven zijn identiek, onafhankelijk van het feit of ze in ▸ Gewenste instelling kiezen de monitor of in de zoeker verschijnen. Aanwijzing Fabrieksinstelling: Auto ...
Pagina 84
HELDERHEID KLEURWEERGAVE Voor een optimale herkenning bij verschillende lichtomstandighe- U kunt de kleurweergave aanpassen. Afzonderlijke instelling voor den kunt u de helderheid aanpassen. Afzonderlijke instelling voor monitor en zoeker. U kunt uw keuze maken via zowel knoppen als monitor en zoeker. U kunt uw keuze maken via zowel knoppen als touch-bediening.
Pagina 85
MONITOR EN EVF AUTOMATISCH UITSCHAKELEN AKOESTISCHE SIGNALEN De monitor en EVF schakelen automatisch uit, om batterijcapaciteit Enkele functies kunnen worden bevestigd met akoestische signalen. te besparen. U kunt de tijd tot aan de uitschakeling instellen. De volgende speciale functies kunt u afzonderlijk instellen: Deze instelling heeft ook invloed op de autofocus;...
Pagina 86
GELUID VAN ELEKTRONISCHE SLUITER Fabrieksinstelling: Off ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings ▸ kiezen Acoustic Signal ▸ kiezen Electronic Shutter Sound ▸ kiezen On BEVESTIGING AUTOFOCUS Voor succesvolle autofocus kunt u een signaal inschakelen. Fabrieksinstelling: Off ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings ...
Pagina 88
FOTO-INSTELLINGEN SENSORFORMAAT U kunt de beeldinformatie van de gehele 35 mm-sensor gebruiken, Kleinbeeld (volformaat) of slechts een gedeelte ervan, dat overeenkomt met het APS-C-for- APS-C maat. Dit is bijvoorbeeld handig als er maar een beperkte hoeveel- heid geheugenruimte beschikbaar is, of een voor APS-C ontwikkeld Crop-factor 1:1,6 objectief wordt gebruikt.
Pagina 89
BESTANDSFORMAAT Aanwijzingen • Voor de ongecomprimeerde opslag van onbewerkte opnamegege- Het JPG-formaat en het standaard 'onbewerkte gegevens'-for- JPG vens wordt het gestandaardiseerde formaat DNG gebruikt. maat ('digital negative') staan ter beschikking. Beide kunnen DNG • Bij gelijktijdige opslag van de beeldgegevens als DNG ...
Pagina 90
RESOLUTIE HOOGTE-BREEDTEVERHOUDING Als u het -formaat hebt geselecteerd, kunt u nog uit drie Naast de basisverhouding hoogte/breedte (3:2) kunt u ook andere JPG verschillende opnameresoluties (aantal pixels) kiezen. Beschik- verhoudingen kiezen (bijvoorbeeld 1:1). De weergave toont dan het baar: . U kunt deze aanpassen aan het ge- betreffende gedeelte.
Pagina 91
FILM-STIJL LICHTE GEBIEDEN / DONKERE GEBIEDEN Afhankelijk van de gekozen belichting en het dynamische bereik van het onderwerp zijn details in de lichte en donkere gebieden BEELDEIGENSCHAPPEN misschien niet goed meer te herkennen. Met behulp van Highlight- Een van de vele voordelen van digitale fotografie is de zeer eenvou- is een verschillende regeling van de sterker of Weighted ...
Pagina 92
KLEUREN-PROFIELEN FOTOPROFIELEN INDIVIDUALISEREN U kunt de parameters aanpassen voor alle beschikbare profielen U kunt kiezen uit drie vooraf gedefinieerde profielen voor kleurop- uitsluitend bij kleur-profielen). Details voor bediening Saturation name: van het menu, zie pagina 68. Fabrieksinstelling: Standard – ▸ In het hoofdmenu, kiezen Standard ...
Pagina 93
AUTOMATISCHE OPTIMALISERINGEN RUISONDERDRUKKING BIJ JPG-OPNAMEN Behalve bij gebruik van hoge gevoeligheden blijft ruis gelukkig meestal verwaarloosbaar gering. Bij de productie van JPG-beeldbe- RUISONDERDRUKKING standen maakt ruisonderdrukking in principe echter wezenlijk deel uit van de gegevensverwerking. Aangezien zij anderzijds ook effect RUISONDERDRUKKING BIJ LANGDURIGE BELICHTING heeft op de scherpte-weergave, kunt u deze ruisonderdrukking In de digitale fotografie wordt het optreden van verkeerde beeld-...
Pagina 94
Panning Mode ▸ Gewenste instelling kiezen Normal Auto Panning Vertical Panning Horizontal Panning Aanwijzing • Veel objectieven ondersteunen niet alle door de camera geboden instellingen. Neem bij vragen contact op met Leica Customer Care (zie pagina 298). FOTO-INSTELLINGEN ▸ AUTOMATISCHE OPTIMALISERINGEN...
Pagina 95
OPTIMALISERING VAN DONKERE GEBIEDEN (IDR) iDR-FUNCTIE Met de functie (Intelligent Dynamic Range) is een optimalisering iDR DYNAMISCH BEREIK van de donkere gebieden mogelijk. Details worden daardoor duidelijk beter herkenbaar. Deze functie heeft uitsluitend effect op opnamen Het contrastbereik van een onderwerp omvat alle helderheidniveaus in JPG-formaat.
Pagina 96
GEGEVENSBEHEER GEHEUGENKAART FORMATTEREN Bij reeds gebruikte geheugenkaarten is het normaal gesproken niet OPSLAGMOGELIJKHEDEN nodig ze te formatteren. Wanneer echter een ongeformatteerde kaart voor het eerst wordt geplaatst, moet deze worden geformat- Als twee geheugenkaarten zijn geplaatst, kunt u de gegevens op teerd.
Pagina 97
• Als de geheugenkaart niet kan worden geformatteerd / beschreven, mer van het bestand. Als het bestandnummer 1000 is bereikt, wordt vraagt u uw dealer of Leica Customer Care (adres: zie pagina 298) automatisch een nieuwe map aangemaakt, waarin de nummering om advies.
Pagina 98
BESTANDSNAMEN WIJZIGEN Aanwijzingen • Als geheugenkaarten worden gebruikt die niet zijn geformatteerd ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings met deze camera, wordt de bestandsnummering automatisch ▸ kiezen Edit File Name teruggezet op 0001. Als er zich op de geheugenkaart toch een be- stand met een hoger nummer bevindt, wordt er vanaf dit nummer •...
Pagina 99
(UITSLUITEND IN VERBINDING MET DE LEICA FOTOS APP) ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings In combinatie met de Leica FOTOS App kunt u locatie-info via een ▸ kiezen Reset Image Numbering mobiel apparaat ontvangen. De huidige locatie-info wordt dan in de •...
Pagina 100
Mass Storage PTP Select on connection pictogram Zolang de camera is verbonden met Leica FOTOS, wordt de loca- Aanwijzingen tie-info doorlopend bijgewerkt. Daarom moeten voor de meest • Voor de overdracht van grotere bestanden wordt aanbevolen een actuele info de Bluetooth-functie van de camera en van het mobiele kaartleesapparaat te gebruiken.
Pagina 102
PRAKTISCHE VOORINSTELLINGEN TOUCH-AF IN DE EVF-MODUS Bij EVF-gebruik is Touch-AF standaard gedeactiveerd, om abusie- TOUCH-AF velijk verschuiven van het meetveld te vermijden. U kunt Touch-AF echter ook bij gebruik van de EVF op dezelfde manier gebruiken. Met touch-AF kunt u het AF-meetveld direct plaatsen. Fabrieksinstelling: Off ...
Pagina 103
INDIVIDUELE INSTELLING AAN HET OBJECTIEF STAPGROOTTE EV U kunt de voor de afstandsinstelling gebruikte totale draaihoek van U kunt kiezen tussen 1⁄2 EV- of 1⁄3 EV-niveaus. Daarmee kunt u kie- het objectief individueel aanpassen. De gekozen instelling geeft de zen tussen sterkere en subtielere effecten van uw instellingen. draaihoek aan die nodig is voor een verandering van de afstandsin- Deze instelling heeft niet uitsluitend betrekking op instellingen voor stelling van oneindig tot aan de kleinst mogelijke afstand.
Pagina 104
HULPWEERGAVEN INFO-PROFIELEN U kunt maximaal vier onafhankelijke profielen gebruiken. Voor ieder De Leica SL2-S heeft vier onafhankelijke Info-profielen, die verschil- profiel kunt u de gewenste functies afzonderlijk kiezen en eventu- lende combinaties uit de beschikbare hulpweergaven bevatten. De eel instellen. De omschakeling tussen de infoprofielen vindt dan in volgende AF-functies zijn beschikbaar: lopend bedrijf plaats via directe toegang (zie pagina 71).
Pagina 105
INFO-PROFIELEN VERVANGEN INFO-PROFIELEN AANPASSEN ▸ Druk op de functieknop met de toegewezen functie ▸ In het hoofdmenu kiezen Toggle Info Camera Settings Levels ▸ kiezen Capture Assistants • In de fabrieksinstelling is dat de -knop. ▸ kiezen Setting ▸ Gewenste profiel kiezen Aanwijzing •...
Pagina 106
BESCHIKBARE WEERGAVEN CLIPPING De clipping-weergave kenmerkt zeer lichte beeldgedeelten. Met INFO BARS behulp van deze functie is een zeer eenvoudige en nauwkeurige controle van de belichtingsinstelling mogelijk. Overbelichte bereiken De kop- en voetregels tonen actueel actieve instellingen en belich- knipperen zwart. tingswaarden.
Pagina 107
FOCUS PEAKING GEVOELIGHEID Ook kunt u de gevoeligheid aanpassen. Deze instelling geldt voor alle Bij deze hulpfunctie worden de randen van scherp ingestelde onder- info-profielen. werpdelen met kleur geaccentueerd. Fabrieksinstelling: High ▸ In het hoofdmenu, kiezen Focusing ▸ kiezen Focus Aid ▸...
Pagina 108
WATERPAS Dankzij geïntegreerde sensoren kan de camera uw oriëntatie weer- geven. Met behulp van deze weergaven kunt u hiertoe 'gevoelige' onderwerpen, bijvoorbeeld architectuuropnamen vanaf een statief, de camera op de langs- en dwarsas nauwkeurig uitlijnen. Afwijkingen ten opzichte van de langsas (als de camera in de blik- richting naar boven of naar onderen is gekanteld) worden aangege- Correcte uitlijning ven met een kort streepje in het beeldmidden (...
Pagina 109
HISTOGRAM AFZONDERLIJKE FUNCTIES TIJDELIJK ACTIVEREN / DEACTIVEREN U kunt de volgende hulpfuncties tijdelijk in- en uitschakelen: Het histogram geeft de helderheidsverdeling van de opname weer. Daarbij komt de horizontale as overeen met de tinten die van zwart – Focus Peaking (links) via grijs naar wit (rechts) lopen.
Pagina 110
LIVE-VIEWVERSTERKING AF-HULPFUNCTIES In een erg donkere omgeving (bijvoorbeeld bij nacht) is de beeld- AF-HULPLICHT compositie vaak erg moeilijk, omdat onderwerpen nauwelijks zijn te herkennen. De functie moet in dergelijke Enhanced Live View Het ingebouwde AF-hulplicht verbetert het bereik van het AF-sys- situaties de beeldcompositie mogelijk maken.
Pagina 111
AKOESTISCHE AF-BEVESTIGING Het is mogelijk de succesvolle afstandsmeting in de AF-modus te laten bevestigen door een akoestisch signaal. Fabrieksinstelling: Off ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings ▸ kiezen Acoustic Signal ▸ kiezen AF Confirmation ▸ kiezen On ▸ kiezen Volume ...
Pagina 112
Multishot Wachttijd ( Self Timer Naast de afzonderlijke opnamen biedt de Leica SL2-S echter nog (zie pagina 150) Motion artefacts correction een aantal andere standen. Aanwijzingen over hun werkwijze en Zelfontspanner Wachttijd: instelmogelijkheden vindt u in de betreffende hoofdstukken.
Pagina 113
De volgende AF-modi zijn beschikbaar: AFs AFc Intelligent AF Met de Leica SL2-S kan de afstandsinstelling zowel automatisch als De actieve AF-modus wordt in de kopregel weergegeven. handmatig gebeuren. Bij het fotograferen met autofocus zijn 3 modi Fabrieksinstelling: Intelligent AF ...
Pagina 114
AUTOFOCUS-MEETMETHODEN MULTI-VELD-METING Meerdere meetvelden worden volautomatisch gerealiseerd. Deze Voor de afstandsmeting zijn in de AF-modus verschillende meetme- functie is zeer geschikt voor snapshots. thoden beschikbaar. Succesvol scherpstellen wordt weergegeven door een groen meetveld, mislukt en beëindigd scherpstellen door SPOT-/VELD-METING een rood meetveld. Fabrieksinstelling: Multi-Field ...
Pagina 115
ZONE VOLGEN Bij deze meetmethode worden onderwerp-uitsnedes met samenhan- Deze variant van de veld-meting helpt bij het vastleggen van bewe- gende groep van 5 x 5 velden opgenomen. Deze functie combineert gende onderwerpen. Er wordt continu scherpgesteld op het onder- een bepaalde veiligheid voor kiekjes met de mogelijkheid om ook werp onder het meetveld, nadat het eenmaal werd 'vastgelegd'.
Pagina 116
STARTPOSITIE BIJ VOLGEN PERSONENHERKENNING (GEZICHTSHERKENNING) Fabrieksinstelling: Center De personenherkenning is een uitbreiding van de gezichtsherken- U kunt vastleggen op welke positie het volgen moet starten. ning. Daarbij worden naast biometrische patronen van gezichten deze ook van het lichaam herkend en gebruikt voor het scherp- Beeldschermmidden Center ...
Pagina 117
AF-INSTELLINGEN Als bij de gezichtsherkenning een oog wordt herkend, wordt daarop scherpgesteld. Als er meerdere ogen worden waargenomen, kunt u kiezen op welk oog u wilt scherpstellen. Het momenteel gekozen oog AF-PROFIELEN wordt gemarkeerd. Fabrieksinstelling: Children / Pets Bovendien kunt u bij meerdere gezichten in het beeld gemakkelijk Met de AF-profielen kan het gedrag van de autofocus optimaal wor- het gewenste gezicht kiezen.
Pagina 118
ACTIEF PROFIEL OPROEPEN Deze profielen hebben ieder drie parameters: Depth Sensitivity Field Movement Shift in Direction ▸ In het hoofdmenu, kiezen Focusing ▸ kiezen AF Setup ▸ kiezen Hogere waarden: Lagere waarden: AF Profiles Depth Sensitivity ANDERE ACTIEF PROFIEL KIEZEN Veranderingen bij de afstand De aanpassing vindt licht ver- tot het onderwerp worden...
Pagina 119
▸ kiezen AF Setup respectievelijke instructies). ▸ kiezen Pre Focus • Deze functie is niet beschikbaar voor bepaalde objectieven: ▸ kiezen On Off – met adapter gemonteerde objectieven (bijvoorbeeld Leica M-objectieven met L-adapter M) – bepaalde Leica SL-objectieven FOTOGRAFEREN ▸ AFSTANDSINSTELLING (SCHERPSTELLEN)
Pagina 120
AF-SNELINSTELLING GROOTTE VAN HET AF-MEETVELD VERANDEREN (uitsluitend Field Face/Body Detection De AF-snelinstelling biedt de volgende functies: ▸ Duimwieltje draaien – Snel een andere AF-meetmethode kiezen – De meetveld-grootte veranderen (uitsluitend Field Face/Body Detection ▸ Samentrekken / spreiden Welke van de beide functies bij het oproepen van de AF-snelinstel- •...
Pagina 121
AF-HULPFUNCTIES Om de vergrotingstrap aan te passen ▸ Duimwieltje / voorste instelwiel draaien VERGROTING IN DE AF-MODUS • Beeldfragment schakelt om tussen de vergrotingstrappen. Voor een beter beoordeling van de instellingen kunt u de vergroting Om de situatie van de uitsnede te veranderen onafhankelijk van de scherpstelling oproepen.
Pagina 122
HET AF-MEETVELD VERPLAATSEN AF-HULPLICHT Het ingebouwde AF-hulplicht verbetert het bereik van het AF-sys- Alle AF-meetmethoden bieden de mogelijkheid om vóór het scherp- stellen het AF-meetveld te verplaatsen. teem in omstandigheden met weinig licht. Als de functie geactiveerd is en deze omstandigheden optreden, gaat dit licht aan zodra de ▸...
Pagina 123
HANDMATIGE SCHERPSTELLING (MF) MF-HULPFUNCTIES Bij bepaalde onderwerpen en situaties kan handmatige scherpstel- Voor de handmatige afstandsmeting zijn de volgende hulpfuncties ling voordeel hebben boven het werken met autofocus. beschikbaar. – als dezelfde instelling voor meer opnamen wordt gebruikt FOCUS PEAKING –...
Pagina 124
VERGROTING IN DE MF-MODUS Om de vergrotingstrap aan te passen ▸ Duimwieltje / voorste instelwiel draaien Hoe groter de details van het onderwerp op de monitor worden afge- beeld, des te beter kan hun scherpte worden beoordeeld, en des te Om de situatie van de uitsnede te veranderen nauwkeuriger kunt u de scherpte instellen.
Pagina 125
OPROEP MET FUNCTIEKNOP / JOYSTICK Om de vergrotingstrap aan te passen U kunt de functie aan een functieknop of de joystick toewijzen. ▸ Duimwieltje / voorste instelwiel draaien De functie aan een functieknop toewijzen Om de situatie van de uitsnede te veranderen ▸...
Pagina 126
AFSTANDSWEERGAVE IN DE MF-MODUS AUTOFOCUS GEBRUIKEN Desgewenst kunt u met de joystick een automatisch scherpstellen Bij handmatig scherpstellen worden in het top-display afstandsgege- verrichten. Als AF-modi zijn AFs en AFc beschikbaar. vens weergegeven. Bovendien kan tegelijk een belichtingsmeting en -opslag plaatsvin- –...
Pagina 127
ISO-GEVOELIGHEID AUTOMATISCHE INSTELLING De gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan het omgevings- De ISO-instelling heeft een bereik van ISO 50 tot ISO 50 000, wat de licht, respectievelijk de gekozen sluitertijd-/diafragmacombinatie. aanpassing aan de betreffende situaties mogelijk maakt. In combinatie met de tijdautomaat wordt hierdoor het bereik van de Bij handmatige belichtingsinstelling biedt dit meer ruimte voor het automatische belichtingsregeling uitgebreid.
Pagina 128
DYNAMISCHE ISO-INSTELLING SLUITERTIJD BEGRENZEN Fabrieksinstelling: Auto U kunt het duimwieltje en het voorste instelwiel zodanig configureren ▸ In het hoofdmenu, kiezen Auto ISO Settings dat de handmatige ISO-instelling rechtstreeks kan plaatsvinden. Als u aan het instelwiel draait, passeert de instelling alle in het menu ISO ...
Pagina 129
FLOATING ISO WITBALANS Deze functie vult Auto ISO aan. Met veel zoomobjectieven verandert In de digitale fotografie zorgt de witbalans voor een neutrale kleur- de lichtsterkte bij veranderingen van de brandpuntsafstand. Floating weergave bij elk licht. De kleur die als wit moet worden weergege- ISO past in deze situatie de gevoeligheid in fijne stappen aan, en ven, wordt vooraf in de camera ingesteld.
Pagina 130
AUTOMATISCHE REGELING / VASTE INSTELLINGEN HANDMATIGE INSTELLING DOOR METING – : voor automatische regeling, die in de meeste situaties Auto Graycard Graycard Live View neutrale resultaten levert De variant is het meest geschikt voor motieven waarop Gray card – Verschillende vaste voorinstellingen voor de meest optredende een neutraal grijs of zuiver wit bereik duidelijk is te herkennen.
Pagina 131
GRAYCARD GRAUKARTE LIVE VIEW Deze meetvariant meet alle tinten in het meetveld en berekent daar- Deze meetvariant meet uitsluitend de met het meetveld afgepaste uit een gemiddelde grijswaarde. kleurtint en berekent daaruit de grijswaarde. ▸ In het hoofdmenu, kiezen ▸ In het hoofdmenu, kiezen White Balance ...
Pagina 132
DIRECT INSTELLEN VAN DE KLEURTEMPERATUUR BELICHTING Waarden tussen 2000 en 11500 K (Kelvin) kunt u rechtstreeks instel- De belichtingsinstelling vindt dynamisch plaats met de beide len. Daarmee is een zeer groot gebied beschikbaar dat bijna alle in instelwieltjes. In principe regelt het duimwieltje het diafragma en de praktijk voorkomende kleurtemperaturen dekt en waarbinnen u het voorste instelwieltje de sluitertijd.
Pagina 133
De instelband op de gewenste plaats aantikken of het punt naar de gewenste locatie slepen De Leica SL2-S heeft zowel een mechanische sluiter als een zuiver elektronische sluiterfunctie. De elektronische sluiter vergroot het beschikbare sluiterbereik en werkt absoluut geruisloos, wat in veel werkomgevingen belangrijk is.
Pagina 134
BELICHTINGSMEETMETHODEN TOEPASSING De mechanische sluiter geeft door het traditionele sluitergeluid een U kunt de volgende belichtingsmeetmethoden kiezen. auditief signaal af. Hij is geschikt voor zowel langdurige belichting als Fabrieksinstelling: Multi-Field voor opnamen van bewegende onderwerpen. Met behulp van de elektronische sluiterfunctie kunt u door zeer Spot korte sluitertijden, ook bij fel licht met open diafragma fotograferen.
Pagina 135
SPOT HIGHLIGHT-WEIGHTED Deze meetmethode is uitsluitend geconcentreerd op een klein be- Deze methode houdt rekening met het hele beeldveld. De belich- reik. Bij combinatie van de methode belichtingsmeting met de tingswaarde wordt echter afgestemd op de bovengemiddeld lichte Spot AF-meetmethoden vindt een koppeling van de onderwerpdelen.
Pagina 136
Om de geselecteerde modus onmiddellijk in te stellen ▸ Joystick / duimwieltje indrukken Voor de optimale aanpassing aan het betreffende onderwerp of de gewenste beeldvorming beschikt de Leica over vier modi: – Programma-automaat (P) ▸ Ontspanner aantikken – Tijdautomaat (A) Via het statusscherm –...
Pagina 137
VOLAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - P DE VASTGELEGDE SLUITERTIJD / DIAFRAGMA-COMBINATIES WIJZIGEN (SHIFT) PROGRAMMA-AUTOMAAT - P Het wijzigen van de vastgelegde waarden m.b.v. de shift-optie com- bineert de betrouwbaarheid en snelheid van de volautomatische De programma-automaat is voor snel, volautomatisch fotograferen. belichtingsregeling met de mogelijkheid te allen tijde de door de ca- De belichting wordt geregeld door automatische aanpassing van de mera gekozen tijd/diafragma-combinatie naar eigen wens te kunnen sluitertijd en het diafragma.
Pagina 138
HALFAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - A/S DIAFRAGMA-AUTOMAAT - S De diafragma-automaat regelt de belichting automatisch in overeen- TIJDAUTOMAATMODUS - A stemming met de handmatig vooraf ingestelde sluitertijd. Deze is daarom bijzonder geschikt voor opnamen van bewegende motieven, De tijdautomaat stuurt de belichting automatisch, aangepast aan het waarbij de scherpte van de afgebeelde beweging het beslissende handmatige ingestelde diafragma.
Pagina 139
HANDMATIGE BELICHTINGSINSTELLING - M Weergave van de lichtschaal: De handmatige instelling van sluitertijd en diafragma is geschikt: Correcte belichting – om een speciale beeldwerking te realiseren die uitsluitend door een geheel voorbestemde belichting is te bereiken Onder- respectievelijk overbelichting rond de weer- –...
Pagina 140
VASTE SLUITERTIJDEN tingstijden kan er zeer sterke beeldruis ontstaan. Ter reductie van In de modi S en M maakt de Leica SL2-S sluitertijden tot 30 minuten dit storende verschijnsel maakt de camera automatisch na opna- mogelijk. Bij langere sluitertijden dan 1 s wordt na het ontspannen in men met langere sluitertijden en hoge ISO-waarden een tweede de weergave de resterende belichtingstijd in seconden teruggeteld.
Pagina 141
BELICHTINGSREGELING MEETWAARDEOPSLAG Vaak worden belangrijke delen van het onderwerp om vormgevende BELICHTINGSVOORVERTONING redenen uit het midden geplaatst en soms zijn ze lichter of donker- der dan gemiddeld. De centrum-georiënteerde meting en de spot- Bij aangetikt gehouden ontspanner toont de helderheid van het mo- meting registreren in principe een gedeelte in het centrum van het nitorbeeld de effecten van de gekozen belichtingsinstellingen.
Pagina 142
AE-L (AUTO EXPOSURE LOCK) DE MEETWAARDEN OPSLAAN IN DE AF-MODUS Bij ingedrukte joystick zijn de meetfuncties afhankelijk van de instel- De camera slaat de belichtingswaarde op. Onafhankelijk van de ling als volgt verdeeld: belichting kunt u de scherpstelling dus naar een ander onderwerp verplaatsen.
Pagina 143
DE MEETWAARDEN OPSLAAN IN DE MF-MODUS Door middel van een joystick In de MF-modus omvat het opslaan van de meetwaarden met de ▸ In het hoofdmenu, kiezen Customize Control ontspanner slechts de belichting. Maar u kunt de functie ook aan de ▸...
Pagina 144
BELICHTINGSCORRECTIE Door middel van duimwieltje-regeling In de drie (half-)automatische belichtingsmodi is deze functie toege- Belichtingsmeters zijn op een gemiddelde grijswaarde geijkt die wezen aan één van de instelwieltjes en daardoor zeer snel bereik- overeenkomt met de lichtsterkte van een normaal, dat wil zeggen baar (zie pagina 72).
Pagina 145
DE SCHERPTEDIEPTE CONTROLEREN Als de belichtingsgegevens zichtbaar zijn, wordt een actieve voorver- toning voor scherptediepte en belichting aangegeven door een groen Met behulp van deze functie simuleert u de effecten van de huidige oogsymbool naast de waarden voor diafragma en sluitertijd. Bo- instellingen voor diafragma en sluitertijd.
Pagina 146
OPNAMEMODUS • Onafhankelijk van het aantal opnamen in een serie, wordt in beide weergavemodi eerst de laatste foto van de serie getoond, respec- SERIEOPNAME tievelijk tijdens het opslaan de laatste op de geheugenkaart reeds opgeslagen foto van de serie getoond. In de fabrieksinstelling is de camera ingesteld op afzonderlijke opna- •...
Pagina 147
INTERVALOPNAME Om te starten ▸ Ontspanner indrukken Met deze camera kunt u bewegingen over een langere periode in de vorm van intervalopnamen automatisch opnemen. Daarbij legt u de • Rechtsboven in het beeld ziet u de resterende tijd tot aan de afstanden tussen de opnamen en het aantal foto's vast.
Pagina 148
Aanwijzingen • Onder bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de camera • Het gebruik van de autofocus kan er bij intervalopnamen toe geen goede opname kan maken. Dat is bijvoorbeeld het geval als leiden dat niet in alle opname op hetzelfde onderwerp wordt het scherpstellen mislukte.
Pagina 149
BELICHTINGSREEKS U kunt het aantal opnamen kiezen (3 of 5 opnamen). Het onder EV instelbare belichtingsverschil tussen de opnamen bedraagt Steps Veel aantrekkelijke onderwerpen zijn erg contrastrijk en hebben maximaal 3 EV. De beschikbare waarden zijn afhankelijk van de glo- zowel zeer lichte als zeer donkere gebieden.
Pagina 150
MULTISHOT Aanwijzingen • Als een belichtingsreeks is ingesteld, wordt dit in de monitor aan- Bij de Multishot-procedure worden maximaal acht afzonderlijke geduid met . Tijdens de opnamen kunt u de werking contro- foto's met een zeer kleine offset opgenomen. Daartoe wordt de leren aan de hand van het navenant donker of lichter wordende sensor tussen de afzonderlijke opnamen minimaal (minder dan een monitorbeeld.
Pagina 151
WACHTTIJD VASTLEGGEN Aanwijzingen • Als de bewegingscorrectie mislukt, wordt geen Multishot-opname Fabrieksinstelling: 2 s gemaakt. De gangbare DNG-opname blijft echter behouden. ▸ In het hoofdmenu, kiezen Drive Mode • Deactiveren van de bewegingscorrectie kan de beeldscherpte bij ▸ kiezen Multi-Shot absoluut stille onderwerpen verder verbeteren.
Pagina 152
ZELFONTSPANNER Aanwijzingen • Nu vindt de belichtingsmeting en bij de autofocus-modus de Met behulp van de zelfontspanner kunt u opnamen met een vooraf scherpstelling plaats. Pas dan begint de wachttijd. geselecteerde opname maken. In zulke gevallen is het raadzaam de •...
Pagina 153
BEELDOVERLAY ▸ In het hoofdmenu, kiezen Image Overlay De Leica SL2-S biedt de mogelijkheid reeds gemaakte opnamen ▸ kiezen Transparency transparant over elkaar te leggen voor beeldcomposities. Daardoor is het mogelijk een onderwerp ook in grotere intervallen uit exact ▸...
Pagina 154
Om door de opnamen te bladeren DE FUNCTIE ACTIVEREN ▸ Joystick naar links / rechts drukken ▸ In het hoofdmenu, kiezen Image Overlay ▸ kiezen Use Overlay Image ▸ kiezen ▸ Duimwieltje draaien On Off ▸ Naar links / rechts vegen Om een opname te kiezen ▸...
Pagina 155
SF 40. Andere flitsapparaten, die slechts één posi- • Om bewogen opnamen met langere sluitertijden te vermijden, is tief middencontact hebben, kunnen via de Leica SL2-S best worden het aan te bevelen een statief te gebruiken. Alternatief kunt u een geactiveerd, maar niet geregeld.
Pagina 156
FLITSER PLAATSEN FLITS-BELICHTINGSMETING ( -METING) ▸ Camera en flitsapparaat uitschakelen De door de camera geregelde, volautomatische flitsmodus is bij deze camera met de flitsapparaten (zie pagina 155) en in beide automa- ▸ Voet van het flitsapparaat geheel in de accessoireschoen schui- tische modi (tijdautomaat en handmatige instelling) beschikbaar.
Pagina 157
INSTELLING AAN HET FLITSAPPARAAT FLITSREGELING De instellingen en functies die in de volgende hoofdstukken zijn Modus beschreven, hebben alleen betrekking op deze camera en systeem- Automatische regeling door de camera compatibele flitsapparaten. SF 40, SF 60: SYNCHTRONISATIE-TIJDSTIP Automatische regeling door de camera, geen flitsbelich- De belichting van flitsopnamen vindt plaats met twee lichtbronnen: tingscorrectie –...
Pagina 158
FLITSBEREIK Het gebruikelijke tijdstip van de flitsontsteking is aan het begin van de belichting ( ). Dit kan tot schijnbare tegenstrijdig- Start of Exp. Het nuttige flitsbereik is afhankelijk van de handmatig ingestelde heden leiden, zoals bij de opname van de motorfiets, die door zijn ofwel door de camera geregelde diafragma- en gevoeligheidswaar- eigen lichtsporen wordt ingehaald.
Pagina 159
(Uitzondering: • De ingestelde waarde wordt via de schaal weergegeven. met de Leica SF 26 moet de correctie aan de camera per menube- • De beschikbare waarden zijn afhankelijk van de globale instelling diening worden ingesteld.)
Pagina 160
MET FLITS FOTOGRAFEREN ▸ Flitsapparaat inschakelen ▸ Op het flitsapparaat de geschikte modus voor regeling van het richtgetal (bijvoorbeeld TTL of GNC = Guide Number Control) instellen ▸ Camera inschakelen ▸ Gewenste belichtingsmodus respectievelijk de gewenste sluiter- tijd en / of diafragma instellen •...
Pagina 162
WEERGAVEMODUS (FOTO) BEDIENELEMENTEN IN DE WEERGAVEMODUS Er bestaan twee onderling onafhankelijke weergavefuncties: BEDIENELEMENTEN AAN DE CAMERA – de kortstondige weergave direct na de opname ( Auto Review – de gangbare weergavemodus voor onbegrensde weergave en beheer van de opgeslagen opnamen Zowel het omschakelen tussen opname- en weergavemodus als de meeste handelingen daar kunnen plaatsvinden door middel van ge- baren- of toetsenbesturing.
Pagina 163
FUNCTIEKNOPPEN IN DE WEERGAVEMODUS BEDIENELEMENTEN IN DE MONITOR De functieknoppen hebben in de weergavemodus definitief toegewe- Bedienelementen in de monitor kunt u meestal intuïtief bedienen zen functies, of hebben geen functie. met de Touch-bediening. Maar meestal kunt u ze ook kiezen door één van de drie knoppen links naast de monitor in te drukken.
Pagina 164
DE WEERGAVEMODUS STARTEN / VERLATEN Gebruik van fysische bediening ▸ -knop indrukken PLAY • Op de monitor verschijnt het laatst opgenomen beeld. Gebruik van touch-bediening • Als er geen beeldbestand op de geplaatste geheugenkaart ▸ Naar boven / onderen vegen staat, verschijnt de melding: No valid picture to play ...
Pagina 165
OPNAMEN KIEZEN / BLADEREN CONTINU ▸ Naar links / rechts vegen en vinger aan de beeldschermrand De opnamen worden in een denkbeeldige horizontale rij geplaatst. houden Als bij het bladeren een einde van de opnamereeks wordt bereikt, springt de weergave naar het andere einde. Zo kunnen alle opnamen •...
Pagina 166
INFO-WEERGAVEN IN DE WEERGAVEMODUS HULPFUNCTIES WEERGEVEN In de weergavemodus zijn dezelfde infoprofielen beschikbaar als in Om tussen de infoprofielen te pendelen de opnamemodus. Maar het momenteel actieve infoprofiel wordt ▸ -knop indrukken onafhankelijk opgeslagen. Daardoor is het bijvoorbeeld mogelijk om in de weergavemodus een 'leeg' infoprofiel geheel zonder hulpweer- gaven te gebruiken, zonder dat u deze bij het overstappen naar de opnamemodus opnieuw hoeft in te stellen.
Pagina 167
UITSNEDE-VERGROTING Voor een meer nauwkeurige beoordeling kunt u een vrij te kiezen uitsnede vergroot oproepen. Vergroting vindt plaats met het voorste instelwiel in vier niveaus, bij touch-bediening traploos. Gebruik van touch-bediening ▸ Door het verwijderen de locatie van de uitsnede bij vergrote af- beelding willekeurig verschuiven •...
Pagina 168
GELIJKTIJDIG MEERDERE OPNAMEN WEERGEVEN Gebruik van fysische bediening ▸ Voorste instelwiel draaien Voor een beter overzicht of om een bepaalde opname makkelijker te (met de klok mee: sterkere vergroting, tegen de klok in: zwakkere kunnen vinden, is het mogelijk meerdere verkleinde opnamen tege- vergroting) lijkertijd in een overzicht weer te geven.
Pagina 169
Om tussen de opnamen te navigeren Gebruik van fysische bediening ▸ Voorste instelwiel tegen de klok in draaien ▸ Joystick in de gewenste richting drukken • Er worden twaalf opnamen tegelijk weergegeven. Door nog- maals draaien kunnen dertig opnamen tegelijk worden bekeken. ▸...
Pagina 170
OPNAMEN MARKEREN / EVALUEREN OPNAMEN WISSEN U kunt opnamen markeren als favorieten, om ze sneller weer te Bij het wissen van opnamen zijn er verschillende mogelijkheden: vinden, of om het latere wissen van meer opnamen te vereenvoudi- – afzonderlijke opnamen wissen gen.
Pagina 171
AFZONDERLIJKE OPNAMEN WISSEN WISSEN MEERDERE OPNAMEN In een wisoverzicht met twaalf verkleinde opnamen kunt u meerdere ▸ -knop indrukken MENU opnamen markeren en vervolgens gezamenlijk wissen. U kunt er op ▸ In het weergavemenu, kiezen Delete twee manieren heengaan. • Het wisscherm verschijnt. ▸...
Pagina 172
WISSEN VAN ALLE OPNAMEN In deze weergave kunt u willekeurig veel opnamen selecteren. ▸ -knop indrukken Om opnamen te kiezen die moeten worden verwijderd MENU ▸ In het weergavemenu, kiezen Delete All ▸ Gewenste opname selecteren ▸ Joystick / duimwieltje indrukken ▸...
Pagina 173
NIET-GEËVALUEERDE OPNAMEN WISSEN VOORVERTONING VAN DE LAATSTE OPNAME ▸ -knop indrukken MENU Foto-opnamen kunnen automatisch direct na het opnemen worden weergegeven om bijvoorbeeld snel en eenvoudig het resultaat te ▸ In het weergavemenu, kiezen Delete Unrated controleren. U kunt de duur van de automatische weergave instellen. ▸...
Pagina 174
DIASHOW DIASHOW STARTEN In de weergavemodus kunt u een diashow-functie oproepen waar de opgeslagen opnamen automatisch na elkaar verschijnen. Daarbij kunt u kiezen of alle opnamen ( ), alleen foto's ( Play All Pictures ), of alleen video's ( ) moeten worden weergegeven. only ...
Pagina 176
VIDEO-INSTELLINGEN BESTANDSFORMAAT Video's kunt u opnemen in de bestandsformaten MOV of MP4. SENSORFORMAAT Afhankelijk van het bestandsformaat kunt u verschillende combi- naties uit resolutie en beeldsnelheid instellen. De instelling vindt U kunt de beeldinformatie van de gehele 35 mm-sensor gebruiken, gescheiden plaats.
Pagina 177
VIDEOFORMAAT BESCHIKBARE RESOLUTIES U kunt kiezen uit verschillende resoluties met de daarvan afgeleide U kunt de volgende combinaties uit resolutie en beeldsnelheid rea- hoogte-breedteverhoudingen (afhankelijk van het bestandsformaat liseren: van het opgeslagen beeldmateriaal). Beeldsnelheid Resoluties (bestandsformaat) Sensorformaat Bestandsformaat Beschikbare resoluties 35 mm 4992 x 3744 23,98 b⁄s...
Pagina 178
VIDEO STYLE VIDEOFORMAAT INSTELLEN Fabrieksinstelling: bestandsformaat MOV, resolutie 4K, beeldsnel- heid 29,97 b⁄s BEELDEIGENSCHAPPEN U kunt de beeldeigenschappen van video-opnamen enigszins veran- deren met behulp van een aantal parameters. Deze zijn samengeno- ▸ In het hoofdmenu, kiezen Video Format / Resolution men in vooraf gedefinieerde -profielen.
Pagina 179
LICHTE GEBIEDEN / DONKERE GEBIEDEN VIDEOPROFIELEN Afhankelijk van de gekozen belichting en het dynamische bereik KLEUREN-PROFIELEN van het onderwerp zijn details in de lichte en donkere gebieden misschien niet goed meer te herkennen. Met behulp van Highlight- U kunt kiezen uit drie vooraf gedefinieerde profielen voor kleurop- is een verschillende regeling van de sterker Weighted ...
Pagina 180
VIDEOPROFIELEN INDIVIDUALISEREN Aanwijzing • U kunt de functie niet gebruiken als onder Video Style Video U kunt de parameters aanpassen voor alle beschikbare profielen een andere instelling dan is gekozen. Gamma Off uitsluitend bij kleur-profielen). Details voor bediening Saturation van het menu, zie pagina 68. ▸...
Pagina 181
AUDIO-INSTELLINGEN WINDGERUIS-REDUCTIE De windgeruis-reductie kunt u voor de interne en externe microfoon MICROFOON afzonderlijk instellen. U kunt de gevoeligheid van de ingebouwde microfoon instellen. INTERNE MICROFOON Fabrieksinstelling: 0 dB Fabrieksinstelling: Low ▸ In het hoofdmenu, kiezen Video Settings ▸ In het hoofdmenu, kiezen Video Settings ...
Pagina 182
TIJDCODE STARTTIJD U kunt de starttijd terugstellen of handmatig op een bepaalde waar- De tijdcode is een record dat parallel aan de beeld- en geluidge- de instellen, bijvoorbeeld als u met meerdere camera's opnamen gevens wordt opgeslagen. Hij maakt de toewijzing van beeld- en maakt.
Pagina 183
VIDEO-GAMMA INSTELLINGEN HLG Scherpte en verzadiging kunt u instellen. Fabrieksinstelling is in bei- U kunt video-gamma ook instellen op HLG en L-Log, of helemaal de gevallen een gemiddelde waarde 0 deactiveren. ▸ In het hoofdmenu, kiezen Video Settings Off Optimalisering voor een met alle monitoren / TV-apparaten ▸...
Pagina 184
LUT-PROFIELEN INSTELLEN / BEHEREN VOORBEELD Hieronder wordt de afgebeelde toepassing gebruikt voor alle afbeel- Om het LUT-voorbeeld op de eigen voorstellingen te kunnen afstem- dingen. Twee profielplaatsen voor de weergave in de camera (moni- men, kunt u zelfgedefinieerde LUT-profielen in de camera importeren. tor/EVF) zijn in gebruik, alle anderen vrij.
Pagina 185
Om een eigen LUT-profiel te importeren Aanwijzingen • U kunt uitsluitend LUT-profielen met de bestandsextensie '.cub' ▸ LUT-profiel als CUBE-bestand ophalen of exporteren importeren. ▸ Bestand toepasselijke naam geven (maximaal acht tekens, extensie • Bestanden met de extensie '.cube' worden niet herkend. Maar u '.cub') kunt ze vóór het opslaan op de SD-kaart gemakkelijk navenant •...
Pagina 186
Om een geheugenplaats vrij te maken LUT-PROFIELEN GEBRUIKEN ▸ Gewenste profiel kiezen ANDER UITVOERKANAAL KIEZEN • Het verwijderen-dialoogvenster verschijnt. U kunt kiezen of het LUT-profiel moet worden toegepast op de uit- voer via HDMI of op de uitvoer in de camera (monitor/EVF). ▸...
Pagina 187
LUT-PROFIEL KIEZEN Bij het pendelen tussen de beide uitvoerkanalen blijft de instelling van de gekozen geheugenlocatie behouden. Op twee overeenkomsti- Naast twee vooraf gedefinieerde LUT-profielen staan drie andere ge- ge geheugenlocaties met echter een verschillend uitvoerkanaal kun- heugenlocaties voor zelfgedefinieerde LUT-profielen ter beschikking. nen verschillende profielen zijn opgeslagen.
Pagina 188
AUTOMATISCHE OPTIMALISERINGEN De lijst van de verkiesbare LUT-profielen hangt af van het momen- teel gekozen uitvoerkanaal (camera/HDMI). Dit kanaal is zichtbaar naast het menupunt . Bij instelling op verschijnen ook Output HDMI VIDEO-STABILISATIE in de selectielijst de voor HDMI-uitgangen beschikbare profielen, en Bij video-opnames staat (naast de optische stabilisering door nave- navenant bij instelling op de voor de weergave in de came-...
Pagina 189
OPTIMALISERING VAN DONKERE GEBIEDEN (IDR) iDR-FUNCTIE Met de functie (Intelligent Dynamic Range) is een optimalisering iDR DYNAMISCH BEREIK van de donkere gebieden mogelijk. Details worden daardoor duide- lijk beter herkenbaar. Het contrastbereik van een onderwerp omvat alle helderheidniveaus van het lichtste tot het donkerste punt in het beeld. Als het contrast- Zonder iDR Met iDR bereik van het onderwerp kleiner is dan het dynamische bereik van...
Pagina 190
GEGEVENSBEHEER GEHEUGENKAART FORMATTEREN Bij reeds gebruikte geheugenkaarten is het normaal gesproken niet nodig ze te formatteren. Wanneer echter een ongeformatteerde GESEGMENTEERDE REGISTRATIE kaart voor het eerst wordt geplaatst, moet deze worden geformat- Video's in het MOV-formaat kunnen tijdens de registratie automa- teerd.
Pagina 191
• Als de geheugenkaart niet kan worden geformatteerd / beschre- mer van het bestand. Als het bestandnummer 1000 is bereikt, wordt ven, vraagt u uw dealer of Leica Customer Care (adres: zie pagi- automatisch een nieuwe map aangemaakt, waarin de nummering na 298) om advies.
Pagina 192
BESTANDSNAMEN WIJZIGEN Aanwijzingen • Als geheugenkaarten worden gebruikt die niet zijn geformatteerd ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings met deze camera, wordt de bestandsnummering automatisch ▸ kiezen Edit File Name teruggezet op 0001. Als er zich op de geheugenkaart toch een be- stand met een hoger nummer bevindt, wordt er vanaf dit nummer •...
Pagina 193
NIEUWE MAP AANMAKEN GEGEVENSOVERDRACHT Gegevens kunnen met behulp van Leica FOTOS handig worden ▸ In het hoofdmenu kiezen Camera Settings verzonden naar het mobiele toestel. U kunt ze ook overdragen met ▸ kiezen Reset Image Numbering behulp van een kaartleesapparaat of via een USB-kabel.
Pagina 194
PRAKTISCHE VOORINSTELLINGEN TOUCH-AF IN DE EVF-MODUS Bij EVF-gebruik is Touch-AF standaard gedeactiveerd, om abusie- velijk verschuiven van het meetveld te vermijden. U kunt Touch-AF TOUCH-AF echter ook bij gebruik van de EVF op dezelfde manier gebruiken. Fabrieksinstelling: Off Met touch-AF kunt u het AF-meetveld direct plaatsen. Fabrieksinstelling: On ...
Pagina 195
INDIVIDUELE INSTELLING AAN HET OBJECTIEF STAPGROOTTE EV U kunt de voor de afstandsinstelling gebruikte totale draaihoek van U kunt kiezen tussen 1⁄2 EV- of 1⁄3 EV-niveaus. Daarmee kunt u kie- het objectief individueel aanpassen. De gekozen instelling geeft de zen tussen sterkere en subtielere effecten van uw instellingen. draaihoek aan die nodig is voor een verandering van de afstandsin- Deze instelling heeft niet uitsluitend betrekking op instellingen voor stelling van oneindig tot aan de kleinst mogelijke afstand.
Pagina 196
AUDIO-UITVOER HDMI-UITVOER MET / ZONDER GELUID De HDMI-uitvoer kan met of zonder geluid plaatsvinden. UITVOERNIVEAU INSTELLEN Fabrieksinstelling: With Audio Voor een aangesloten koptelefoon kunt u het geluidsvolume instellen. ▸ In het hoofdmenu, kiezen HDMI Output ▸ Het statusscherm oproepen ▸ Gewenste instelling kiezen With Audio ...
Pagina 197
HULPWEERGAVEN INFO-PROFIELEN U kunt maximaal vier onafhankelijke profielen gebruiken. Voor ieder De Leica SL2-S heeft vier onafhankelijke Info-profielen, die verschil- profiel kunt u de gewenste functies afzonderlijk kiezen en eventu- lende combinaties uit de beschikbare hulpweergaven bevatten. De eel instellen. De omschakeling tussen de infoprofielen vindt dan in volgende AF-functies zijn beschikbaar: lopend bedrijf plaats via directe toegang (zie pagina 71).
Pagina 198
INFO-PROFIELEN VERVANGEN INFO-PROFIELEN AANPASSEN ▸ Druk op de functieknop met de toegewezen functie ▸ In het hoofdmenu kiezen Toggle Info Camera Settings Levels ▸ kiezen Capture Assistants • In de fabrieksinstelling is dat de -knop. ▸ kiezen Setting ▸ Gewenste profiel kiezen Aanwijzing •...
Pagina 199
BESCHIKBARE WEERGAVEN ZEBRA De zebraweergave kenmerkt zeer lichte beeldgedeelten. Met behulp INFO BARS van deze functie is een zeer eenvoudige en nauwkeurige controle van de belichtingsinstelling mogelijk. Overbelichte gebieden verschij- De kop- en voetregels tonen actueel actieve instellingen en belich- nen wit met bewegende zwarte strepen.
Pagina 200
FOCUS PEAKING GEVOELIGHEID Ook kunt u de gevoeligheid aanpassen. Deze instelling geldt voor alle Bij deze hulpfunctie worden de randen van scherp ingestelde onder- info-profielen. werpdelen met kleur geaccentueerd. Fabrieksinstelling: High ▸ In het hoofdmenu, kiezen Focusing ▸ kiezen Focus Aid ▸...
Pagina 201
WATERPAS Dankzij geïntegreerde sensoren kan de camera uw oriëntatie weer- geven. Met behulp van deze weergaven kunt u hiertoe 'gevoelige' onderwerpen, bijvoorbeeld architectuuropnamen vanaf een statief, de camera op de langs- en dwarsas nauwkeurig uitlijnen. Afwijkingen ten opzichte van de langsas (als de camera in de blik- richting naar boven of naar onderen is gekanteld) worden aangege- Correcte uitlijning ven met een kort streepje in het beeldmidden (...
Pagina 202
VIDEO-HULPFUNCTIES HISTOGRAM Het histogram geeft de helderheidsverdeling van de opname weer. Daarbij komt de horizontale as overeen met de tinten die van zwart REFERENTIEWAARDEN (links) via grijs naar wit (rechts) lopen. De verticale as komt overeen Voor de kalibrering kan een kleurenbalk worden weergegeven en met de hoeveelheid pixels van de desbetreffende helderheid.
Pagina 203
TESTTOON BEDIENINGSTIP / HULPWEERGAVEN Onafhankelijk van de huidige instelling van infoprofielen verschijnt Bij het oproepen van de kleurenbalk start tegelijkertijd ook altijd een het testbeeld altijd eerst geheel vrij. In de rechter bovenhoek ver- testtoon met een frequentie van 1 kHz. De bedieningstip rechtsbo- schijnt een bedieningstip.
Pagina 204
REC-KADER TOEPASSING Bij uitvoer via HDMI worden de referentiewaarden gebruikt voor de Een lopende videoregistratie wordt in principe aangegeven door een instelling van het externe apparaat. Onafhankelijk daarvan kunnen knipperende rode punt. Een nog duidelijkere weergave biedt het op- de referentiewaarden aan het begin van een opname mede worden tionele REC-kader.
Pagina 205
Om snel het REC-kader weer te geven of te verbergen WAVEFORM-MONITOR (WFM) De rode punt behoort tot de infobalken en wordt gelijk met deze De waveform-monitor (WFM) maakt een snelle en veilige beoorde- weergegeven of verborgen (via die info-profielen). De opnamesta- ling van de helderheids- en veelkleurigheidverdelingen in de huidige tus blijft weergegeven door het REC-kader, zonder het zicht op de scène mogelijk.
Pagina 206
WEERGAVE AANPASSEN Aanwijzingen • Waveform-monitor en histogram kunnen niet gelijktijdig worden U kunt grootte en positie van de waveform-monitor aanpassen aan weergegeven. de actuele eisen. • De waveform-monitor wordt bij uitvoer via HDMI niet op het exter- ne apparaat weergegeven. Om de aanpassing te starten •...
Pagina 207
WEERGAVE HOOGTE-BREEDTEVERHOUDING Om de positie aan te passen U kunt de positie vrij kiezen. De hoogte-breedteverhouding van de feitelijke opname is afhankelijk ▸ Joystick in de gewenste richting drukken van de ingestelde resolutie (zie pagina 177). Maar het is mogelijk gekleurde hulplijnen ter indicatie van andere hoogte-breedtever- houdingen (bijvoorbeeld 4:3) in te voegen.
Pagina 208
SAFETY AREA AF-HULPLICHT Het AF-hulplicht kan in video-opnamen storend zichtbaar zijn, en Bij de weergave kan afhankelijk van het gebruikte weergave-appa- daarom blijft hij in de video-opnamemodus altijd zonder functie, raat een klein deel van de beeldranden afgesneden zijn. Daarom onafhankelijk van de instelling van is het mogelijk een 'Safety Area' van gewenste breedte te laten AF Assist Lamp ...
Pagina 210
In combinatie met geschikte objectieven kunt u met de cinemodus kleiner. van de Leica SL2-S bovendien T-stops gebruiken, om exact gelijke • De maximale bestandsgrootte voor de ononderbroken video-op- belichtingssituaties onafhankelijk van de camera te garanderen.
Pagina 211
VIDEOMODUS STARTEN / VERLATEN Gebruik van fysische bediening ▸ Druk op de functieknop met de toegewezen functie Photo - Video Bij de eerste keer inschakelen en na het terugstellen op de fa- • In de fabrieksinstelling is dat de -knop. brieksinstellingen bevindt de camera zich in de foto-opnamemodus.
Pagina 212
OPNAME STARTEN/AFSLUITEN WEERGAVE EN BEDIENING VIA USB-PTP MET EXTERNE ACCESSOIRES (ZOALS GIMBALS) De Leica SL2-S biedt de mogelijkheid een gimbal (bijvoorbeeld de DJI Ronin RS2) te verbinden via USB-PTP. De gimbal ondersteunt bewegingsvrije opnamen. ▸ In het hoofdmenu, kiezen USB-Mode ...
Pagina 213
De volgende AF-modi zijn beschikbaar: AFs AFc Intelligent AF Met de Leica SL2-S kan de afstandsinstelling zowel automatisch als De actieve AF-modus wordt in de kopregel weergegeven. handmatig gebeuren. Bij de autofocus zijn 3 modi en 4 meetmetho- Fabrieksinstelling: Intelligent AF ...
Pagina 214
AUTOFOCUS REGELEN AUTOFOCUS-MEETMETHODEN Voor de afstandsmeting zijn in de AF-modus verschillende meetme- TOUCH-AF thoden beschikbaar. Succesvol scherpstellen wordt weergegeven door een groen meetveld, mislukt en beëindigd scherpstellen door Bij video-opnamen maakt Touch-AF een intuïtieve controle over het een rood meetveld. scherpstellen mogelijk, ook als het belangrijkste onderwerp buiten het beeldmidden beweegt.
Pagina 215
MULTI-FIELD ZONE Meerdere meetvelden worden volautomatisch gerealiseerd. Bij deze meetmethode worden onderwerp-uitsnedes met samenhan- gende groep van 5 x 5 velden opgenomen. SPOT/VELD Beide methoden detecteren alleen delen van het onderwerp in de betreffende AF-meetvelden. De meetsegmenten zijn gemarkeerd met een klein kader (veld-meting) respectievelijk een kruis (spot-me- ting).
Pagina 216
VOLGEN PERSONENHERKENNING (GEZICHTSHERKENNING) De personenherkenning is een uitbreiding van de gezichtsherken- Deze variant van de veld-meting helpt bij het vastleggen van bewe- ning. Daarbij worden naast biometrische patronen van gezichten gende onderwerpen. Er wordt continu scherpgesteld op het onder- deze ook van het lichaam herkend en gebruikt voor het scherp- werp onder het meetveld, nadat het eenmaal werd 'vastgelegd'.
Pagina 217
AF-INSTELLINGEN Als bij de gezichtsherkenning een oog wordt herkend, wordt daarop scherpgesteld. Als er meerdere ogen worden waargenomen, kunt u kiezen op welk oog u wilt scherpstellen. Het momenteel gekozen oog GEVOELIGHEID wordt gemarkeerd. Bepaalt de gevoeligheid van de contrastmeting. Bovendien kunt u bij meerdere gezichten in het beeld gemakkelijk Fabrieksinstelling: 0 ...
Pagina 218
Face/Body Detection • Deze functie is niet beschikbaar voor bepaalde objectieven: verschijnen aan twee hoeken van het meetveld rode driehoeken. – met adapter gemonteerde objectieven (bijvoorbeeld Leica M-objectieven met L-adapter M) – bepaalde Leica SL-objectieven • Bij alle andere AF-modi verschijnt direct het balken-menu AF Mode ...
Pagina 219
AF-HULPFUNCTIES GROOTTE VAN HET AF-MEETVELD VERANDEREN (uitsluitend Field Face/Body Detection VERGROTING IN DE AF-MODUS ▸ Duimwieltje draaien Voor een beter beoordeling van de instellingen kunt u de vergroting onafhankelijk van de scherpstelling oproepen. ▸ Samentrekken / spreiden Daartoe moet u de functie aan een functieknop toe- Magnification ...
Pagina 220
HET AF-MEETVELD VERPLAATSEN Aanwijzingen • De vergroting blijft actief tot aan de beëindiging. Alle AF-meetmethoden bieden de mogelijkheid om vóór het scherp- • De laatst gebruikte vergrotingstrap blijft behouden bij de volgende stellen het AF-meetveld te verplaatsen. keer dat u de functie oproept. ▸...
Pagina 221
HANDMATIGE SCHERPSTELLING (MF) MF-HULPFUNCTIES Handmatig scherpstellen biedt een hogere controle en is minder Voor de handmatige afstandsmeting zijn de volgende hulpfuncties gevoelig voor verkeerde instellingen dan de AF-modi. beschikbaar. ▸ In het hoofdmenu, kiezen Focusing FOCUS PEAKING ▸ kiezen Focus Mode Bij deze hulpfunctie worden de randen van scherp ingestelde onder- ▸...
Pagina 222
VERGROTING IN DE MF-MODUS Om de vergroting te beëindigen ▸ Ontspanner aantikken Hoe groter de details van het onderwerp op de monitor worden afge- beeld, des te beter kan hun scherpte worden beoordeeld, en des te nauwkeuriger kunt u de scherpte instellen. ▸...
Pagina 223
FOLLOW FOCUS Om de situatie van de uitsnede te veranderen ▸ Door het verwijderen de locatie van de uitsnede bij vergrote af- Deze functie maakt automatische overgangen naar vastgelegde beelding willekeurig verschuiven afstandsinstellingen (focusposities mogelijk). Maximaal drie van der- gelijke focusposities kunnen vooraf worden gedefinieerd en optioneel worden voorzien van een wachttijd.
Pagina 224
GEDRAG VAN DE FUNCTIE MENU FOLLOW FOCUS De functie werkt onafhankelijk van het feit of er op dit moment een De bediening gebeurt uitsluitend door touch-bediening. opname wordt gemaakt of niet. Overeenkomstig kunnen alle hieron- der beschreven bedienprocedures ook tijdens een lopende opname plaatsvinden.
Pagina 225
VOORBEREIDING Voor beter zicht kunt u het menu Follow Focus beperken tot de be- langrijke elementen. FOCUSPOSITIE DEFINIËREN ▸ Op knop tikken • Het menu Follow Focus pendelt tussen de volledige en verklein- ▸ Op gewenste focuspositie tikken de weergave. •...
Pagina 226
Om de afstand in te stellen Om de instelling te annuleren ▸ Op knop 'Terug' tikken • De weergave keert terug naar het laatste menuniveau. ANDERE FOCUSPOSITIE KIEZEN ▸ Op gewenste knop tikken • De knop 'Bewerken' verschijnt. ▸ De gewenste afstand instellen •...
Pagina 227
TOEPASSING OPROEP NAAR WENS U kunt de gedefinieerde focusposities zo vaak oproepen als u wilt. U kunt de functie op twee manieren gebruiken. Follow Focus – De vooraf gedefinieerde focusposities worden desgewenst afzon- Met wachttijd: derlijk opgeroepen. – De actieve wachttijd wordt in rood weergegeven en afgeteld. –...
Pagina 228
AUTOMATISCHE PROCEDURE AFBREKEN Als twee of meer focusposities zijn gedefinieerd, kunnen ze automa- ▸ Op de knop 'STOP' tikken tisch na elkaar worden bereikt. • De lopende focusprocedure wordt geannuleerd. STARTEN Om de automatische focusprocedure direct aan het begin van ▸...
Pagina 229
ISO-GEVOELIGHEID ANDERE INSTELLINGEN (Videomodus) SNELHEID De ISO-instelling heeft een bereik van ISO 50 tot ISO 50 000, wat de De snelheid waarmee de overgang van de ene focuspositie naar aanpassing aan de betreffende situaties mogelijk maakt. de andere plaatsvindt, is instelbaar. Deze instelling geldt voor alle Bij handmatige belichtingsinstelling biedt dit meer ruimte voor het overgangen.
Pagina 230
AUTOMATISCHE INSTELLING INSTELBEREIKEN BEGRENZEN U kunt een maximale ISO-waarde instellen, om het bereik van de De gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan het omgevings- automatische instelling te begrenzen ( ). Bovendien licht, respectievelijk de gekozen sluitertijd-/diafragmacombinatie. Maximum ISO kunt u ook een maximale belichtingstijd instellen. Hiertoe zijn de au- In combinatie met de tijdautomaat wordt hierdoor het bereik van de tomatische instellingen en vaste langste sluitertijden tussen automatische belichtingsregeling uitgebreid.
Pagina 231
DYNAMISCHE ISO-INSTELLING FLOATING ISO U kunt het duimwieltje en het voorste instelwiel zodanig configure- Deze functie vult Auto ISO aan. Met veel zoomobjectieven verandert ren dat de handmatige ISO-instelling rechtstreeks kan plaatsvinden. de lichtsterkte bij veranderingen van de brandpuntsafstand. Floating In de modi S, A en M is dat in de fabrieksinstelling al zo.
Pagina 232
ASA-GEVOELIGHEID WITBALANS (Cinemodus) De witbalans zorgt voor een neutrale kleurweergave bij elk licht. De kleur die als wit moet worden weergegeven, wordt vooraf in de In de cinemodus wordt de gevoeligheid in principe handmatig inge- camera ingesteld. steld. Het menupunt vervangt het menupunt Exposure Index ...
Pagina 233
AUTOMATISCHE REGELING / VASTE INSTELLINGEN HANDMATIGE INSTELLING DOOR METING – : voor automatische regeling, die in de meeste situaties neu- Auto Graycard Graycard Live View trale resultaten levert De variant is het meest geschikt voor motieven waarop Gray card – Verschillende vaste voorinstellingen voor de meest optredende een neutraal grijs of zuiver wit bereik duidelijk is te herkennen.
Pagina 234
GRAYCARD GRAUKARTE LIVE VIEW Deze meetvariant meet alle tinten in het meetveld en berekent daar- Deze meetvariant meet uitsluitend de met het meetveld afgepaste uit een gemiddelde grijswaarde. kleurtint en berekent daaruit de grijswaarde. ▸ In het hoofdmenu, kiezen ▸ In het hoofdmenu, kiezen White Balance ...
Pagina 235
BELICHTING DIRECT INSTELLEN VAN DE KLEURTEMPERATUUR Waarden tussen 2000 en 11.500 K (Kelvin) kunt u rechtstreeks in- De belichtingsinstelling vindt dynamisch plaats met de beide instel- stellen. Daarmee is een zeer groot gebied beschikbaar dat bijna alle wieltjes. In wezen regelt het duimwieltje het diafragma, en het voor- in de praktijk voorkomende kleurtemperaturen dekt en waarbinnen ste instelwiel de ISO-gevoeligheid.
Pagina 236
BELICHTINGSMEETMETHODEN ▸ De instelband op de gewenste plaats aantikken of het punt naar de gewenste locatie slepen U kunt de volgende belichtingsmeetmethoden kiezen. Fabrieksinstelling: Multi-Field Spot Center-Weighted Highlight-Weighted Multi-Field ▸ In het hoofdmenu, kiezen Exposure Metering ▸ Gewenste meetmethode kiezen Spot ...
Pagina 237
SPOT HIGHLIGHT-WEIGHTED Deze meetmethode is uitsluitend geconcentreerd op een klein be- Deze methode houdt rekening met het hele beeldveld. De belich- reik. Bij combinatie van de methode belichtingsmeting met de tingswaarde wordt echter afgestemd op de bovengemiddeld lichte Spot AF-meetmethoden vindt een koppeling van de onderwerpdelen.
Pagina 238
BELICHTINGSMODI MODUS KIEZEN U kunt kiezen uit vier videomodi: Met behulp van het duimwieltje – Programma-automaat (P) ▸ Duimwieltje indrukken – Tijdautomaat (A) • De actuele modus verschijnt in het top-display. In de monitor – Diafragma-automaat (S) krijgt de huidige modus een rode markering. –...
Pagina 239
VOLAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - P Via het statusscherm PROGRAMMA-AUTOMAAT - P ▸ Op het bedienveld tikken De belichting wordt geregeld door automatische aanpassing van de sluitertijd en het diafragma. U kunt belichtingscorrectie en opnameniveau direct regelen via de instelwieltjes. ▸ Op de gewenste belichtingsmodus tikken Modus P kiezen (zie pagina 238) ▸...
Pagina 240
HALFAUTOMATISCHE BELICHTINGSINSTELLING - A/S HANDMATIGE BELICHTINGSINSTELLING - M De handmatige instelling van sluitertijd en diafragma is geschikt: TIJDAUTOMAATMODUS - A – om tussen verschillende opnamen de belichtingsinstellingen con- De tijdautomaat stuurt de belichting automatisch, aangepast aan het stant te houden handmatige ingestelde diafragma.
Pagina 241
BELICHTINGSCORRECTIE Aanwijzingen • In de drie (half-)automatische belichtingsmodi is deze functie U kunt belichtingscorrectie in een gebied van ±3 EV instellen (EV: toegewezen aan één van de instelwieltjes en daardoor zeer snel Exposure Value = belichtingswaarde). De beschikbare waarden zijn bereikbaar (zie pagina 72).
Pagina 242
WEERGAVEMODUS (VIDEO) BEDIENELEMENTEN IN DE WEERGAVEMODUS De weergavemodus dient voor de weergave en beheer van de opge- BEDIENELEMENTEN AAN DE CAMERA slagen opnamen. Zowel het omschakelen tussen opname- en weer- gavemodus als de meeste handelingen daar kunnen plaatsvinden door middel van gebaren- of toetsenbesturing. Nadere informatie over de beschikbare gebaren vindt u op pagina55.
Pagina 243
BEDIENELEMENTEN IN DE MONITOR FUNCTIEKNOPPEN IN DE WEERGAVEMODUS De functieknoppen hebben in de weergavemodus definitief toegewe- Bedienelementen in de monitor kunt u meestal intuïtief bedienen zen functies, of hebben geen functie. met de Touch-bediening. Maar meestal kunt u ze ook kiezen door één van de drie knoppen links naast de monitor in te drukken.
Pagina 244
DE WEERGAVEMODUS STARTEN / VERLATEN Gebruik van fysische bediening ▸ -knop indrukken PLAY Gebruik van touch-bediening • Op de monitor verschijnt de laatst gemaakte opname. • Als er op de geplaatste geheugenkaart geen bestand staat ▸ Naar boven / onderen vegen dat kan worden weergegeven, verschijnt de melding: No valid Opname...
Pagina 245
OPNAMEN KIEZEN / BLADEREN CONTINU ▸ Naar links / rechts vegen en vinger aan de beeldschermrand De opnamen worden in een denkbeeldige horizontale rij geplaatst. Als bij het bladeren een einde van de opnamereeks wordt bereikt, houden springt de weergave naar het andere einde. Zo kunnen alle opnamen •...
Pagina 246
INFO-WEERGAVEN IN DE WEERGAVEMODUS HULPFUNCTIES WEERGEVEN In de weergavemodus zijn dezelfde infoprofielen beschikbaar als in Om tussen de infoprofielen te pendelen de opnamemodus. Maar het momenteel actieve infoprofiel wordt ▸ -knop indrukken onafhankelijk opgeslagen. Daardoor is het bijvoorbeeld mogelijk om in de weergavemodus een 'leeg' infoprofiel geheel zonder hulpweer- gaven te gebruiken, zonder dat u deze bij het overstappen naar de opnamemodus opnieuw hoeft in te stellen.
Pagina 247
GELIJKTIJDIG MEERDERE OPNAMEN WEERGEVEN Gebruik van fysische bediening ▸ Voorste instelwiel tegen de klok in draaien Voor een beter overzicht of om een bepaalde opname makkelijker te • Er worden twaalf opnamen tegelijk weergegeven. Door nog- kunnen vinden, is het mogelijk meerdere verkleinde opnamen tege- maals draaien kunnen dertig opnamen tegelijk worden bekeken.
Pagina 248
OPNAMEN MARKEREN / EVALUEREN Om tussen de opnamen te navigeren ▸ Joystick in de gewenste richting drukken U kunt opnamen markeren als favorieten, om ze sneller weer te vinden, of om het latere wissen van meer opnamen te vereenvoudi- gen. Markeren is zowel in de gangbare weergave als in het overzicht ▸...
Pagina 249
OPNAMEN WISSEN AFZONDERLIJKE OPNAMEN WISSEN ▸ -knop indrukken Bij het wissen van opnamen zijn er verschillende mogelijkheden: MENU ▸ In het weergavemenu, kiezen – afzonderlijke opnamen wissen Delete • Het wisscherm verschijnt. – wissen meerdere opnamen – alle niet-gemarkeerde / niet-geëvalueerde opnamen wissen –...
Pagina 250
WISSEN MEERDERE OPNAMEN In deze weergave kunt u willekeurig veel opnamen selecteren. In een wisoverzicht met twaalf verkleinde opnamen kunt u meerdere Om opnamen te kiezen die moeten worden verwijderd opnamen markeren en vervolgens gezamenlijk wissen. U kunt er op ▸...
Pagina 251
WISSEN VAN ALLE OPNAMEN NIET-GEËVALUEERDE OPNAMEN WISSEN ▸ -knop indrukken ▸ -knop indrukken MENU MENU ▸ In het weergavemenu, kiezen ▸ In het weergavemenu, kiezen Delete All Delete Unrated • De vraag • De vraag verschijnt. Do you really want to delete all not rated files? Do you want to delete all files? ...
Pagina 252
DIASHOW DIASHOW STARTEN In de weergavemodus kunt u een diashow-functie oproepen waar de opgeslagen opnamen automatisch na elkaar verschijnen. Daarbij kunt u kiezen of alle opnamen ( ), alleen foto's ( Play All Pictures ), of alleen video's ( ) moeten worden weergegeven. only ...
Pagina 253
VIDEOWEERGAVE DE BEDIENINGSELEMENTEN OPROEPEN De bedieningselementen verschijnen als de weergave wordt gestopt. Als in de weergavemodus een video-opname is geselecteerd, ver- schijnt op de monitor. Gebruik van touch-bediening ▸ De monitor op willekeurige plaats aantikken 1/8000 12500 1/8000 12500 INFO INFO 12MP 8234...
Pagina 254
AFSPELEN PAUZEREN NAAR EEN GEWENST PUNT NAVIGEREN ▸ De monitor op willekeurige plaats aantikken SNEL SPRINGEN Gebruik van touch-bediening ▸ Joystick / duimwieltje indrukken Terwijl de bedieningselementen zichtbaar zijn: AFSPELEN VERVOLGEN ▸ Tik op de gewenste positie op de weergavestatusbalk Gebruik van touch-bediening 1/8000 12500...
Pagina 255
AFSPELEN AFSLUITEN VOLUME INSTELLEN Gebruik van touch-bediening Gebruik van touch-bediening Terwijl de bedieningselementen zichtbaar zijn: Terwijl de bedieningselementen zichtbaar zijn: ▸ Tik op het terugkeer-pictogram ▸ Tik op het geluidsvolume-pictogram ▸ Tik op de gewenste positie op de geluidsvolume-balk 1/8000 12500 1/8000 12500...
Pagina 256
VIDEO'S BIJKNIPPEN Gebruik van fysische bediening BIJKNIP-FUNCTIE OPROEPEN Gebruik van touch-bediening ▸ -knop indrukken • Het beeldscherm voor het bijknippen van de video verschijnt. 1/8000 12500 De linker knipmarkering is rood gemarkeerd (= actief). ANDERE ACTIEVE KNIPLOCATIE KIEZEN ▸ Joystick naar links / rechts drukken •...
Pagina 257
KNIPPEN ▸ -knop indrukken, om uw keuze te bevestigen • Het menu verschijnt. Video Trimming ▸ In het menu kiest u de gewenste functie Video Trimming Save as new Overwrite Preview De nieuwe video wordt extra opgeslagen, het Save as new origineel blijft ook behouden.
Pagina 258
OVERIGE FUNCTIES CAMERA TERUGSTELLEN OP FABRIEKSINSTELLING Met deze functie kunt u alle individuele menu-instellingen in één De in dit hoofdstuk beschreven instellingen gelden voor het opne- keer terugstellen op de fabrieksinstellingen. Daarbij kunt u altijd men van zowel foto's als video's. Daarom zijn ze zowel in het foto- de gebruikersprofielen, de Wi-Fi en Bluetooth-instellingen en de als in het videomenu beschikbaar (zie hoofdstuk 'Camerabediening' fotonummers onafhankelijk van elkaar uitsluiten van het terugstellen.
Pagina 259
Hiertoe biedt Leica op onregelmatige tijden firmware-updates aan, die u op onze homepage kunt ophalen. Als u uw camera geregistreerd hebt, houdt Leica u op de hoogte van alle nieuwe updates. Gebruikers van Leica FOTOS worden eveneens automatisch geïnformeerd over firmware-updates voor hun Leica camera.
Pagina 260
FIRMWARE-UPDATES TOEPASSEN VOORBEREIDINGEN ▸ Batterij volledig opladen en plaatsen De onderbreking van een lopende firmware-update kan leiden tot ▸ Een eventueel aanwezige tweede SD-kaart uit de camera verwij- zware en onherstelbare schade aan uw uitrusting! deren Daarom moet u tijdens de firmware-update speciaal op de vol- ▸...
Pagina 261
CAMERA-FIRMWARE BIJWERKEN OBJECTIEF-FIRMWARE BIJWERKEN Indien beschikbaar, kunnen ook voor objectieven firmware-updates ▸ Voorbereidingen treffen worden verricht. De aanwijzingen van de camera-firmware gelden ▸ In het hoofdmenu, kiezen Camera Information navenant. ▸ kiezen Camera Firmware Version ▸ Voorbereidingen treffen ▸ kiezen Start Update ...
Pagina 262
ADAPTER-FIRMWARE BIJWERKEN Indien beschikbaar, kunnen ook voor adapters firmware-updates worden verricht. De aanwijzingen van de camera-firmware gelden navenant. ▸ Voorbereidingen treffen ▸ In het hoofdmenu, kiezen Camera Information ▸ kiezen Lens Firmware Version ▸ kiezen Start Update • Er verschijnt een vraag met informatie. ▸...
Pagina 264
U kunt de camera met een smartphone/tablet op afstand bedienen. APPARAAT Hiertoe moet u eerst de app 'Leica FOTOS' op uw mobiele appa- raat installeren. Bovendien biedt Leica FOTOS veel andere nuttige De verbinding wordt gerealiseerd via Bluetooth. Bij de eerste verbin-...
Pagina 265
• U hoeft de pairing voor ieder mobiel apparaat maar eenmaal te doen. Daarbij wordt het apparaat toegevoegd aan de lijst met bekende apparaten. • Bij opnamen met bestaande verbinding met Leica FOTOS worden automatisch via GPS positiegegevens bepaald en in de 'Exif-data' geschreven.
Pagina 266
– : uitschakeling na 5 minuten inactiviteit After 5 min – : vandaag geen automatische energiebesparing Tomorrow U vindt het MAC-adres van de Leica SL2-S in het cameramenu. – : WLAN blijft permanent aan Never ▸ In het hoofdmenu, kiezen Camera Information ...
Pagina 267
Een lijst met de beschikbare functies en bedieningsaanwijzingen afstandsbediening kan onder andere leiden tot ongewenste opnamen of hoger stroomverbruik. bevinden zich in Leica FOTOS. • Als het mobiele apparaat momenteel niet is aangesloten of als DE CAMERA VIA AFSTANDSBEDIENING 'WEKKEN'...
Pagina 268
ONDERHOUD / BEWAREN • Bewaar de camera ter vermijding van schimmelvorming niet voor lange tijd in de leren tas. Wanneer u de camera een tijd lang niet gebruikt, is het volgende • Fototassen die bij gebruik nat zijn geworden, moeten worden raadzaam: leeggemaakt om beschadiging van uw uitrusting door vocht en –...
Pagina 269
SENSOR gehouden dat ze, zoals bij elk filter, bij bepaalde tegenlichtsituaties en grote contrasten, ongewenste reflexen kunnen veroorzaken. PIXEL-MAPPING • Objectiefdoppen beschermen het objectief eveneens tegen onge- Met de tijd ontstaan op de beeldsensor van digitale camera's wenste vingerafdrukken en regen. defecte pixels.
Pagina 270
Probleem Mogelijke / te onderzoeken oorzaak Voorgestelde remedie Problemen met de batterij De batterij is snel leeg De batterij is te koud Warm de batterij op (bijvoorbeeld in de broekzak) en zet haar pas kort vóór de opname in de camera De batterij is te warm Laat de batterij afkoelen De helderheid van de monitor of EVF is erg hoog ingesteld...
Pagina 271
U kunt de camera niet inschakelen Batterij leeg Laad of vervang de batterij De batterij is te koud Warm de batterij op (bijvoorbeeld in de broekzak) Onmiddellijk na het inschakelen schakelt de Batterij leeg Laad of vervang de batterij camera zichzelf weer uit De camera wordt warm Warmteontwikkeling bij video-opnamen met hoge resolutie Geen storing;...
Pagina 272
De weergave schakelt na de opname uit / de De flits laadt nadat een opname is gemaakt, de monitor Wacht tot de flits is geladen monitor wordt na de opname donker schakelt zolang uit De flits werkt niet De flits kan met de huidige instellingen niet worden Gebruik de lijst van de met de flitsfunctie compatibele gebruikt instellingen...
Pagina 273
Geen gezichtsherkenning / gezicht wordt niet Gezicht bedekt (zonnebril, hoed, lange haren enzovoort) Verwijder storende objecten herkend Het gezicht neemt in de foto te weinig ruimte in Verander de beeldcompositie Gezicht gekanteld of horizontaal Zorg dat het gezicht verticaal in beeld komt U houdt de camera scheef Houd de camera recht Het gezicht is slecht belicht...
Pagina 274
Focus Limit niet beschikbaar en daarom grijs (Macro) weergegeven M-adapter L of R-adapter L is niet aangesloten Dit menu is uitsluitend leverbaar voor Leica M- en Leica In de camera-instellingen is niet Lens Profiles beschikbaar en daarom grijs weergegeven R-objectieven...
Pagina 275
De opnamen zijn beschadigd of ontbreken U nam de geheugenkaart eruit terwijl de 'standby'-weerga- Neem de kaart er niet uit als de 'standby'-weergave ve knipperde knippert. Laad de batterij op. Formattering van de kaart verkeerd of beschadigd Formatteer de geheugenkaart opnieuw (Let op: gegevensverlies!) Laatst opname verschijnt niet op de monitor Voorvertoning niet actief...
Pagina 276
Er worden geen afbeeldingen weergegeven Geheugenkaart ontbreekt Geheugenkaart plaatsen Opnamen zijn opgenomen met een andere camera Opnamen voor weergave overbrengen naar een ander apparaat De foto's kunnen niet worden weergegeven De bestandsnaam van de foto is veranderd met een Gebruik geschikte software om de foto's van de computer computer naar de camera over te brengen Videokwaliteit...
Pagina 278
MENU-OVERZICHT DIRECTE TOEGANG Functie FOTO VIDEO/CINE Pagina Status- Favorieten Functieknoppen Status- Favorieten Functieknoppen scherm scherm Photo - Video Toggle Info Levels 104, 197 Magnification 121, 124, 219 Toggle Focus Point Exposure/DOF Simulation Focus Peaking 107, 123, 200, 221 Clipping / Zebra 106, 199 Toggle Video Gamma ...
Pagina 279
Bereikbaar via het Beschikbaar voor Beschikbaar voor Fabrieksinstelling van statusscherm favorieten-menu functieknoppen de functieknoppen Functie FOTO VIDEO/CINE Pagina Status- Favorieten Functieknoppen Status- Favorieten Functieknoppen scherm scherm Self-timer Multi-Shot Focusing 113 — 126, 213 — 229 Focus Mode 113, 213, 223 — 228 75, 114, 120, AF Mode ...
Pagina 280
Functie FOTO VIDEO/CINE Pagina Status- Favorieten Functieknoppen Status- Favorieten Functieknoppen scherm scherm 129 — 132, White Balance 232 — 235 131, 234 Gray card Photo File Format 90 — 93, 95 JPG Settings JPG Resolution Film Style iDR Auto Review Long exposure noise re- duction ...
Pagina 281
Functie FOTO VIDEO/CINE Pagina Status- Favorieten Functieknoppen Status- Favorieten Functieknoppen scherm scherm Image Overlay Video Format / Resolution 177, 178 Video Settings LUT Profile 183 — 188 183 — 188 Video Gamma Timecode Segmented Video Color Bar REC Frame iDR Video Style ...
Pagina 292
TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE GEGEVENS...
Pagina 293
Objectiefaansluiting 35 mm DNG™ 8368 x 5584 pixels (46,7 MP) 8368 x 5584 pixels (46,7 MP) Leica L-bajonet met contactstrip voor communicatie tussen objectief en 6000 x 4000 pixels (24 MP) camera 4272 x 2848 pixels (12,2 MP) Gebruiksvoorwaarden Gebruiksvoorwaarden APS-C DNG™...
Pagina 294
Kleurdiepte Kleurdiepte 24 b⁄s 4:2:2 / 10 bit (SD & HDMI) 35 mm & APS-C H.264 Long GOP 150 Mbps 23,98 b⁄s 4:2:2 / 10 bit (SD & HDMI) 35 mm & APS-C H.264 Long GOP 150 Mbps DNG™: 14 bits MOV 4K JPG: 8 bits 59,94 b⁄s...
Pagina 295
Drive Mode Drive Mode MP4 FHD Slow Motion 180 b⁄s 4:2:0 / 8 bit (SD & HDMI) APS-C H.264 Long GOP 20 Mbps Single 150 b⁄s 4:2:0 / 8 bit (SD & HDMI) APS-C H.264 Long GOP 20 Mbps 120 b⁄s 4:2:0 / 8 bit (SD &...
Pagina 296
WLAN WLAN Foto Video WLAN-functie voor verbinding met de app 'Leica FOTOS'. Verkrijgbaar in ISO 100 — ISO 50 000 ISO 100 — ISO 50 000 Auto ISO de Apple App Store™ of in de Google Play Store™. Voldoet aan de norm Handmatig ISO 50 —...
Pagina 297
Menutalen Engels, Duits, Frans, Italiaans, Spaans, Russisch, Japans, vereenvoudigd Chinees, traditioneel Chinees, Koreaans VOEDING Batterij (Leica BP-SCL4) Batterij (Leica BP-SCL4) Lithium-ion batterij, nominale spanning: 7,2 V (DC); capaciteit: 1860 mAh; laadtijd: circa 140 min (na diepe ontlading); fabrikant: Pa- nasonic Energy (Wuxi) Co., Ltd., gefabriceerd in China Circa 450 opnamen (volgens CIPA-norm, met Auto Power Off ...
Pagina 298
LEICA CUSTOMER CARE Voor het onderhoud van uw Leica-uitrusting en voor advies over alle Leica producten en hun bestelling staat de Customer Care van Leica Camera AG voor u klaar. Bij reparaties of bij schade kunt u eveneens contact opnemen met Customer Care of direct met de reparatieser- vice van een Leica-vertegenwoordiging in uw land.
Pagina 299
LEICA AKADEMIE Ons gehele seminarprogramma met veel interessante workshops rond het thema fotografie vindt u onder: https://leica-camera.com/en-int/leica-akademie LEICA AKADEMIE...