1.54
Ultra
Comfortabel klimaat in exclusieve ruimten
Installatie- en bedrijfshandleiding
Montage aanzuigkrans
Vastschroeven van de onderdelen van de aanzuigkrans
Let op! Voor een eventuele latere demontage van
de aanzuigkrans moet de spleet tussen het plafond
en de aanzuigkrans behouden blijven en mag deze
niet door werkzaamheden aan het plafond zoals
pleisteren worden verkleind!
14
Detail schroefopening
6.2 Filtermontage
• Monteer het filter, voor zover als accessoire
voorhanden, na voltooiing van de elektrische
installatie en de aansluiting voor water en eventueel
na het aansluiten van de condensaatpomp.
• De filterkap wordt conform de apart meegeleverde
montagehandleiding gemonteerd. Eenvoudige
filteropzetstukken met ring worden gewoon
over de motorveiligheidskooi gelegd. Vervolgens
monteert u de aanzuigkrans.
6.3 Montage van de aanzuigkrans
Let op! De montage van de aanzuigkrans
vindt
pas
plaats
nadat
montagewerkzaamheden voltooid zijn. Klemmenkast,
kleppen, motorveiligheidskooi, condensaatpomp etc.
zijn na de montage van de aanzuigkrans niet meer
toegankelijk.
De aanzuigkrans is standaard bijgevoegd en dient
bij circulatieluchtapparaten als aanzuigrooster,
bij mengluchtapparaten als omkasting. Als de
Ultra rechtstreeks op een massief plafond wordt
gemonteerd en de buisleiding in het zicht loopt, kan
de aanzuigkrans niet op de beoogde wijze worden
gemonteerd. In dat geval kan deze naar keuze
geheel worden weggelaten of bouwzijdig worden
aangepast, bijv. door deelsegmenten van het rooster
te verwijderen.
Voor de montage worden de afzonderlijke onderdelen
eerst losjes met elkaar verbonden. Ze komen vast te
zitten in de eindpositie op de bodemplaat van de
Ultra.
Let op! De onderdelen van de aanzuigkrans
kunnen scherpe randen hebben! Letselgevaar!
• Schroef eerst in elk van de zes onderdelen
een van de meegeleverde schroeven in de daarvoor
bedoelde schroefopening (2e opening van onder,
zie detailafbeelding).
• Verbind steeds 2 onderdelen van de aanzuigkrans
met elkaar en schroef ze aan elkaar via de 2e
lamelopening van onder.
• Plaats vervolgens de onderdelen op de daarvoor
bestemde plaats op de bodemplaat van de Ultra
(zie afbeelding pag. 13 of boorsjabloon op de
doos). De lamellen moeten naar beneden wijzen!
• Schroef de onderdelen aan elkaar vast door telkens
de schroef aan te draaien.
alle
aansluit-
en