Koelluchtstroom controleren
Sterke vervuiling betekent dat door de hoge stofbelasting de onderhoudsintervallen verkort moeten
worden.
– De koellucht toevoer- en afvoer op grote vuildelen, zoals bladeren, en stofresten controleren en
zonodig reinigen.
– Het temperatuurcontrolelampje "4" - indien ingebouwd - gaat branden zodra de motor te warm wordt.
In dat geval de motor onmiddelijk stop zetten!
Storingen, oorzaken, verhelpen
Storing
Motor start niet of niet
direct. Is echter met start-
motor te draaien.
Indien na elke langere bedrijfsonderbrekeing van de motor startproblemen optreden, die door langdurig
bedienen van de brandstofopvoerpomp niet opgeheven kunnen worden, dient het brandstofsysteem te
worden gecontroleerd.
1401
Mogelijke oorzaak
Toerenregelhefboom niet in
START-positie.
Geen brandstof aan de brandstof-
pomp.
Onvoldoende compressie:
- Klepspeling niet in orde.
- Kleppen versleten.
- Cilinder en/of zuigerveren
versleten.
- Automatische decompressie
defect.
- Verstuivers niet in orde.
- Poly-V-riem ventialtor defect.
B(E) serie dieselaandrijving
Verhelpen door
Hefboom in START-positie
brengen. Hefboom moet in
START-positie blijven staan!
Brandstof vullen.
Brandstofopvoerpomp bedienen
totdat de brandstof, hoorbaar via
de retourleiding in de tank terug-
stroomt.
Indien dit geen resultaten
oplevert, controleren:
- toevoerleiding naar de motor
- brandstofvóórfilter
- brandstoffilter
- werking van de brandstof-
opvoerpomp
Klepspeling controleren, zonodig
instellen.
Zie werkplaatshandboek.
Zie werkplaatshandboek.
Zie werkplaatshandboek.
Zie werkplaatshandboek.
Poly-V-riem vervangen.
Pompunit met dieselmotor aandrijving
7.43