1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
Werk indien mogelijk in zichtlijnen dwars
t.o.v. de helling! Keer indien mogelijk in
opwaartse richting aan de helling.
1
Einde van de werkzaamheden
Laat de eenassige tractor nooit zonder
toezicht zolang de motor draait.
Zet de motor uit voordat de eenassige
tractor wordt verlaten. Daarna (indien
aanwezig) de brandstofkraan/-kranen
sluiten.
Beveilig de eenassige tractor tegen
onbevoegd gebruik. Bij uitvoering met
een contactsleutel de sleutel uitnemen,
anders de bougiestekker lostrekken.
Aanbouwapparaten
Koppel de aanbouwapparaten alleen bij
een uitgeschakelde motor en met een
uitgeschakelde apparaataandrijving.
Voor
het
inbedrijfstelling moet de gebruiks-
aanwijzing van het aanbouwapparaat
doorgenomen en in acht genomen wor-
den.
Gebruik bij de vervanging van
aanbouwapparaten en delen ervan
geschikt gereedschap en draag
handschoenen.
Zet bij het monteren en demonteren de
steunvoorzieningen op de juiste stand
en let op standvastheid.
Beveilig de eenassige tractor tegen weg-
rollen (parkeerrem, wielblokken).
Bij transportritten of ritten naar naburige
werkoppervlakken altijd de werkgereed-
schappen uitschakelen.
Bij het aankoppelen van aanbouwapparatuur
is er gevaar voor letsel. Er moet bijzonder
voorzichtig te werk worden gegaan.
20
aanbouwen
en
Eenassige traktor agria 3400; 3400 KL
Aanbouwapparatuur volgens voorschrift
aankoppelen
voorgeschreven voorzieningen bevestigen.
Eenassige tractor met aanbouwappa-
ratuur bij het verlaten tegen onbevoegd
gebruik en tegen wegrollen beveiligen.
Indien nodig de transport- resp.
veiligheidsvoorziening aanbouwen en op
beschermstand zetten.
Hakvoorziening
Bij het hakken en frezen op moeilijke
gronden (stenen, harde grond enz.) kan
een plotselinge beweging van de machine
naar voren of naar achteren optreden; ga
daarom bijzonder voorzichtig te werk.
De beschermkappen moeten voor de
werkdiepte zo ingesteld worden dat alleen
de in de grond dringende delen van het
hakgereedschap niet afgedekt zijn.
Bij het hakken moet op de juiste instelling
van het hakspoor worden gelet.
de
Maaivoorziening
Bij ondeskundige hantering vormen de
scherpe lemmets van het maaimessen
een aanzienlijk gevaar voor letsel! Draag
daarom bij werkzaamheden aan de
maaimessen veiligheidshandschoenen.
Let er bij het vervangen van het
maaimes en bij het los- of aandraaien
van de mesmeenemer op dat de
schroefbeweging van de snijranden weg is.
Voor het slijpen van de maaimessen
moet er een beschermbril en moeten er
veiligheidshandschoenen worden
gedragen.
Aanhangwagen
Werking met een aanhangwagen is
alleen met type 3400, niet met type 3400
KL toegestaan.
Voor de toepassing van de eenassige
tractor met aanhangwagen op openbare
en
alleen
aan
de