g: Diafragmavoorkeuze
In de stand diafragmavoorkeuze kunt u zelf een sluitertijd kiezen,
waarna de camera automatisch het diafragma kiest dat de optimale
belichting oplevert. Een groot diafragma (lage f-waarden) verhoogt
het flitsbereik (0 187) en vermindert de scherptediepte, zodat
voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp onscherp zijn. Een
klein diafragma (hoge f-waarden) verhoogt de scherptediepte, zodat
voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp scherp zijn. Een
beperkte scherptediepte wordt doorgaans gebruikt voor portretten
om achtergronddetails onscherp weer te geven, terwijl een grote
scherptediepte wordt gebruikt voor landschapsfoto's om zowel de
voorgrond als de achtergrond scherp te krijgen.
Klein diafragma (f/36)
Groot diafragma (f/2.8)
Draai aan de secundaire
instelschijf terwijl de
belichtingsmeters
ingeschakeld zijn om het
Z
gewenste diafragma te
kiezen tussen het
Secundaire instelschijf
minimale en maximale
diafragma van het
objectief. Diafragma kan bij de geselecteerde instelling worden
vergrendeld (0 126).
120