29
Onderhoud – transmissie
29.3
Onderhoud tussenaandrijving
29.3
Onderhoud tussenaandrijving
1
2
BX001-325
Oliepeil controleren
LET OP! Schade aan de machine door onvakkundig uitgevoerde oliepeilcontrole, olie- en
filterelementwissel! De veiligheidsroutine "Oliepeilcontrole. Olie- en filterelementwissel
veilig uitvoeren" in acht nemen,
De dieselmotor starten, de hoofdkoppeling inschakelen, beide 1 min laten lopen en
vervolgens de dieselmotor uitschakelen.
Het oliepeil moet tot aan midden van het kijkglas (2) reiken.
Wanneer de olie niet tot het midden van het kijkglas (2) reikt:
De afsluitschroef van de olievulboring (1) demonteren.
Olie via de olievulboring (1) tot het midden van het kijkglas (2) bijvullen.
De afsluitschroef van de olievulboring (1) monteren, aandraaimoment
Olie verversen:
ü Voor uittredende olie is een geschikt reservoir aanwezig.
LET OP! Schade aan de machine door onvakkundig uitgevoerde oliepeilcontrole, olie- en
filterelementwissel! De veiligheidsroutine "Oliepeilcontrole. Olie- en filterelementwissel
veilig uitvoeren" in acht nemen,
De afsluitschroef van de olievulboring (1) demonteren.
De kap van het aftapaansluitstuk (3) demonteren en olie aftappen.
De kap van het aftapaansluitstuk (3) monteren, aandraaimoment
Nieuwe olie via de olievulboring (1) tot tot het midden van het kijkglas (2) bijvullen.
De afsluitschroef van de olievulboring (1) monteren, aandraaimoment
29.4
Onderhoud tussenaandrijving invoer
LET OP
Schade aan aandrijving door verkeerde oliehoeveelheid
Wanneer de invoer bij de controle motoroliepeil en bij de olieverversing niet horizontaal staat,
bestaat gevaar dat zich er te veel of te weinig olie in de aandrijving bevindt.
Controleer of het deksel van de intrekbehuizing bij de controle motoroliepeil en bij de
olieverversing horizontaal staat.
586
3
zie
Pagina 36.
zie
Pagina 36.
zie
Pagina 468.
zie
Pagina 468.
zie
Pagina 468.
Originele handleiding 150001256_04_nl
BiG X 530