Overzicht van apparaat en bedieningselementen
Indicatoren
Betekenis
Een doseerbewaking "Flow Control" is aangesloten.
Een membraanbreukmelder is aangesloten.
De pomp heeft een protocol aangemaakt m.b.t. het bedrijf.
De pomp is in het
5.2.2 Toetsfuncties
Toets
Toepassing
[Terug]
indrukken
indrukken
[STOP/
START]
[Menu]
indrukken
indrukken
[Aanzuigen]
indrukken
[Clickwheel]
draaien
[Clickwheel]
22
„Menu" (instellen).
Meer uitleg vindt u in hoofdstuk "Storingen ver‐
helpen".
Op de pomp worden het doseervolume en de
doseercapaciteit alleen in gekalibreerde toestand
in l resp. l/h of in gal resp. gal/h weergegeven.
In de basisweergaven
-
Pomp stoppen,
Pomp starten
Naar het menu gaan
Aanzuigen *
Charge starten (alleen in bedrijfs‐
„Charge" ),
modus
Fout bevestigen
Wisselen tussen de basisweer‐
gaven
* Bij het aanzuigen draait de pomp niet met de
maximale slagfrequentie.
Wordt in de toestand „Stop" op de toets
[Aanzuigen] gedrukt, heeft [Aanzuigen] de hoogste
prioriteit - zolang op de toets wordt gedrukt.
In het menu
Terug naar het vorige menu-
item (of een basisweergave) -
zonder opslaan
Pomp stoppen,
Pomp starten
Terug naar een basisweergave
Aanzuigen *
Naar het volgende menu-item
(of een basisweergave)
Invoer bevestigen en opslaan
Getalwaarde of keuze wijzigen