•
Formaat van origineel: selecteert het actuele papierformaat van de
originelen (zie "Het formaat van de originelen selecteren" op pagina 59).
•
Oorspronkelijke stand: selecteert de afdrukstand van de originelen
(zie "De richting van originelen selecteren" op pagina 59).
•
kopie ID: hiermee drukt u dubbelzijdige originelen af op één vel papier.
Deze functie is handig voor het kopiëren van kleine documenten zoals
visitekaartjes (zie "Identiteitskaart kopiëren" op pagina 60).
•
X-op-1: drukt twee of meer originele afbeeldingen verkleind af zodat ze
op één vel papier passen (zie "Meerdere pagina's per vel kopiëren
(X-op-1)" op pagina 61).
•
Beeld herhalen: drukt meerdere beeldkopieën van het originele
document af op een enkele pagina (zie "Beeld herhalen" op pagina 64).
•
Terug: hiermee gaat u terug naar het tabblad Basis.
•
Afbeelding verschuiven: hiermee kunt u de positie van de afbeelding
aanpassen (zie "Afbeelding verschuiven bij kopiëren" op pagina 64).
•
Boekje: hiermee kunt u boekjes maken (zie "Boekje kopiëren" op
pagina 65).
•
Boekje kopiëren: hiermee kunt u de linker- en/of rechterpagina van
een boek op gescheiden uitvoerpapier kopiëren (zie "Boek kopiëren" op
pagina 66).
•
Voorbladen: voegt automatisch voorbladen toe van een verschillende
lade (zie "Voorblad kopiëren" op pagina 67).
•
Transparanten: hiermee voegt u een blanco of bedrukte
scheidingspagina toe in een reeks transparanten (zie "Transparanten
kopiëren" op pagina 67).
•
Terug: hiermee gaat u terug naar het tabblad Basis.
•
Watermerk: hiermee kunt u op afdrukken een watermerk afdrukken
(zie "Watermerk" op pagina 68).
•
Overlay: hiermee kunt u een overlay toepassen op kopieën (zie
"Overlay" op pagina 68).
•
Stempel: hiermee kunt u extra informatie afdrukken (zie "Stempel" op
pagina 69).
•
Poster kopiëren: drukt een afbeelding verdeeld over negen pagina's af
(zie "Poster kopiëren" op pagina 70).
•
Snelheid duplexscan: versnelt het kopiëren/scannen (zie "De
dubbelzijdige scansnelheid selecteren" op pagina 70).
•
Melding taak voltooid: verzendt een e-mailmelding nadat de
kopieertaak is voltooid (zie "De taakvoltooiingsmelding instellen" op
pagina 70).
•
Terug: hiermee gaat u terug naar het tabblad Basis.
•
Taak samenstellen: hiermee kunt u meerdere pagina's of
verschillende types van originelen kopiëren nadat alle originelen
gescand zijn (zie "Taak samenstellen" op pagina 71).
•
Achter: hiermee keert u terug naar het tabblad Basis.
Het tabblad Afbeelding
Met de pijl-omhoog/omlaag, links onderaan, kunt u naar de volgende of
vorige pagina gaan.
•
Type origineel: hiermee verbetert u de kopieerkwaliteit door het type
van het origineel voor de huidige kopieertaak te selecteren (zie "Het type
origineel selecteren" op pagina 71).
•
Rand wissen: hiermee kunt u bepaalde gebieden van de kopieën
wissen (zie "Randen wissen" op pagina 72).
•
Scherpte: past de scherpte aan om een kopie beter leesbaar te maken
(zie "De scherpte wijzigen" op pagina 72).
•
Contrast: past het contrastniveau aan om de afbeelding zacht of
scherp te maken (zie "Het contrast wijzigen" op pagina 72).
•
Spiegelbeeld: hiermee kunt u het origineel spiegelen (zie "In
spiegelbeeld kopiëren" op pagina 73).
•
Terug: hiermee gaat u terug naar het tabblad Basis.
•
Achtergrond aanpassen: drukt een afbeelding met een lichtere
achtergrond af (zie "De achtergrond aanpassen" op pagina 73).
•
Afbeelding aan achterkant wissen: voorkomt bij het kopiëren van de
voorkant dat de afbeelding op de achterzijde van het origineel wordt
meegekopieerd (zie "Afbeeldingen op de achterzijde wissen" op
pagina 73).
•
Negatief: hiermee kunt u de orginele afbeelding met de licht- en
donkergekleurde gebieden van de omgekeerde afbeelding kopiëren (zie
"Het kopiëren in een negatief beeld" op pagina 74).
•
Terug: hiermee gaat u terug naar het tabblad Basis.
Kopiëren_ 49