Inhoudsopgave
Advertenties
4 Configuratiebestanden
Alleen door Honeywell opgeleide en bevoegde personen of gekwalificeerde personen die zijn opgeleid volgens de technische handleiding
Touchpoint Pro mogen configuraties bewerken, herstellen of wissen, aangezien fouten een schadelijke invloed op de systeemfunctie
4.1 De configuratie bekijken en bewerken
TPPR-systemen worden normaliter tijdens de productie geconfigureerd volgens de eisen van de klant, maar u kunt de
configuratie indien nodig bekijken en bewerken.
Er wordt een configuratie-time-out ingeschakeld als u het menu Systeem set-up opent en u wordt uit de configuratie
uitgelogd als er gedurende 20 minuten geen waarden naar het systeem worden gestuurd. Wijzigingen die al naar het
systeem waren gestuurd, blijven behouden, maar wijzigingen die wel zijn ingevoerd maar nog niet naar het systeem waren
gestuurd, gaan verloren. Het kan nodig zijn om in te loggen en terug te keren naar Systeem set-up en de module in te
stellen op Normale toestand voordat u de wijzigingen opnieuw probeert in te voeren.
4.1.1
De configuratie bekijken of bewerken
1.
Log in als Beheerder of Engineer.
2.
Vanuit het scherm Systeemstatus kiest u het pictogram Toolbox en vervolgens Systeemconfiguratie.
3.
Voer het wachtwoord nogmaals in en selecteer Inloggen.
4.
Selecteer Systeem set-up.
5.
Selecteer de gewenste module en klik dan op het Menu-pictogram.
6.
Selecteer Configuratie bewerken en volg de menu's die op het scherm worden getoond.
Het scherm toont een overzicht van de systeem set-up met alle geïnstalleerde I/O-modules en Control Centre
7.
Board(s).
8.
Selecteer de + naast elke module om het venster te vergroten en de vier bijbehorende kanalen te laten weergeven.
9.
Selecteer het gewenste kanaal, selecteer het Menu-pictogram en selecteer Configuratie bewerken.
10. Selecteer het scherm dat u wilt aanpassen (raadpleeg voorgaande secties).
11. Voer de vereiste Nieuwe waarde in en selecteer Verzenden.
12. Het systeem toont de nieuwe waarden; kies Accepteren.
13. Bewerk nog een ander kanaal of Log uit.
Nadat de ingebruikname is voltooid, dient u een back-up te maken van de configuratie van het TPPR-systeem, en u dient dit
te herhalen na wijzigingen aan de set-up of de software.Het TPPR-veiligheidssysteem blijft gedurende deze procedure
operationeel, maar het touchscreen van de regelaar, de PC Configuration-software en Webserver kunnen niet worden
gebruikt.
U kunt een back-up van de configuratie opslaan op een SD-kaart of een USB-stick. Back-ups worden op de SD-kaart of
USB-stick opgeslagen in een aparte map. Er wordt een volgnummer toegewezen aan back-upbestanden, zodat de laatste
back-up gemakkelijk kan worden teruggevonden.
Het volgnummer wordt bepaald door de bestanden te bestuderen die al aanwezig zijn in de map van de back-up. Als er
meer dan één opslagapparaat wordt gebruikt, kan hetzelfde nummer worden gebruikt bij elk apparaat. Maak gebruik van
een consequente back-upmethode om verwarring of het verlies van gegevens te voorkomen.
Als u een back-up opslaat op een SD-kaart, wordt normaliter gebruik gemaakt van de geplaatste SD-kaart voor het loggen
van gebeurtenissen. Deze kaart kan even worden verwijderd om het back-upbestand te kopiëren naar een pc, maar de kaart
moet zo snel mogelijk weer worden teruggeplaatst om gegevensverlies te voorkomen.
Het is mogelijk om back-ups te maken naar een vervangende SD-kaart, maar gebeurtenissen die zich tijdens het back-
upproces voordoen, worden naar deze SD-kaart gelogd en zijn niet beschikbaar in de gebeurtenissengeschiedenis als de
kaart wordt verwijderd.
Opmerking:Toegang op het niveau Engineer is vereist voor het maken van back-ups van de configuratie.Toegang op het
niveau Beheerder is vereist voor het herstellen van de configuratie.
Ond. Nr. 2400M2566_3_NL
CONFIGURATIE
WAARSCHUWING
kunnen hebben.
25
s
Touchpoint Pro
Bedieningshandleiding
Advertenties
Inhoudsopgave
