Bedrijf en bediening
EXBb_0260
Afb. 34
8.4 Instellen van de pompcapaciteit
Inschakelen
Slaglengte instellen
52
1,250
100
60,00
1,125
90
45,00
1,000
80
35,00
0,875
70
25,00
0,750
60
16,70
0,625
50
13,00
9,00
0,500
40
6,00
4,50
0,375
30
3,00
2,00
1,50
1,00
0,70
Pompcapaciteit in relatie tot de tegendruk
Pompcapaciteit 60,00 l/h bij maximale tegendruk van 1,5 bar
De slaglengte alleen instellen bij draaiende pomp!
Wordt de slaglengte-instelknop (14) bediend zonder
eerst de vergrendeling (15) los te maken, wordt de
afstelling van de slaglengte-instelknop versteld.
Worden de instelinstructies niet opgevolgd, is een fou‐
tieve dosering mogelijk.
Het installeren en de inbedrijfstelling van de pomp is afgesloten.
De instelwaarden zijn op basis van het nomogram bepaald.
1.
Transparant deksel (17) opklappen.
2.
Pomp met de netschakelaar (13) inschakelen.
1.
Voor het instellen van de slaglengte de vergrendeling los‐
maken:
De vergrendelingspal (15) naar boven drukken.
2.
Bepaalde slaglengte met de instelknop (14) instellen.
De ringschaal op de instelknop (14) heeft een 0,01 mm ver‐
deling in het kijkvenster (10) wordt de slaglengte in mm weer‐
gegeven. Het totale instelbereik voor de slaglengte is 0 tot
1,25 mm (0,63 bij pomptype 1000), in het kijkvenster (10) zijn
dus alleen de standen 0 en 1 mogelijk.
110
1000,00
100
99
90
800,00
88
80
600,00
77
70
66
60
450,00
350,00
50
55
278,33
44
40
200,00
33
30
160,00
130,00
10,00
22
20
80,00
60,00
40,00
10
11
30,00
20,00
15,00
5,5
5