Beknopte handleiding
Een voice uit de Favorite Category
selecteren
1
Druk op de knop [FAVORITE] in de display
Voice Play.
De lijst met voices die zijn geregistreerd in de Favorite
Category wordt weergegeven.
2
Selecteer de voice met de cursorknoppen [u]/[d]
of met de draaiknop [DATA].
3
Druk op de knop [ENTER] om de voice
daadwerkelijk op te roepen.
De arpeggiofunctie gebruiken
Met de arpeggiofunctie worden automatisch preset-
arpeggiofrasen, riffs en ritmische patronen geactiveerd op
basis van de noten die u speelt.
Hiermee beschikt u niet alleen over inspiratie en complete
ritmische passages voor uw eigen spel, u beschikt tevens
over kwalitatief hoogwaardige MIDI-data die u kunt
gebruiken voor het maken van songs of kant-en-klare
begeleidingspartijen die u kunt gebruiken bij live optredens.
U kunt de zes beschikbare arpeggiotypen toewijzen aan elke
voice. U kunt ook elk van de zes gewenste arpeggiotypen
toewijzen aan elke partij van een performance/song/patroon
en de arpeggio's voor maximaal vier partijen tegelijkertijd
afspelen.
U kunt eveneens de afspeelmethode, het nootbereik, het
aanslagbereik en de speeleffecten voor het arpeggio
instellen en zo uw eigen grooves maken. Bovendien kunt
u arpeggio's verzenden via de MIDI Out, zodat u de
arpeggiodata op een sequencer kunt opslaan.
OPMERKING
Zie het PDF-document 'Naslaggids' voor meer
informatie over arpeggio.
Arpeggio in- of uitschakelen
Druk op de knop ARP [ON/OFF] op het bedieningspaneel
om de weergave van arpeggio in- of uit te schakelen.
26
MOX6/MOX8 Gebruikershandleiding
Het arpeggiotype wijzigen
Arpeggiotypen worden toegewezen aan elke van de
knoppen [SF1] – [SF6]. De bijbehorende tabs van deze
knoppen worden aangeduid met symbolen voor de 1/8-noot
( ) rechts van 'ARP1' – 'ARP6'. Dit betekent dat u het
arpeggiotype kunt wijzigen door te drukken op de knoppen
[SF1] – [SF6].
Knoppen ARP1 – ARP6
OPMERKING
Zie 'De toewijzing van het arpeggiotype wijzigen' op
pagina 29 voor informatie over het instellen van het
arpeggiotype.
Transponeer- of octaafinstelling
van het keyboard
Gebruik de knoppen OCTAVE [-]/[+] en [TRANSPOSE][-]/[+]
om de toonhoogte van het keyboard te verhogen of te
verlagen.
I Octave (octaaf)
Met de knoppen OCTAVE [-]/[+] kan de toonhoogte van het
keyboard omhoog of omlaag worden verschoven in stappen
van een octaaf, tot maximaal drie octaven. U kunt
bijvoorbeeld de toonhoogte verlagen om extra basnoten te
verkrijgen of verhogen om hogere noten te verkrijgen voor
solo's. Met de regelaars OCTAVE [-]/[+] kunt u dit snel en
gemakkelijk doen. Het bereik loopt van -3 tot +3; 0 is de
standaardtoonhoogte. Als u tegelijkertijd op de knoppen [-]
en [+] drukt, wordt de initiële waarde (0) van de instelling
hersteld.
U kunt het huidige octaafbereik controleren via de status van
het LED-lampje van de knoppen OCTAVE [-]/[+]. Als de
toonhoogte één octaaf hoger of lager is ingesteld, brandt het
bijbehorende lampje. Als de toonhoogte twee octaven hoger
of lager is ingesteld, knippert het bijbehorende lampje
langzaam. Als de toonhoogte drie octaven hoger of lager
is ingesteld, knippert het bijbehorende lampje snel.
I Transpose (transponeren)
Met de knoppen TRANSPOSE [-]/[+] kunt u de toonhoogte
van het keyboard in halve tonen verhogen of verlagen (tot
maximaal 11 halve tonen). Met deze functie kunt u op
dezelfde positie en met dezelfde vingerzetting spelen, zelfs
als de songdata of een andere instrumentbespeler in een
andere toonaard spelen. Met de regelaars Transpose Up/
Down kunt u dit snel en gemakkelijk doen. Als u tegelijkertijd
op de knoppen [-] en [+] drukt, wordt de initiële waarde (0)
van de instelling hersteld. Als de toonhoogte een halve toon
hoger of lager is ingesteld, brandt het overeenkomende
lampje.