10.3
Tijdens het werk
De werkdiepte (Afb. 146/1) kan tijdens het
uitvoeren van de werkzaamheden hydraulisch
worden versteld.
De bediening van de regeleenheid (
resulteert in verstelling van de werkdiepte van de
rotorcultivator.
De regeleenheid (
) na elke verstelling
beige
blokkeren.
De schaal (Afb. 146/2) toont de ingestelde
werkdiepte.
10.3.1
Keren op wendakker
Vóór het keren op wendakker
de aanbouwzaaimachine met behulp van
het hefframe (optie) over de wals tillen.
de combinatie met de tractorhydrauliek
zover optillen, tot de combinatie voldoende
bodemspeling heeft.
KE/KX/KG (STARR) BAH0089-9 05.2022
Corrigeer bij tandslijtage de instelling
van de werkdiepte van de grondbewerkingsmachine
van de zijplaten
de sporenwissers.
Bij grotere werkdiepten moeten de tanden al voor het bereiken van
de minimale lengte worden vervangen door nieuwe tande, om
schade resp. slijtage van de werktuigdragers te voorkomen.
)
beige
Afb. 146
De aftakas van de tractor bij het keren uitschakelen, wanneer de
cardanas onder een grotere hoek staat of de machine in opgetilde
toestand onrustig loopt.
Afb. 147
Werken met de machine
137