7. De borgstrips (Afb. 89/1) wegdraaien en
ieder met een pen (Afb. 89/2) vastzetten.
Borg de pennen met lunspennen.
8. De topstang (Afb. 90/1) op het bovenste
bevestigingspunt (cat. II) van de
zaaimachine bevestigen.
9. De pen met een lunspen borgen.
10. De zaaimachine door verlengen resp.
inkorten van de topstang uitlijnen. De
instelling van de topstang met de borgmoer
(Afb. 90/2) borgen.
11. Voedingsleiding van de rijpadenmarkering
koppelen (Afb. 91/1)
12. Voedingsleiding van de hydraulische
slangleidingen koppelen (zie hoofdstuk
"Hydraulische slangleidingen",
op pagina 110).
KE/KX/KG (STARR) BAH0089-9 05.2022
Machine aan- en afkoppelen
Afb. 90
Afb. 91
107