Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Werkingsvolgorde Van De Brander (Gas); Start Van De Brander; Tijdens De Werking; Uitschakeling Van De Brander Tijdens De Werking - Riello RLS 310/M MX Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Multibrandstofbranders stookolie/gas
Inhoudsopgave

Advertenties

6.12

Werkingsvolgorde van de brander (gas)

6.12.1 Start van de brander

0s
Sluiting thermostaat/drukschakelaar TL.
6s
Start motor ventilator. Start servomotor:
draait naar rechts tot de ingreep van het contact
op de nok 4).
38s
De luchtklep positioneert zich op het MAX vermogen.
38s
Fase van voorventilatie met luchtdebiet.
van het MAX vermogen. Duurtijd 32seconden.
70s
De servomotor draait naar links tot de hoek.
die is ingesteld op de nok 3).
102s
De luchtklep en de gassmoorklep worden op het MIN
vermogen gepositioneerd (met nok 3).
103s
Vonk van de ontstekingselektrode.
109s
Het veiligheidsventiel VS en het regelventiel.
VR worden geopend (snelle opening).
De vlam ontvlamt bij een laag vermogen, punt A
(Afb. 41). Er volgt een progressieve toename van het
vermogen, trage opening van het ventiel, tot het MIN
vermogen, punt B (Afb. 41).
112s
De vonk dooft.
133s
Einde van de startcyclus.

6.12.2 Tijdens de werking

Brander zonder vermogensregelaar RWF ...
Na de startfase gaat de bediening van de servomotor over naar
de thermostaat/drukschakelaar TR die de druk of de temperatuur
in de ketel controleert, punt C (Afb. 41). 
(De elektrische controledoos zet de controle van de vlamaanwe-
zigheid en van de correcte stand van de maximumlucht- en gas-
drukschakelaars voort).
Als de temperatuur of de druk laag is zodat de thermostaat/
drukschakelaar TR gesloten is, verhoogt de brander geleide-
lijk het vermogen tot de maximumwaarde (deel C-D).
Als dan de temperatuur of de druk verhoogt zodat de TR
opengaat, verlaagt de brander geleidelijk het vermogen tot
de minimumwaarde (deel E-F). Enzovoort.
De brander valt stil als er om minder warmte gevraagd wordt
dan de brander levert bij minimumvermogen, deel G-H. 
De thermostaat/drukschakelaar TL opent, de servomotor
keert terug naar de hoek 0° beperkt door het contact van de
nok 2). 
De luchtklep sluit volledig, om zoveel mogelijk thermische
dispersie te voorkomen.
Bij elke wijziging van het vermogen wijzigt de servomotor auto-
matisch het debiet van het gas (gassmoorklep) en het luchtdebiet
(luchtklep ventilator).
Brander met vermogensregelaar RWF ...
Zie de handleiding van de regelaar.
6.12.3 Uitschakeling van de brander tijdens de
werking
Als de vlam tijdens de werking per ongeluk dooft, treedt de ver-
grendeling van de brander binnen 1 sec. in werking.
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
Regelmatige ontsteking
(n = seconden vanaf het ogenblik 0)
M
VS
VR
M
M
VS
VR
M

6.12.4 Geen ontsteking

Bij gebrek aan ontsteking (Afb. 42) vergrendelt de brander bin-
nen 3 sec. na de opening van het gasventiel,112 sec. na de slui-
ting van de TL en begint de post-ventilatiefase, die 17 s duurt.

6.12.5 Ontgrendeling controledoos

Om de controledoos te ontgrendelen als volgt te werk gaan:
 Druk op de ontgrendelknop 2)(Afb. 5 op pag. 14).
39
NL
Geen ontsteking
20156672
Afb. 41
20156673
Afb. 42
20148643

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave