Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Procedure Van De Ijking (Gas); Afstelling Van De Brander; Vermogen Bij De Ontsteking; Maximumvermogen - Riello RLS 310/M MX Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Multibrandstofbranders stookolie/gas
Inhoudsopgave

Advertenties

6.10

Procedure van de ijking (gas)

De synchronisatie brandstof/verbrandingslucht wordt uitgevoerd
via de servomotor die is verbonden met twee nokken met varia-
bel profiel die op de luchtklep 1)(Afb. 35) en op de gasklep
2)(Afb. 35) handelen.
Het valt aan te raden, om lekken te beperken en een breed
ijkingsveld te hebben, om de servomotor aan het gebruikte maxi-
mumvermogen in te stellen, zo dicht mogelijk bij de maximu-
mopening (130°).
Op de gassmoorklep wordt de verdeling van de brandstof in func-
tie van het gevraagde vermogen uitgevoerd via de nok
2)(Afb. 35).
De waarden in de tabel dienen als referentiewaarden voor een
goede verbrandingsijking.
EN 676
CO
max.
2
GAS
theoretisch 0 % O
2
G 20
11,7
G 25
11,5
G 30
14,0
G 31
13,7
EN 267
CO
max. theoretisch
2
0 % O
2
15,2

6.10.1 Afstelling van de brander

Om een optimale afstelling van de brander te verkrijgen, is het
noodzakelijk de verbrandingsgassen te analyseren aan de uit-
gang van de ketel.
Ga in volgende volgorde te werk:

1 - Vermogen bij de ontsteking

2 - MAX Vermogen
3 - MIN Vermogen
4 - Tussenliggende vermogens
5 - Luchtdrukschakelaar
6 - Maximumgasdrukschakelaar
7 - Minimum gasdrukschakelaar
6.10.2 Vermogen bij de ontsteking
De ontsteking dient te worden uitgevoerd op een vermogen dat
lager is dan het max. werkingsvermogen. De norm voorziet dat
voor deze brander het vermogen bij de ontsteking gelijk aan of la-
ger dan 1/3 van het maximum werkingsvermogen moet zijn.
Voorbeeld: MAX werkingsvermogen 600 kW.
Het vermogen bij de ontsteking moet gelijk aan of hoger zijn dan:
200 kW met ts = 3 s.
Om het vermogen te meten bij de ontsteking:
 Verduister de vlamsensor (de brander wordt ontstoken en
wordt vergrendeld na de veiligheidstijd).
 10 ontstekingen met daaropvolgende vergrendelingen uit-
voeren.
 Op de teller de hoeveelheid verbrand gas aflezen.
 Deze waarde moet gelijk zijn aan of lager zijn dan die van de
formule:
3
Sm
/h
(max. vermogen brander)
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
Teveel aan lucht
Max. vermogen
Min. vermogen
  1,2
  1,3
IJking CO
%
CO
2
mg/kWu
 = 1,2
 = 1,3
 100
9,7
9,0
 100
9,5
8,8
 100
11,6
10,7
 100
11,4
10,5
Teveel aan lucht
Max. vermogen
Min. vermogen
  1,2
  1,3
IJking CO
%
CO
2
mg/kWu
 = 1,2
 = 1,3
 100
12,6
11,5
360
Voorbeeld voor gas G 20 (9,45 kWh/Sm
Max. werkingsvermogen, 600 kW overeenkomstig 63,5 Sm
Na 10 ontstekingen met vergrendeling moet het op de meter afgele-
zen vermogen gelijk aan of kleiner zijn dan: 63,5 : 360 = 0,176 Sm
Afstelling van de lucht
De afstelling van de lucht is al uitgevoerd op basis van de ijking
aan de kant van de stookolie.
Deze kan wijzigingen ondergaan om de verbranding van het gas
te corrigeren, maar dan moet de werking op stookolie verder ge-
controleerd worden.

6.10.3 Maximumvermogen

Het maximumvermogen moet gekozen worden binnen het wer-
kingsveld aangegeven op Afb. 3 op pag. 12.
In de voorafgaande beschrijving hebben we de brander aangela-
ten, functionerend aan het MIN. vermogen. Druk nu op de knop
2)(Afb. 31 op pag. 31) "toename vermogen" en blijf deze indrukken
tot de servomotor de luchtklep en de gassmoorklep geopend heeft.
Afstelling van het gas
Meet het gasdebiet op de gasmeter.
Een algemeen idee wordt verkregen op Tab. M op pag. 28, het
volstaat dus om de gasdruk op de U-vormige manometer van
Afb. 34 op pag. 34 af te lezen, en de aanwijzingen op te volgen.
 Als het gasdebiet moet verkleinen, verlaagt u de gasdruk
aan de uitgang. Als de druk al op het minimum staat, sluit
dan het regelventiel VR een beetje.
 Als het gasdebiet moet stijgen, verhoogt u de gasdruk aan
de uitgang van de regelaar.
 Draai de schroef 2) van de mechanische nok (Afb. 35 op
pag. 35) vast of los om het gasdebiet te vergroten of te ver-
kleinen zodat deze aangepast wordt aan het relatieve lucht-
debiet zodat een optimale verbranding wordt verkregen.
 Ga op dezelfde wijze te werk met de volgende schroeven.
Legende (Afb. 35)
1
Nok afstelling lucht
2
Nok afstelling gas
35
NL
3
):
3
/h.
20085602
Afb. 35
20148643
3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave