Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Apparatuur Rfg0-A22 - Riello RLS 310/M MX Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Multibrandstofbranders stookolie/gas
Inhoudsopgave

Advertenties

4.13 Apparatuur RFG0-A22

Belangrijke aantekeningen
Volg onderstaande voorschriften om ongevallen,
schade
aan
voorkomen!
OPGELET
De controledoos is een veiligheidssysteem! Maak
hem niet open, breng geen wijzigingen aan en
forceer de werking ervan niet. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor schade veroorzaakt door
ongeoorloofde ingrepen!
 Alle werkzaamheden (voor montage, installatie en hulp,
enz.) moeten door gekwalificeerd personeel uitgevoerd
worden.
 Voordat de bekabeling wordt gewijzigd in de zone van de
aansluiting van de controledoos moet de installatie compleet
geïsoleerd worden van de stroomtoevoer van het net
(omnipolaire scheiding).
 De bescherming tegen risico's op elektrische schokken op
de controledoos en op alle elektrische onderdelen die zijn
aangesloten, wordt verkregen indien de montage correct
wordt uitgevoerd.
 Controleer vóór elke werkzaamheid (werkzaamheden voor
montage, installatie en hulp, enz.) of de bedrading in orde is
en of de parameters correct ingesteld zijn, en voer dan de
veiligheidscontroles uit.
 Vallen en stoten hebben een negatieve invloed op de
veiligheidsfuncties. In zulke gevallen moet de controledoos
niet in werking gezet worden, ook niet als hij niet zichtbaar
beschadigd is.
Voor de veiligheid en de betrouwbaarheid moeten de volgende
aanwijzingen gerespecteerd worden:
voorkom condities die de vorming van condens en vocht
bevorderen. Controleer anders, alvorens de brander opnieuw
te ontsteken, of de controledoos helemaal perfect droog is!
Voorkom dat elektrostatische ladingen opgeslagen worden
die bij contact de elektronische bestanddelen van de
controledoos kunnen beschadigen.
Gebruik
Deze apparatuur is een controlesysteem van branders met
aangeblazen lucht van middelgrote en grote capaciteit, voor
intermitterende
werking
uitschakeling elke 24 uur).
Aantekeningen voor de installatie
Controleer of de elektrische aansluitingen in de ketel conform
de nationale en plaatselijke veiligheidsnormen zijn.
Verwar
de
draden
neutraalgeleiders.
Controleer of de verbonden draden niet met de nabijliggende
aansluitklemmen in contact komen. Gebruik geschikte
aansluitklemmen.
Leg de hoogspanningskabels voor ontsteking apart, zo ver
mogelijk van de controledoos en van de andere kabels.
Zorg er tijdens de bedrading van de inrichting voor dat de
kabels met netwerkspanning AC 230 V een andere ligging
hebben dan de laagspanningskabels, om te voorkomen dat
u door elektriciteit getroffen wordt.
20148643
Technische beschrijving van de brander
voorwerpen
of
omgeving
(minstens
1
gecontroleerde
onder
spanning
niet
met
te
Technische gegevens
Netspanning
Stroomnetfrequentie
Primaire zekering (extern)
Gewicht
Opgenomen vermogen
Beschermingsgraad
Veiligheidsklasse
Omgevingsvoorwaarden
Werking
Klimaatvoorwaarden
Mechanische voorwaarden
Temperatuurbereik
Vochtigheid
Mechanische structuur
De controledoos is gerealiseerd van plastic zodat ze bestand is
tegen schokken, warmte en vlamverspreiding.
In de controledoos is de elektronische versterker van het vlam-
signaal voorzien.
de
16
NL
20152163
AC 230 V -15 % / +10 %
50 / 60 Hz
Raadpleeg de elektrische
installatie
ongeveer 1.1 kg
ongeveer AC 7 VA
IP40
II
DIN EN 60721-3-1
Klasse 1K2
Klasse 1M2
-40...+60 °C
< 90% R.V. (zonder condens)
Afb. 7
Tab. H

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave