Inhoudsopgave
Advertenties
Problemen oplossen
8.4 SMS-service
8.4.1 SMS-bestemming configureren
8.4.2 SMS-opmaak
128
Informatie
<W0\>–<W31\>
Als de weergavemodule is voorzien van een GSM-modem en een SIM-kaart, kan de
SC1000-Controller naar tot vijf bestemmnigen SMS verzenden als zich een fout of
waarschuwing in een aangesloten apparaat voordoet (raadpleeg
pagina
126).
De volgende berichten worden via SMS verzonden:
•
Niet bevestigde berichten die in de berichtenlijst worden opgeslagen.
•
Nieuwe berichten die in het berichtenvenster worden weergegeven.
Belangrijke opmerking: Om herhaaldelijk verzenden van SMS te stoppen, bevestigt u
het berichtenvenster. Een fout of waarschuwing bevestigen, heeft geen invloed op de
oorsprong van de fout/waarschuwing. Bevoegde service is nog steeds vereist.
De instellingen voor de SMS-bestemming bepaalt waar de SMS wordt verzonden als zich
een fout/waarschuwing voordoet.
Om de SMS-bestemming in te voeren, selecteert u MENU, SC1000 SETUP (SC1000
INSTELLEN), GSM-MODULE, SMS-BESTEMMING.
Raadpleeg
paragraaf 3.10, pagina 46
SMS-configuratie.
Het SMS-bericht heeft een vaste tekenlengte. De enkelvoudige delen worden door een
spatie gescheiden. De tekenset voor tekstdelen wordt beperkt tot het GSM 03.38-alfabet
die door de GSM-modem wordt ondersteund. Raadpleeg
SMS-opmaak en beschrijving van SMS-opmaak.
SMS.
Berichtentype | Faciliteit | Locatie | Gegevens SIM-kaart | Serienummer SC1000 | Naam
sonde | Locatie sonde | Serienummer zonde | Tekst | Datum | Tijd | Fabrikant-ID |
Instrument-ID
Tabel 45 Waarschuwings-ID-nummers
Betekenis
Waarschuwingen specifiek voor het apparaat (raadpleeg de
handleiding van het apparaat)
voor meer gedetailleerde informatie over
Tabel 46 SMS-opmaak
paragraaf 8.3,
Tabel 46
en
Tabel 47
Tabel 48
geeft een voorbeeld voor een
voor
Advertenties
Inhoudsopgave
