1 Veiligheidsvoorschriften
Over het gebruik
▪ Gebruik de mogelijkheden van de kinderbeveiliging.
▪ Als het toestel zichtbare beschadigingen vertoont, mag het toestel niet in
gebruik worden genomen en dient u contact met onze klantendienst op te
nemen.
▪ Zodra er een functiestoring wordt ontdekt, moet het toestel van het stroom-
net worden losgekoppeld.
▪ Controleer voor het sluiten van de toesteldeur of zich geen vreemde voor-
werpen of huisdieren in de kookruimte bevinden.
▪ Bewaar geen voorwerpen in de kookruimte en de warmtelade die bij onbe-
doelde inschakeling een gevaar kunnen vormen. Bewaar geen levensmid-
delen evenals temperatuurgevoelige of brandgevaarlijke materialen, bijv. rei-
nigingsmiddelen, bakovensprays, enz. in de kookruimte of in de warmtela-
de.
▪ Bij toestellen met grill: houd bij het grillen de toesteldeur gesloten. Door de
hitte kan anders schade aan bedienings- en display-elementen of aan de
zich daarboven bevindende inbouwkast ontstaan.
▪ Schakel de magnetron pas in wanneer zich levensmiddelen in de kookruim-
te bevinden.
▪ Verwijder kunststofverpakkingen en papieren verpakkingen die niet geschikt
zijn voor de magnetron van de levensmiddelen, voordat deze worden ge-
gaard of ontdooid. Ontbrandingsgevaar!
▪ Laat het toestel bij het opwarmen van gerechten in kunststoffen of papieren
bakjes niet zonder toezicht. Ontbrandingsgevaar!
▪ Open gesloten bakjes altijd eerst, voordat deze in de kookruimte worden
gezet. Explosiegevaar door overdruk!
10