i
Om het brijncircuit te vullen, hebt u een vul-
pomp nodig die het brijncircuit bij het vullen
tegelijk ontlucht. Vaillant raadt de Vaillant vulin-
richting (verplaatsbaar met vuilfilter) of de Vail-
lant vulpomp aan.
Hierna worden de verschillende stappen van de vul- en ont-
luchtingsprocedure bij het gebruik van het Vaillant warmte-
pompbrijnvulstation beschreven. Het brijnvulstation maakt
een voorbereidende gedeeltelijke ontluchting van het brijn-
circuit en het vullen en ontluchten in één bewerking mogelijk.
De brijnvloeistof bestaat uit water gemengd met een gecon-
centreerde warmtedragende vloeistof. Als additief raden we
aan om ethyleenglycol te gebruiken (alternatief: propyleen-
glycol) met corrosiewerende additieven (Vaillant kant-en-
klaar warmtedragervloeistofmengsel).
Welke brijnvloeistoffen gebruikt mogen worden, verschilt
sterk per regio. Gelieve u in dit verband bij de bevoegde
instanties te informeren.
Opgelet!
b
Beschadigingsgevaar en functiestoringen
door mengen van verschillende types
brijnvloeistof!
Het mengen van verschillende types brijn-
vloeistof en dezelfde types brijnvloeistof
van verschillende fabrikanten (door ver-
schillende anticorrosie-inhibitoren) verhin-
deren een bepaling van het ijsvlokpunt
(ethyleenglycol) resp. van de koudebescher-
ming (polypropyleenglycol) door gebruike-
lijke refractometers.
> Gebruik uitsluitend één type brijnvloei-
stof van één fabrikant.
Opgelet!
b
Gevaar voor vorstschade door ontoerei-
kende vorstbescherming!
Bij het gebruik van brijnvloeistofconcentra-
ten wordt door een verkeerde mengverhou-
ding of door onvoldoende te mengen de
nodige vorstbescherming niet bereikt. Door
het bijvullen van zuiver water kan het tot
ijsvorming in het brijncircuit komen door
een inhomogene vorstbescherming.
> Vul of spoel het brijncircuit uitsluitend
met kant-en-klaar gemengde Vaillant-
brijnvloeistof.
> Controleer de brijnvloeistof regelmatig
met een refractometer op voldoende ijs-
vlokpunt (ethyleenglycol) resp. koude-
bescherming (propyleenglycol).
> Vul uitsluitend brijnvloeistof van het-
zelfde type en van dezelfde fabrikant en
met dezelfde concentratie bij.
Installatiehandleiding geoTHERM plus 0020132510_01
Vullen van het CV- en het brijncircuit
Het gebruik van de Vaillant-warmtepomp is alleen met vol-
gende brijnvloeistoffen toegestaan:
– Waterachtige oplossing met 30 % ± 1 % vol. ethyleengly-
col
– Waterachtige oplossing met 33 % ± 1 % vol. propyleengly-
col
– Waterachtige oplossing met 30 % ± 1 % vol. ethanol
Hiermee heeft de brijnvloeistof een ijsvlokpunt van -16 °C
(ethyleenglycol) resp. een koudebescherming van -17 °C
(propyleenglycol).
> Bij het gebruik van warmtedragervloeistofconcentraten:
meng water en antivriesmiddel in de voorgeschreven
concentratie.
> Gebruik een voldoende groot mengreservoir.
> Vermeng elke mengeling zorgvuldig.
> Controleer de mengverhouding van de brijnvloeistof.
Vaillant adviseert hiervoor het gebruik van een refracto-
meter.
> Zorg ervoor de bij het gebruikte type brijnvloeistof pas-
sende schaal van de refractometer af te lezen.
> Controleer onmiddellijk na de ingebruikneming van de
warmtepomp of het gemeten ijsvlokpunt (ethyleenglycol)
resp. de koudebescherming (propyleenglycol) met de in
de thermostaat van de warmtepomp opgeslagen waarde
overeenkomt (¬ tab. 9.9, menu A4). Als het met de
refractormotor gemeten ijsvlokpunt resp. de koude-
bescherming van de brijnvloeistof niet met de opgesla-
gen waarde overeenkomt, dan past u de concentratie van
de brijnvloeistof aan.
Invriesbeveiliging (menu A4) = gemeten
ijsvlokpunt(ethyleenglycol) resp. = gemeten koude-
bescherming (propyleenglycol).
Opgelet!
b
Verminderde werking door vervuild brijn-
buissysteem!
> Gebruik bij het vullen en spoelen van het
systeem een vuilfilter voor de vulpomp.
Zo zorgt u ervoor dat vuil uit afwrijving
volledig uit de buizen van het brijncircuit
verwijderd wordt en een permanent sto-
ringvrije werking gegarandeerd is.
> Vermeld op het reservoir van de resterende hoeveelheid
het type en de concentratie van de brijnvloeistof en geef
het reservoir na de ingebruikneming aan de gebruiker
opdat de brijnvloeistof voor het eventueel bijvullen ter
beschikking staat.
i
Het brijnreservoir moet gesloten zijn, omdat
brijnvloeistof hygroscopisch is en de vorstbe-
scherming door vochtigheidsopname kan dalen.
6
35