Harde reiniging van printkoppen kan een einde maken aan ernstige vermindering van de afdrukkwaliteit. U
●
kunt specifieke printkoppen selecteren voor reiniging.
De volgende testplots zijn beschikbaar:
Druk de Printhead status plot (Printkopstatusplot) af om de status van spuitmonden te controleren.
●
Druk de Alignment status plot (Uitlijningsstatusplot) af om afwijkende lijnen te identificeren.
●
Afdrukkwaliteit verbeteren
Als u nog steeds problemen met de afdrukkwaliteit ondervindt, kunt u een meer praktische
probleemoplossingsprocedure voor de afdrukkwaliteit volgen door af te drukken, het probleem te interpreteren
en corrigerende maatregelen te treffen.
Gebruik deze opties als u nog steeds problemen met de afdrukkwaliteit ondervindt na een poging om
Afdrukkwaliteit optimaliseren op pagina
Aanbevolen procedure voor verbetering van de afdrukkwaliteit
Zie het stroomschema voor volledige details van de aanbevolen procedure.
1.
Druk de statusplot voor de printkoppen af (zie
2.
Als de status van de spuitmonden slecht lijkt (defecten in vlakvullingen, veel spuitmonden werken niet),
gaat u naar het bedieningspaneel en drukt u op
kalibraties) > Printhead hard cleaning (Hard reinigen van de printkop) > Continue (Doorgaan) en selecteert u
de printkop(pen) die gereinigd moet(en) worden. U kunt dit twee keer doen, maar niet meer dan twee keer.
Als laatste redmiddel kunt u een printkop handmatig reinigen met een zachte, pluisvrije doek die is
bevochtigd met gedeïoniseerd water. Voorzichtig reinigen, met minimale druk.
VOORZICHTIG:
andere printkoppen. Dit kan leiden tot onherstelbare defecten aan de spuitmonden.
3.
Druk de statusplot voor de printkoppen opnieuw af. Als de status van de spuitmond nog steeds slecht lijkt,
vervang dan de defecte printkop(pen).
4.
Als de status van de spuitmond nu goed lijkt, maar uw eigen afdrukken nog steeds problemen met de
kwaliteit hebben, controleer dan de uitlijning van de printkoppen: zie
5.
Controleer het gewicht van de printkoppen. Als een kleurenprintkop minder dan 54 g is of als een witte
printkop minder dan 57 g is, vervangt u de printkop.
6.
Als de status van de spuitmonden en de uitlijning van de printkoppen beide goed lijken en de printkoppen
niet te licht zijn, maar uw eigen afdrukken nog steeds problemen met de kwaliteit hebben, wordt
het probleem waarschijnlijk niet veroorzaakt door de printkoppen. Controleer de substraatdoorvoer; zie
Kalibratieplot van substraatdoorvoer op pagina
Het onderstaande stroomschema laat de procedure in meer detail zien.
140
Hoofdstuk 8 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
139.
Gebruik niet dezelfde doek voor het afvegen van de printkoppen van de optimizer en de
Printkopstatusplot op pagina
, daarna op Advanced calibrations (geavanceerde
Uitlijningsstatusplot op pagina 142
143.
141).
.