5.
Als aan alle voorwaarden is voldaan, start de procedure wanneer u op de knop Start tikt.
6.
Synchroniseer de RIP om ervoor te zorgen dat het nieuwe ICC-profiel van de printer wordt gedownload.
Merk op dat
ICC-profilering wordt uitgevoerd in de hoogste kwaliteit afdrukmodus.
●
Als een gekloond substraat bijvoorbeeld 6p, 8p en 12p afdrukmodi bevat, wordt de ICC gegenereerd voor
12p. Als u het ICC-profiel voor 8p wilt maken, verwijdert u eerst 12p van het gekloonde substraat (zie
substraatvoorinstelling wijzigen op pagina
Het vorige ICC-profiel wordt overschreven en kan niet meer worden hersteld.
●
Bij sommige substraatcategorieën is kleurkalibratie of ICC-profilering niet mogelijk; in dat geval stopt de
●
procedure bij het begin.
De automatische printkopuitlijning is gemeenschappelijk voor alle substraten, de kleurkalibratie is geldig
●
voor een specifiek substraat en gemeenschappelijk voor alle afdrukmodi en het ICC-profiel is specifiek voor
elke afdrukmodus.
Om met het nieuwe ICC-profiel te kunnen werken, moet de opdracht door de externe RIP worden
●
aangeleverd en moet het kleurbeheer correct zijn ingesteld. Opdrachten die via het bedieningspaneel
worden afgedrukt, worden al op kleur beheerd, dus elk nieuw ICC-profiel wordt genegeerd.
106).
Een
Volledige kalibratie
123