Problemen oplossen
Als u problemen ondervindt met uw stage piano,
bijvoorbeeld als er geen geluid wordt geproduceerd of als
de uitvoer vervormd is, neemt u de volgende checklists door
om de situatie op te lossen. U kunt problemen soms ook
oplossen door de functie Factory Set (pagina 43) uit te
voeren nadat u eerst een back-up van uw instellingen hebt
gemaakt op een USB-flashgeheugenapparaat (pagina 39).
Als een bepaald probleem zich blijft voordoen, neemt
u contact op met uw Yamaha-leverancier of een
servicecenter (zie achter in dit boekje).
De stage piano produceert geen geluid.
Controleer of er een stereosysteem,
versterkers, luidsprekers en/of een
hoofdtelefoon zijn aangesloten op
het instrument.
Uw stage piano heeft geen ingebouwde luidsprekers.
U kunt het geluid dat wordt geproduceerd
daarom alleen horen als u een hoofdtelefoon
of audioapparatuur zoals versterkers en
luidsprekers aansluit (pagina 16).
Controleer of de stage piano en de
aangesloten audioapparatuur zijn
ingeschakeld.
Controleer of het mastervolume op uw stage
piano en de aangesloten audioapparatuur niet
extreem laag is ingesteld.
Als er een voetregelaar op het instrument is
aangesloten, kunt u het volume mogelijk daarmee
verhogen.
Controleer of uw stage piano op de juiste
manier is aangesloten op de andere
audioapparatuur.
Controleer of de lokale besturing niet is
uitgeschakeld.
Als de lokale besturing is uitgeschakeld en uw stage
piano niet samen met een computer of een ander
apparaat dat MIDI-berichten retourneert wordt
gebruikt, is het niet mogelijk om geluid van de interne
toongenerator te produceren door het keyboard te
bespelen.
• Druk op [UTILITY]; selecteer 02: MIDI en druk op
[ENTER]; stel LocalSw in op "on".
Controleer of er geen partvolumes op een
extreem laag niveau zijn ingesteld.
• Selecteer Volume met [SLIDER FUNCTION]; bedien
de partschuifregelaars.
Controleer of er geen partknoppen
zijn uitgezet.
Een part produceert geen geluid als de knop ervan
is uitgezet (als het lampje niet brandt). Als een
benodigde part uit staat, drukt u op de bijbehorende
partknop en controleert u of het lampje gaat branden.
Controleer of uw effect- en filterinstellingen
juist zijn.
Houd er in het bijzonder rekening mee dat er als u een
filter gebruikt, bij bepaalde filterafsnijfrequenties geen
geluid wordt geproduceerd.
• Selecteer de desbetreffende part; druk op [EDIT];
selecteer 02: Part en druk op [ENTER]; selecteer
02: Filter/EG en druk op [ENTER]; wijzig
de Cutoff-instelling.
• Selecteer de desbetreffende part; druk op [EDIT];
selecteer 02: Part en druk op [ENTER]; selecteer
03: Effect-A en 04: Effect-B en druk op [ENTER];
wijzig waar nodig de instellingen.
Geluid dat wordt ingevoerd via de
[AUX IN]-aansluiting, is niet te horen.
Controleer of het volume op de aangesloten
audioapparatuur niet helemaal is uitgezet.
Audiobestanden die worden afgespeeld,
zijn niet te horen.
Controleer of het volume voor het afspelen
van audiobestanden niet helemaal is uitgezet.
• Druk op [UTILITY]; selecteer 01: General en druk op
[ENTER]; verhoog de Volume-instelling in het
scherm Audio Playback.
Het afspelen van een geluid stopt
niet meer.
Als u een audiobestand afspeelt dat
zich bevindt op het aangesloten
USB-flashgeheugenapparaat, drukt
u op de knop [J] (Stop).
De stage piano is onverwacht
uitgeschakeld.
Controleer of de automatische
uitschakelfunctie aan staat.
Zet de functie zo nodig uit en wijzig de tijd totdat
de functie wordt geactiveerd.
• Druk op [UTILITY]; selecteer 01: Algemeen en
druk op [ENTER]; stel AutoOff in op "off" of op
een andere tijd.
De uitvoer van de stage piano klinkt
vervormd.
Controleer of effecten goed zijn ingesteld.
Geluid kan worden vervormd bij bepaalde
combinaties van het type effect en
parameterinstellingen.
• Selecteer de desbetreffende part; druk op [EDIT];
selecteer 02: Part en druk op [ENTER]; selecteer
03: Effect-A en 04: Effect-B en druk op [ENTER];
wijzig waar nodig de instellingen.
Gebruikershandleiding CP4 STAGE/CP40 STAGE
51