Met de volgende procedure kunt u externe besturing
configureren op basis van een individuele performance:
1
Selecteer de performance die u wilt
gebruiken (pagina 30).
2
Druk op de knop [EDIT].
Het menu Edit wordt weergegeven.
EDIT
D01:Common
3
Gebruik de knoppen [u] en [d] om
03: Master Keyboard te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ENTER].
Het deelvenster Common van het scherm
Master Keyboard wordt weergegeven. Dit is
van toepassing op alle zones.
MasterKbd
Common
4
Gebruik de knop [+1/YES] om de parameter
MasterKbdSw in te stellen op "on" .
Hiermee activeert u alle vier de zones.
MasterKbd
Common
5
Gebruik de knop [d] om naar deelvensters
voor specifieke zones te gaan.
Het scherm voor het instellen van de
mastercompressor wordt weergegeven.
MasterKbd
Zone1
Zone ingesteld via het huidige deelvenster
OPMERKING
Als u naar het overeenkomstige deelvenster
voor andere zones wilt gaan, houdt u de knop
[SHIFT] ingedrukt terwijl u op de knop [d] of
[u] drukt.
6
Als u de huidige zone wilt gebruiken, stelt
u de parameter ZoneSw in op "on" .
7
Verplaats de cursor (R) met de knop [r]
naar de parameter Channel, en selecteer
vervolgens met de draaiknop Data een
MIDI-verzendkanaal voor de huidige zone.
8
Gebruik de knop [d] om naar de andere
deelvensters te gaan, en stel indien nodig
andere parameters voor de huidige zone
in met de knoppen [l] en [r] en de
draaiknop Data.
MasterKbd
Zone1
OPMERKING
Voor meer informatie over zoneparameters
raadpleegt u de Naslaggids (pdf).
46
Gebruikershandleiding CP4 STAGE/CP40 STAGE
E
MasterKbdSw E
Roff D
MasterKbdSw E
R on D
ZoneSw
Channel E
R on
1 W
Octave
Trnsps E
R+0
+ 0 W
Zoneparameter
9
Houd de knop [SHIFT] ingedrukt en druk op
de knop [d] om naar het deelvenster voor
een andere zone te gaan.
Herhaal Stap 6 tot 8 voor alle gewenste zones.
10
Als u klaar bent met het instellen van
zones, drukt u zoveel keer als nodig is op
de knop [EXIT].
Het scherm Performance wordt weergegeven.
11
Voor elke zone die is geconfigureerd voor
het afspelen van een ander apparaat, stelt
u het MIDI-ontvangstkanaal op het
desbetreffende apparaat in op het
verzendkanaal uit Stap 7 hierboven.
Tip
MIDI-verzend- en ontvangstkanalen
Als de functie Master Keyboard niet is geactiveerd,
wordt de besturing van andere MIDI-apparaten
uitgevoerd via de afzonderlijke MIDI-verzendkanalen
van de parts. De parts waaruit een performance
bestaat, hebben de volgende vaste
MIDI-verzendkanalen:
• CP4 STAGE
MAIN-part: 1; LAYER-part: 2; SPLIT-part: 3
• CP40 STAGE
MAIN-part: 1; SPLIT/LAYER-part: 2
Als u een ander MIDI-apparaat wilt besturen via
uw stage piano, moet u het MIDI-ontvangstkanaal
van het apparaat instellen op een van de
bovenstaande verzendkanalen van de stage piano.
Raadpleeg de gebruikershandleiding die bij het
MIDI-apparaat is geleverd voor informatie over
hoe u dit doet.