Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Parameterinstellingen En -Effecten - Canon EOS 6D Mark II Instructiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EOS 6D Mark II:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterinstellingen en -effecten

Scherpte
A Sterkte
g
1
B Details*
C Drempel*
h Contrast
i Verzadiging
j Kleurtoon
*1: Hiermee wordt aangegeven dat de fijnheid van de contouren wordt benadrukt.
Hoe kleiner het getal, hoe fijner de contouren die kunnen worden benadrukt.
*2: Hiermee wordt ingesteld hoeveel de contour wordt benadrukt op basis van het
verschil in contrast tussen het onderwerp en de omgeving. Hoe kleiner het
getal, hoe meer de contouren zullen worden benadrukt wanneer het verschil in
contrast laag is. Ruis is echter meer zichtbaar wanneer het getal kleiner is.
Voor het maken van movies kunt u [Details] en [Drempel] voor
[Scherpte] niet instellen (worden niet weergegeven).
Door bij stap 3 [Stand.inst.] te selecteren, kunt u de
standaardparameterinstellingen van de respectieve beeldstijl herstellen.
Als u opnamen wilt maken met de aangepaste beeldstijl, selecteert u
eerst de aangepaste beeldstijl en maakt u vervolgens de opnamen.
Stel de parameter in.
4
0: Zwak benadrukken van
de contouren
1: Fijn
2
1: Laag
-4: laag contrast
-4: lage verzadiging
-4: roodachtige huidskleur
3 Een beeldstijl aanpassenN
Druk op de pijltjestoetsen <Y> en
<Z> om de parameter aan te passen
en druk vervolgens op <0>.
Druk op de knop <M> om de
aangepaste parameterinstellingen op
te slaan. Het keuzescherm voor
beeldstijlen verschijnt weer.
De waarde van parameterinstellingen
die afwijken van de
standaardinstelling wordt blauw
weergegeven.
7: Sterk benadrukken van
de contouren
5: Korrelig
5: Hoog
+4: hoog contrast
+4: hoge verzadiging
+4: geelachtige huidskleur
181

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave