3 Functiebeschrijving
3 Functiebeschrijving
3.1 Back-up en herstel
NL
Back-upsysteem
Systeemherstel
3.2 Modulebeheer
Modulegegevens
Moduleconfiguratie
14
Het is mogelijk om de systeemconfiguratie te exporteren in het menu Systeeminstellingen.
De gebruiker kan er ook voor kiezen om een van de volgende bestanden op te nemen in de
back-up:
• DNP3 statisch bestand
• IEC statisch bestand
• Aangepaste Modbus-registerkaart
• CODESYS-toepassing
• Statistieken
De configuratie- en systeembestanden worden in een zip-bestand opgeslagen op een
aangesloten USB-stick of een geïnstalleerde SD-kaart. Het backupbestand bevat geen
parameters die zijn opgeslagen in aangesloten machines.
Standaard bevat de naam van het back-upbestand de datum en tijd van de back-up. Het is
mogelijk om de naam van het bestand te veranderen.
Het is mogelijk om de systeemconfiguratie te herstellen vanaf een configuratiebestand op
een aangesloten USB-stick of een geïnstalleerde SD-kaart. Als aan de volgende
voorwaarden wordt voldaan, is het configuratiebestand geldig voor het systeem:
• De bestandsnaam bevat alleen alfanumerieke tekens, punten, liggende streepjes en
streepjes.
• De inhoud van het bestand is niet gewijzigd.
• Het systeem heeft dezelfde of een nieuwere softwareversie dan het systeem waarmee
het back-upbestand is gemaakt.
• Het systeem heeft dezelfde set modules als het systeem dat het back-upbestand heeft
aangemaakt.
Elk systeem omvat verschillende modules. De modules en de modulestatus worden getoond
op de pagina Systeemoverzicht . De Indentificeren knop op deze pagina activeert een LED
die elke module in de installatie identificeert. De productcode en de fysieke locatie
identificeren de module op de Systeemoverzicht pagina.
Moduleconfiguratie in het systeem gebeurt met behulp van de Opstartwizard. Als de
modulevolgorde of het moduletype in het systeem wordt gewijzigd, moet de Opstartwizard
opnieuw worden uitgevoerd. De configuratie voor elke module wordt opgeslagen in de
applicatiebeheerder. Voordat een module wordt toegevoegd of verwijderd, moet het systeem
worden uitgeschakeld.
Toestand
Een module vervangt een andere module die
dezelfde productcode heeft en zich in dezelfde
sleuf bevindt.
Een module vervangt een andere module die een
andere productcode heeft of een andere sleuf
gebruikt.
Actie
De nieuwe module gebruikt de opgeslagen
configuratie.
De configuratie komt niet overeen met de wijziging.
De gebruiker moet de Opstartwizard uitvoeren.
Nexicon Gebruikershandleiding